De universiteiten en vakbonden hebben een nieuw cao-akkoord gesloten. Vanaf augustus gaan de lonen met 9 procent omhoog.
Verder moet binnen drie jaar het aantal tijdelijke contracten voor wetenschappelijk personeel dalen van 15 procent naar 13,5 procent.
Dit spraken de onderhandelende partijen woensdag af tijdens de zevende onderhandelingsronde. De onderhandelingen duurden dit jaar ongekend lang; niet eerder gingen zij een zevende ronde in.
Inflatie
Inzet van de werknemersbonden was vooral het terugdringen van tijdelijke contracten voor wetenschappelijk personeel en het verhogen van de lonen om de inflatie van het afgelopen jaar te compenseren.
Op beide punten hebben de partijen een compromis gesloten. Behalve de loonsverhoging krijgen medewerkers ook een eenmalige bonus. Die is 1200 euro bruto voor mensen die minimumloon verdienen, 1000 euro bruto tot en met schaal 9 en 800 euro vanaf schaal 10.
Tijdelijke contracten
Ook is afgesproken om de vele tijdelijke contracten voor wetenschappelijk personeel de komende drie jaar te verminderen, van 15 procent naar 13,5 procent. Dat komt volgens koepelorganisatie Universiteiten van Nederland (UNL) neer op 300 vaste banen. Iedere universiteit heeft de inspanningsverplichting om dat percentage zelf te halen.
De gemaakte afspraken moeten nog worden voorgelegd aan de leden. Als die akkoord gaan, ligt er op 26 juli een definitief nieuw cao-akkoord. Dat geldt tot en met 30 juni 2024.