Er is weer een mooi zootje aanmeldingen

Tweeduizend studenten hebben zich aangemeld voor psychologie. Waarom zouden zij die studie willen doen, vraagt columnist Gerrit Breeuwsma zich af. Om hun eigen problemen aan te kunnen pakken?

Waarschijnlijk hebt u er niks van gemerkt, maar het was een spannend weekend voor een groot aantal scholieren.

Voor het volgend studiejaar waren er bij psychologie een kleine tweeduizend aanmeldingen binnengekomen en dat is natuurlijk veel meer dan we aankunnen. Dus moesten de aanmelders een selectietoets maken en een motivatiebrief schrijven.

In de toets konden ze hun kennis etaleren, maar in de brieven mochten ze toelichten waarom ze uitgerekend psychologie willen gaan studeren.

Psychologiestudenten in de dop gaan zelden voor het grote geld, maar beroepen zich vaak op hun zucht naar zelfkennis, dat ze zo zijn begaan met het lot van anderen, de behoefte anderen te willen helpen, en soms zelfs om in één moeite door de hele wereld te redden. Maar altijd is er ook een flinke groep die haar eigen ervaringen met psychologische problemen van uiteenlopende aard inzet om de motivatie wat extra kracht bij te zetten.

Is dit bij andere studies niet anders? Of trekt een studie als psychologie meer studenten met psychologische problemen en is zo’n studie een goede manier om die problemen aan te pakken?

Trekt een studie als psychologie meer studenten met psychologische problemen?

Ik moest ineens denken aan het programma Kijken in de ziel waarin Coen Verbraak in 2009 een twaalftal psychiaters en psychotherapeuten interviewt over hun vak. Een interessante serie en sommige fragmenten gebruik ik nog steeds ter illustratie bij een van mijn colleges.

Veel psychologiestudenten ambiëren een loopbaan in de psychotherapie en ook al is de aanvliegroute van psychiaters – vanuit de medische wetenschap – anders dan die van psychologen, de interviews bieden wel degelijk een kijkje in de keuken.

De interviews zijn alleen al de moeite waard omdat ze mooi demonstreren hoe mensen die ogenschijnlijk hetzelfde vak uitoefenen, fundamenteel van mening kunnen verschillen over… nou ja, over van alles eigenlijk. Niet alleen over de theorieën die ten grondslag liggen aan hun therapeutisch handelen of het gebruik van psychofarmaca, maar ook over de omgangsvormen tussen therapeut en hun patiënt dan wel cliënt.

Achter het gebruik van die termen gaat trouwens al een wereld van verschil schuil, waarbij de meer medische georiënteerde behandelaars de voorkeur geven aan het woord patiënt en in het verlengde daarvan ook hechten aan de hiërarchische afstand tussen psychiater en patiënt.

De meer psychologisch georiënteerden spreken meestal van cliënt en geven de voorkeur aan meer gelijkwaardigheid in de relatie met hun cliënt.

Het levert een ontluisterend beeld op van confabulerende, depressieve en suïcidale behandelaars

Het interessantst is misschien wel de aflevering waarin de psychiaters en therapeuten over zichzelf vertellen: waarom ze het vak zijn gaan studeren, maar ook of ze ooit zelf psychisch in de knoop hebben gezeten en of ze daarbij iets aan hun vakkennis hebben gehad.

Het levert een ontluisterend beeld op van confabulerende, depressieve en suïcidale behandelaars. Eén psychiater is zelf een tijdlang opgenomen geweest voor zijn wanen in de kliniek waar hij jarenlang de leiding van had. Een ander merkt op dat hij soms meer in behandeling was bij zijn patiënten dan zij bij hem.

Ach ja, de tandarts heeft ook weleens gaatjes, maar verschillende van de geïnterviewden beamen de stelling van de bekende psychiater Bram Bakker – ook in de reeks – dat er geen vak is waarin zoveel gemankeerde mensen rondlopen als in de psychiatrie: ‘Ze bakken er het minste van in het leven. Echtscheiding, verslaving, zelfmoord, seksueel misbruik van patiënten… overal bovenaan.’

‘Mooi zootje’, concludeert Verbraak. ‘Het is een treurig beroepsgroepje’, valt Bakker hem bij.

Misschien is het een idee om de aspirant-studenten deze aflevering te laten zien en ze daarna nog eens te vragen waarom ze ook al weer psychologie willen studeren.

O ja, zelf ben ik hartstikke normaal. Maar vergis u niet, dat valt ook niet mee.

GERRIT BREEUWSMA

5 REACTIES

De spelregels voor reageren: blijf on topic, geen herhalingen, geen URLs, geen haatspraak en beledigingen. / The rules for commenting: stay on topic, don't repeat yourself, no URLs, no hate speech or insults.

guest

5 Reacties
Meest gestemd
Nieuwste Oudste
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties