Internationale studenten delen sinds deze week studentenflat Cornus met Oekraïense vluchtelingen. ‘We moeten voorzichtiger zijn met muziek en feesten.’
Op een zonnige middag weerspiegelen de ramen van de elf verdiepingen tellende flat een helderblauwe lucht, alsof ze zich aangepast hebben aan de kleuren van de Oekraïense vlag die op de vierde verdieping hangt.
Beneden staan twee auto’s met Oekraïense kentekenplaten in de schaduw geparkeerd. Iemand heeft een hartje getekend op het stoffige raam.
Een lange, bebaarde man rijdt een kinderwagen met een baby erin naar de ingang, gevolgd door een vrouw met een peuter aan de hand. De familie oogt gespannen, maar vastberaden. Na een paar dagen onderweg te zijn geweest, trekken ze nu met enkele tientallen vluchtelingen in studentenflat Cornus, waar nog lege kamers zijn.
Begroeten
De studenten die sinds februari in Cornus wonen, zetten hun gewone leven voort. De meesten parkeren hun fiets naast de groene container waar spullen voor Oekraïne kunnen worden achtergelaten en gaan naar hun kamer.
Deren Bayar, een rechtenstudent uit Turkije, wilde de mensen uit Oekraïne begroeten. ‘Fijn dat ze hier onderdak krijgen.’ Maar het was niet duidelijk wanneer ze zouden arriveren of waar ze hen kon vinden, dus kon ze de donaties die ze van iemand anders had gekregen niet overhandigen.
Verschillende verdiepingen
Ook de Spaanse studenten Jasmina Paun en Jan Martinez hebben nog geen vluchtelingen ontmoet. ‘Studenten en vluchtelingen wonen op verschillende verdiepingen, dus waarschijnlijk blijven ze voorlopig op hun kamer’, zegt Jan, die industriële automatisering studeert aan de Hanzehogeschool. ‘Maar ik kreeg te horen dat er gezinnen zijn met veel kinderen, dus we moeten nu voorzichtiger zijn met muziek en feesten.’
Jasmina beaamt: ‘We feesten hier veel, dus ik denk dat het vanaf nu moeilijker zal zijn om dat te doen.’ Maar de student internationale betrekkingen vindt het niet erg. ‘Ik ben blij dat ze hier een veilige plek hebben; veel kamers waren sowieso leeg.’
Shampoo
Ondertussen loopt een vrouw in het zwart de flat uit richting de container met hulpgoederen. ‘Shampoo?’ vraagt ze in gebroken Engels, terwijl ze naar haar hoofd wijst.
Anne van woningcorporatie SSH knikt begrijpend en overhandigt haar een doos met shampoo en toiletartikelen. De vrouw heet Elina en komt uit de Oekraïense stad Kryvyi Rih. Ze probeert de teksten op de flesjes, in het Nederlands en Engels, te begrijpen.
‘Communiceren is moeilijk als je de taal niet machtig bent. Het is gewoon een ramp’, zegt ze in het Russisch. ‘Er zijn Oekraïense studenten die vloeiend Engels spreken, maar ik heb er moeite mee. Als je ouder wordt, werkt je geheugen niet meer zo goed.’
Taalbarrière
Om de taalbarrière te overwinnen, gebruikt Elina een online vertaler. De dochter van haar vriend, Julia, boekt al vooruitgang in het Engels. ‘Op school had ik moeite om Engels te spreken, waarschijnlijk omdat ik niet gemotiveerd genoeg was. Maar nu heb ik geen andere keuze’, zegt de middelbare scholier, die hoopt dat ze ooit in Nederland mag studeren.
Maar hun toekomst op korte termijn roept veel vragen op. Veel vluchtelingen weten niet goed hoe ze met praktische zaken in Nederland om moeten gaan, zegt de Oekraïense scheikundestudent Leonid Nechyporenko uit Kyiv, die ook in Cornus woont.
Chaotisch
‘De meesten zijn blij dat ze onderdak hebben gekregen, wat nu heel belangrijk is. Maar de manier waarop ze worden opgevangen, is erg chaotisch.’
Een vluchteling kreeg geen onderdak, zegt Leonid, omdat degene die haar zou inchecken al naar huis was toen ze arriveerde. ‘Ze had ergens anders naartoe moeten gaan als we geen overnachting voor haar hadden geregeld.’
Cruciaal
Het belangrijkste probleem is dat mensen die de oorlog in Oekraïne zijn ontvlucht, niet weten wat ze moeten doen, zegt Leonid. ‘Ze krijgen geen instructie hoe ze een tijdelijke beschermingsstatus kunnen aanvragen, wat cruciaal is voor het ontvangen van een uitkering of het krijgen van een baan.’
Leonid, die niet weet wat hij gaat doen als zijn uitwisseling erop zit, wil een infographic maken over hoe te handelen om de vluchtelingen te helpen. ‘Toen de oorlog begon, wilde ik terug naar Oekraïne om mijn land te verdedigen. Maar mijn ouders vertelden me dat ik hier al mijn best kan doen.’