Universitair hoofddocent Sepideh Yousefzadeh was nog niet zo lang geleden een wetenschapper in gevaar. Want in haar thuisland Iran is onderzoek doen naar sociale rechtvaardigheid riskant. En toen kwam de kwestie-Täuber, op haar eigen veilige Rijksuniversiteit Groningen.
Ik had vannacht een droom.
Het is 2010, ik woon nog in Maastricht. Ik ben gestrest en op zoek naar steun om in Nederland te kunnen blijven. Ik spreek een vriendin aan de telefoon die zegt: misschien kun je steun krijgen van Scholars At Risk (SAR). Ik kijk op hun website. Het is een wereldwijd netwerk met als doel om de vrijheid en veiligheid in het hoger onderwijs te beschermen. Het bestaat overwegend uit westerse instituten en universiteiten die wetenschappers uit onder meer Iran, Afghanistan, China en Turkije een plek aanbieden.
Ik ben uitgeput. De opstand na de presidentsverkiezingen in Iran, het geweld tijdens de protesten en de gevangenschap van mijn dierbare vrienden hebben hun tol van me geëist. Ik kijk uit het raam van de kleine zolderkamer die ik huur in Maastricht en voel de koude lucht buiten. Mijn lichaam is daar, maar mijn geest is ergens hier ver vandaan. Ik besluit een aanvraag te doen bij SAR voor steun.
Ik moet de hele tijd denken aan Susanne Täuber en de ontwikkelingen aan mijn universiteit. Nog niet zo lang geleden was ik een wetenschapper in gevaar. En het is ironisch: in het land dat mij onderdak gaf om mijn academische vrijheid te beschermen, worden wetenschappers die zich bezighouden met sociale veiligheid in het universitair onderwijs niet beschermd. Zij kunnen ontslagen worden.
Waar ik vandaan kom, ga je een grens over als je een activistische academicus bent
SAR’s wereldkaart van academische vrijheid toont geen enkele westerse universiteit waar die in het geding is. Bij alle evenementen die SAR organiseerde (en ik heb zo mijn mening over het koloniale aspect daarvan) werd het als vaststaand feit beschouwd dat er uitsluitend in niet-westerse autocratische setting wordt gemorreld aan de academische vrijheid.
Er wordt dus voetstoots vanuit gegaan dat westerse universiteiten veilige plekken zijn die in staat zijn om de academische vrijheid te beschermen. Onze eigen Rijksuniversiteit Groningen is lid van SAR.
Ik ben kwaad over wat Susanne Täuber overkomen is en over de uitspraak van de rechtbank. Ik klink misschien naïef als ik dit zeg, maar mijn verbazing weegt zwaarder dan mijn woede. Waar ik vandaan kom, een autocratie, kan lesgeven over of onderzoek doen naar armoede, gender of sociale rechtvaardigheid riskant zijn en gevolgen hebben. Waar ik vandaan kom, ga je een grens over als je een activistische academicus bent.
Academici die zich met dit soort onderwerpen bezighouden, zijn zich dus bewust van de risico’s. Ze weten dat ze veroordeeld kunnen worden voor ‘propaganda tegen het establishment’ of een ‘bedreiging van de nationale veiligheid’.
Als gevolg daarvan hebben veel wetenschappers het land verlaten en veel anderen is de mond gesnoerd. Sommigen hebben de wetenschap verlaten en velen zitten gevangen. Het doet nog elke keer enorm veel pijn als er iemand gearresteerd of monddood gemaakt wordt, maar het is vaak geen schokkend nieuws.
Als deze feiten het ontslag van Susanne niet kunnen voorkomen, welke hoop is er dan nog?
Het oordeel over Susanne schokt me wel, omdat het me erg doet denken aan wat ik in een autocratisch systeem heb meegemaakt. De universiteit die Susanne Täuber ontslaat, is de plek waar Aletta Jacobs studeerde en bovendien een SAR-lid dat de academische vrijheid wil beschermen. Als deze feiten het ontslag van Susanne niet kunnen voorkomen, welke hoop is er dan nog?
Als ik de parallellen met Iran ter sprake breng, zouden mijn Nederlandse vrienden en collega’s makkelijk aanstoot kunnen nemen aan de vergelijking. Ik vraag me af of een democratische en ‘liberale’ plek als Nederland het zich kan veroorloven om zulke gevallen waarin iemand monddood gemaakt wordt te normaliseren.
Wat Susanne overkomen is, deed me denken aan de angst en bedreigingen waar academici in Iran mee te maken krijgen. Susanne Täuber heeft de structurele uitdagingen en de worstelingen met gender en hiërarchie aan onze universiteit benoemd. Dit zou haar niet moeten gebeuren.
Ik kijk in de spiegel en zie Susanne terugkijken. Ik word wakker. Ik werk aan de Rijksuniversiteit Groningen. Dit is niet Iran, waar dit gebeurt. Dit is niet een autocratisch land. Dit gebeurt aan de RUG. Susanne is ontslagen.
Sepideh Yousefzadeh Faal Daghati is universitair hoofddocent intersectional wellbeing and decoloniality bij Campus Fryslân