Voor mijn afgelopen vak had ik practica, waarbij er bij de proefpersonen – wij zelf – twee keer een elektrocardiogram (ECG) gemaakt werd. Er worden dan elektroden op je borstkas geplakt en op het scherm verschijnt bij elke hartslag een stel krabbels.
Het ene practicum was weinig inspannend, beloofde de handleiding. ‘De proefpersoon wordt uitgenodigd met ontbloot bovenlichaam (bh kan worden aangehouden) […] op de onderzoekstafel te gaan liggen’, stond er. Het andere ECG-practicum werd gedaan op een fietsergometer en vergde veel meer inspanning.
In mijn practicumgroep leek niemand er moeite mee te hebben om zonder shirt op het zadel of de onderzoekstafel plaats te nemen. Aan een kant stelde me dat gerust, want dat gaf een gevoel van sociale veiligheid, maar ik had er ook twijfels bij. Als niemand protesteert, wordt protesteren ook lastiger.
Er kunnen zoveel redenen zijn om je shirt niet uit te willen doen. Misschien heb je geen zin in het idee bekeken te worden, of in het idee dat mensen iets denken als ze je gezien hebben.
Misschien ben je onzeker of negatief over je lichaam, of heb je nare ervaringen met blootheid. Misschien heb je littekens of andere opvallendheden waar je geen belangstelling voor wenst te genereren. Of je hebt een levensovertuiging die maakt dat je spaarzaam wilt omgaan met wat je van jezelf blootgeeft.
Misschien ben je onzeker of negatief over je lichaam, of heb je nare ervaringen met blootheid
Mijn practicumgroepje bestond toevallig alleen uit vrouwen. Voor het begin van de inspanningstests vroeg de mannelijke studentassistent of het oké was dat hij erbij bleef zitten. ‘Ja hoor’, zei mijn groepsgenoot die als eerste zou fietsen. Ik vroeg me direct af hoe groot de drempel was om ‘nee’ te zeggen, als je dat zou willen, en in hoeverre die drempel gecreëerd werd door de situatie.
In de eerste instantie was ik er zelf terughoudend over, maar door alle vanzelfsprekendheid trok ook ik mijn shirt uit en ging op de fiets zitten. Ik werd acuut van mijn onwennigheid afgeleid door allerlei metingen die gedaan moesten worden, maar halverwege het fietsen bedacht ik weer dat ik er in mijn bh zat.
Wat nou als iemand vanaf de gang foto’s van je maakt en op internet zet? mokte mijn kritische zelf nog na. Dan hebben ze epische foto’s, antwoordde ik, waarop je jezelf met een rooie kop en een veel te snelle ademhaling naar de 190 hartslagen per minuut fietst. Who cares?
Toch zat het me achteraf niet helemaal lekker. Tijdens het practicum werd duidelijk dat iedereen met medische redenen vrijstelling van het fietsen kreeg zonder verantwoording af te hoeven leggen, maar er werd nooit een alternatief benoemd voor het uittrekken van je shirt. Dat kan het gevoel geven dat je moeilijk doet als je geen kleren wilt uittrekken.
Dat lijkt me geen handige suggestie.