Eenzaamheid onder studenten #7 Het onvoorziene effect van isolatie
We zijn mensenschuw geworden
UKrant besteedt in een reeks artikelen aandacht aan het thema eenzaamheid onder studenten. Hoe erg is het probleem, wat zijn de oorzaken en wat kun je er aan doen?
Lees ook:
Het huis verlaten is voor student Engelse literatuur Jeff Lenane alsof hij over hete kolen moet lopen. Doordat hij vanwege de coronamaatregelen thuis zit opgesloten, heeft hij het gevoel dat hij vergeten is hoe hij sociaal moet zijn. Het idee nieuwe mensen te ontmoeten of in een mensenmassa rond te lopen maakt hem zenuwachtig.
‘Als ik naar buiten ga ben ik constant aan het rondkijken of ik iemand zie. En als ik door drukke gebieden loop, versnel ik m’n pas. Ik maak soms een omweg van tien minuten alleen maar om te voorkomen dat ik mensen tegenkom’, zegt hij.
Jeff is niet de enige die de gevolgen ondervindt van een gebrek aan contact. Uit recent onderzoek van UKrant en HanzeMag bleek dat eenzaamheid voor negen van de tien Groningse studenten een probleem is. De coronamaatregelen maken socialiseren zo goed als onmogelijk. De langetermijneffecten van quarantaine zijn nog niet onderzocht, maar een ding is zeker: als je langere tijd afgezonderd bent van anderen kan dat effect hebben op je leven ná de quarantaine.
Neerwaartse spiraal
Volgens Luzia Heu, die net aan de RUG gepromoveerd is op onderzoek naar eenzaamheid en sociale contacten, is er een correlatie tussen eenzaamheid en gezondheidsproblemen variërend van depressie, angststoornissen en een zwakker immuunsysteem tot hart- en vaatziekten.
In het ergste geval komen mensen in een neerwaartse spiraal terecht en wordt eenzaamheid een chronisch probleem. ‘Eenzame mensen hebben de neiging om zich terug te trekken’, zegt Heu. ‘Ze zien hun sociale omgeving als vijandig en voelen zich niet begrepen door de mensen om hen heen. Sociale signalen interpreteren ze vaak negatief.’
Ik maak een omweg om mensen te vermijden
Omdat hij introvert is, was het voor Jeff altijd al mentaal en fysiek vermoeiend om de hort op te zijn, maar door de recente isolatie is dat erger geworden. ‘Ik had laatst drie uurtjes een vriend op bezoek en toen hij weer weg was moest ik echt een dutje doen. Dat heb ik nog nooit eerder gedaan’, zegt hij.
En dat is nog niet eens het ergste. Zelfs andere vormen van communicatie zijn nu een probleem. ‘Ik bel mijn ouders niet zo vaak als ik zou moeten. We belden altijd elke week en nu misschien nog een keer per maand. Constant informatie binnenkrijgen waar je op moet reageren is doodvermoeiend, maar door mijn sociale contacten te verwaarlozen doe ik ook de mensen van wie ik houd pijn.’
Hij appt ook niet graag, omdat hij dan niet kan zien hoe de ander reageert. ‘Het is lastig te beoordelen of je iets doms hebt gezegd. Ik ben voorzichtiger geworden met wat ik zeg; ik houd me meer in’, legt hij uit.
Negatieve gedachten
Journalistiekstudent Mathis Gilsbach kent de negatieve gedachten die je kunt krijgen wanneer communicatie vooral online plaatsvindt maar al te goed. ‘Het is me gelukt om het wat meer los te laten, maar ik maak me nog steeds druk om appjes, of iemand nou reageert of niet.’
Hij is geneigd te denken dat mensen hem niet aardig vinden en kan onzeker zijn over hoe anderen hem zien. ‘Als ik te veel tijd in m’n eentje doorbreng, worden die gedachten heviger. En dan gaan ze me in de weg zitten als ik mezelf probeer te motiveren om naar buiten te gaan.’
De coronamaatregelen zijn een excuus om afspraken af te zeggen
De wetenschappelijke term hiervoor is confirmation bias, of bevestigingsvooroordeel. In feite betekent het dat je de woorden of acties van anderen op een negatieve manier interpreteert, waardoor ze het toch al negatieve beeld dat je van jezelf hebt ondersteunen en daardoor versterken. Mensen die langere tijd in afzondering leven zijn gevoeliger voor sociale bedreigingen, zoals iets verkeerds zeggen, en daarom hebben ze sneller last van confirmation bias.
Voor Mathis begonnen de negatieve gedachten binnen te sluipen wanneer hij langer dan een maand niemand zag. Het idee om af te spreken met mensen vindt hij op dit moment maar ‘vervelend’, zegt hij. ‘Als ik te lang alleen ben, kruip ik in mijn schulp. Je vergeet hoe je sociaal moet doen.’
Mensen vermijden
Hij had laatst een werkcollege op de universiteit ‘en toen zat ik de hele tijd te denken hoeveel makkelijker het zou zijn om binnen te blijven’, vertelt hij. ‘Wat als ze me niet mogen? Wat als ik geen onderwerp kan bedenken om over te praten tijdens pauzes?’ In het verleden ging hij in vergelijkbare situaties soms maar in zijn eentje in een hoek zitten.
Jeff vermijdt soms ook ingewikkelde sociale situaties. ‘Ik zie mijn goede vrienden nog steeds in het echt, maar bij belangrijkere afspraken heb ik de coronamaatregelen wel gebruikt als excuus om ze af te zeggen’, geeft hij toe.
Psychologiestudent David Csomor vindt het ook moeilijker om mensen te benaderen, al probeert hij wel een keer per week met iemand af te spreken voor een wandeling. Hij is zich er bewust van dat het sociale aspect van zijn leven ‘niet genoeg voeding krijgt’, zegt hij. ‘Naar buiten gaan kan stressvol zijn en ik heb gemerkt dat ik een soort comfortzone aan het opbouwen ben.’
Effecten
Het effect van te lang alleen zijn is dat hij last heeft van stemmingswisselingen en negatieve gedachten. ‘Ik ben wat in de war aan het raken en daardoor heb ik het idee dat ik beter geen contact kan leggen met anderen. Ik til nu zwaarder aan sociale interacties, omdat die ene ontmoeting bepalend kan zijn voor de rest van mijn week.’
Die ene ontmoeting kan bepalend zijn voor de rest van mijn week
Voor covid kon David het makkelijk loslaten als hij dacht dat de ander niet zo geïnteresseerd in hem was. Nu vat hij het sneller negatief op. ‘Ben ik gewoon een sneue sukkel? Heb ik iets verkeerds gezegd? Misschien ben ik gewoon onbeholpen en zal dat nooit beter worden. Ik ben mezelf constant aan het evalueren’, zegt hij.
Het resultaat van die onzekerheid is dat David maar moeilijk kan genieten van het gezelschap van anderen. Voor hij naar een afspraak gaat, probeert hij te bedenken hoe hij zich zal gedragen en wat hij gaat zeggen om ongemakkelijke momenten te vermijden, ‘om het niet weer te verkloten’.
Opnieuw afspelen
Hij speelt eerdere ontmoetingen zelfs opnieuw af in zijn hoofd als hij alleen is. ‘Ik heb vaak denkbeeldige gesprekken met mensen. Ik doe ze nog eens over en bedenk dan wat ik ook had kunnen zeggen en hoe zij dan zouden hebben gereageerd.’ Hij kan het loslaten door zichzelf voor te houden dat zijn karakter niet bepaald wordt door een interactie van een paar minuutjes, maar vermoeiend is het wel. ‘Het kan vervelend zijn, want ik herhaal dezelfde gesprekken tot vervelens toe’, zegt hij.
Dus hoe moet dat als alles straks weer normaal wordt en er van hem verwacht wordt dat hij weer in een volle collegezaal gaat zitten? Dat is een ‘eng’ idee, zegt David, ‘al denk ik dat ik er wel weer aan zal wennen.’ En Jeff weet nu al dat hij ‘waanzinnig ongemakkelijk’ zal zijn als er weer gewoon gesocialiseerd mag worden. Maar Luzia Heu benadrukt dat je daar alleen overheen komt door er weer op uit te gaan. ‘Het zal eerst misschien wat vervelend zijn, maar probeer gewoon eens te praten met een vreemde of een presentatie te geven.’
En als dat niet werkt, kun je misschien troost putten uit dit vooruitzicht, zegt Heu: ‘Er zullen misschien nieuwe sociale normen zijn ontstaan waarbij we ons niet meer zo verplicht voelen om vaak met anderen af te spreken.’