Platzak dankzij de inflatie? Kleine troost: voor een kopje cappuccino uit de automaat betaal je op de RUG minder dan veel studenten aan andere universiteiten.
De gemiddelde prijs voor een melkschuimkoffie ligt landelijk op 69 cent, blijkt uit de cappuccinotest van Cursor, het universiteitsblad van de Technische Universiteit Eindhoven. In Groningen betaal je daar 60 cent voor.
De duurste automaat staat in Nijmegen bij de Radboud Universiteit, waar ze 1,20 euro betalen. De goedkoopste is te vinden in Wageningen, waar een kopje 45 cent kost en een eigen beker nog eens vijf cent korting oplevert.
Kwaliteit
Hoe de kwaliteit van de Groningse cappuccino zich verhoudt tot de andere universiteiten, beschrijft Cursor niet – het blad deed alleen een smaaktest op de verschillende locaties in Eindhoven waar een bakje besteld kan worden. Daarvoor schakelde het blad koffiekenner Yves Houben in, en zijn kennis kan wel een handje helpen om een goede cappuccino te herkennen.
‘Cappuccino is eigenlijk koffie met melkschuim’, zegt Houben tegen Cursor. Eerst wordt de espresso geschonken en dan het melkschuim. Daarmee behoudt de cappuccino duidelijke lagen. Dit in tegenstelling tot een latte of een café au lait, waar de koffie ook gemengd wordt met een beetje warme melk.
Schuim
Het melkschuim is volgens Houben mooi als het blijft hangen aan het bekertje. Als de cappuccino op is en je kunt het bekertje omdraaien zonder dat het schuim eruit valt, heb je een goed schuim te pakken. Waar het schuim van is gemaakt maakt uit: van verse melk krijg je een mooi schuim, terwijl je van melkpoeder witte vlokjes in je koffie krijgt. Een goed schuim komt ook samen met de koffie uit het bekertje, in plaats van dat de koffie onder het schuim door glijdt.
De kwaliteit van de koffie wordt verder natuurlijk bepaald door de bonen en hoe die gemalen zijn, maar ook in welke beker de drank gaat is van belang. Zo is glas of aardewerk altijd beter dan een wegwerpbeker, doceert Houben. En wordt de machine niet goed schoongehouden? Dan proef je dat terug.