44 MD/PhD’s die tussen 2016 en 2018 werden aangenomen als beurspromovendi bij het UMCG, moeten als werknemer worden gezien. Dat heeft het gerechtshof in Leeuwarden in hoger beroep bepaald.
De MD/PhD’s begonnen vijf jaar geleden een zaak tegen het UMCG. Zij vonden dat ze werknemers zijn, omdat ze hetzelfde werk deden als promovendi die voor 2016 en na 2018 werden aangenomen op een arbeidscontract. Ze vonden daarom dat ze recht hadden op secundaire arbeidsvoorwaarden, zoals vakantiegeld of een eindejaarsuitkering.
Maar het UMCG stelde dat het MD/PhD-traject, waarbij deelnemers afwisselend werken aan hun promotieonderzoek en het afronden van hun studie geneeskunde, gewoon een studietraject was. De beurspromovendi hadden veel meer vrijheid dan werknemerpromovendi en hoefden ook geen vrije dagen op te nemen. Van een gezagsrelatie, zoals bij werknemers, was daarom geen sprake. De rechtbank in Groningen ging daar in januari 2022 in mee.
Productieve arbeid
Met het arrest is die redenering echter verworpen. Het gerechtshof in Leeuwarden vindt dat de MD/PhD’s wel degelijk werknemer zijn. De vrijheid waarnaar het UMCG in zijn verweer verwees, is maar heel beperkt, vindt de rechter. De promovendi moesten gewoon solliciteren, het onderzoek was ingebed in de vakgroep en een promotor kan promovendi dwingen om bepaalde werkzaamheden te verrichten. Bovendien verrichten ze daarmee ‘productieve arbeid’ ten behoeve van het UMCG.
Dat de beurs werd betaald uit het Profileringsfonds, dat bedoeld is om studenten te ondersteunen, maakt daarbij niet uit, stelt het hof. ‘Voor beurspromovendi was het niet van belang uit welk ‘potje’ zij werden betaald. Van belang was dat het UMCG betaalde.’
Ook het feit dat de promovendi zich moesten inschrijven als student in de periodes dat ze hun studie afrondden, maakt duidelijk dat ze dus geen student waren als ze aan hun onderzoek werkten.
Half miljoen
‘Iedereen, ook ik, is dolblij met de uitspraak’, zegt Dino Jongsma, die de promovendi juridisch bijstond in hun jarenlange strijd. ‘We hebben nu tot in augustus de tijd om duidelijk te maken wat de precieze claim zal zijn.’
De promovendi – die in de meeste gevallen hun traject al hebben afgerond – hebben namelijk recht op achterstallig vakantiegeld, niet uitbetaalde vrije dagen, eindejaarsuitkeringen en eventuele pensioenheffingen. Dat kan het UMCG in totaal zo’n half miljoen euro kosten.
De uitspraak is potentieel ook van groot belang voor de universiteit. In totaal namen immers 1500 studentpromovendi aan RUG en UMCG deel aan het experiment. En waar de MD/PhD’s vaak nog geen masterdiploma hadden, hebben andere beurspromovendi dat wel.
Ook deze beurspromovendi protesteren al jaren tegen de ongelijke behandeling. Het was een belangrijke reden waarom onderwijsminister Robbert Dijkgraaf in mei vorig jaar besloot het experiment niet te verlengen.
Eigen rechtszaak
Toch waarschuwt Jongsma om de uitspraak niet te groot te maken. ‘Het UMCG doet net alsof het om miljoenen gaat’, zegt hij. ‘Maar deze zaak gaat om deze MD/PhD’s, niet over al die anderen.’ Kortom: als andere promovendi ook een claim menen te hebben, moeten ze hun eigen rechtszaak voeren.
Hoeveel de rechter precies gaat toewijzen, wordt na de zomer pas duidelijk. De zaak gaat verder op 15 augustus.
Het UMCG is verrast door de uitspraak, zo laat een woordvoerder weten. ‘We gaan ons nu beraden op wat dit voor het UMCG betekent en of we al dan niet in cassatie willen tegen deze uitspraak.’