Beurspromovendi aan de RUG krijgen toch 9,6 procent ‘loonsverhoging’ vanaf de maand september. Dat heeft het college van bestuur (cvb) donderdag in de universiteitsraad bekendgemaakt.
De beurzen gaan per 1 januari omhoog. De vier maanden die beurspromovendi dit jaar zijn misgelopen, worden in 2023 gecompenseerd, belooft collegelid Hans Biemans. De maatregel kost de RUG 880.000 euro.
Hij zegt dat het college er eerder bewust voor koos om de inflatiecorrectie niet toe te passen. De beurspromovendi zouden dan de drempelwaarde van maximaal 40 procent van het minimumloon overschreden zou hebben.
‘Zij werden dan geconfronteerd met een ander belastingregime en een toeslagenregime dat ze niet kennen’, aldus Biemans.
Ruimte
Maar per januari 2023 gaat het minimumloon fors omhoog. Daardoor ontstaat ruimte voor verhoging van de beurzen. ‘De communicatie over het voornemen om in januari 2023 te bezien wat mogelijk is, had beter gekund’, geeft Biemans toe.
Het cvb wil ook in 2023 indexeren op basis van de inflatie. Dat is dan voor het laatst, want daarna is het experiment beurspromovendi (de RUG heeft er 1500) voorbij.
‘Heel blij’
Björn de Kruijf van belangenclub Groningen Graduate Interest Network (GRIN) is ‘heel blij’. ‘Wij begrijpen waarom het bestuur voor deze constructie heeft gekozen. We zijn benieuwd naar de communicatie van het cvb over dit besluit en hopen dat dat in de toekomst verbetert.’
De beslissing komt niet als een verrassing. Eind september ontstond grote onrust onder beurspromovendi toen bleek dat ze niet – zoals in hun contract vermeld staat – een inflatiecorrectie kregen op hun beurs. In plaats daarvan bleek de universiteit de beurzen met 4 procent te hebben verhoogd, in lijn met de loonsverhoging van werknemers aan de universiteit die in de cao was overeengekomen.
Aparte groep
Dat was opvallend, omdat de universiteit steeds benadrukte dat beurspromovendi een aparte groep zijn. Ze doen hetzelfde werk als hun werknemer-collega’s, maar krijgen minder geld, hebben geen recht op een eindejaarsuitkering en bouwen geen pensioen op. Maar, zegt de RUG steeds: ze hebben ook meer vrijheid.
PhD-belangenorganisaties PNN en GRIN keerden zich tegen het besluit. Ook de universiteitsraad reageerde kritisch. Vakbonden dreigden naar de rechter te stappen als de RUG zich niet aan het contract zou houden.