Kenners
Actuele onderwerpen nader toegelicht door RUG-deskundigen
Andrew Irving
Universitair docent religie en erfgoed
‘In de kerk van de middeleeuwen speelden ook allerlei zedenzaken: priesters hadden concubines of gingen naar de hoeren en ook seksueel misbruik van parochieleden kwam voor. In veel gevallen liet de bisschop dit oogluikend toe, waardoor dit gedrag door ging. Soms nam de kerk wel maatregelen, maar dat ging buiten de staat om.’
‘De neiging van de kerk om problemen intern op te lossen, is verklaarbaar vanuit de geschiedenis. Vanaf de negende eeuw was de overheid nauw betrokken bij de kerk. In de elfde eeuw wilde de kerk die bemoeienis van de overheid niet meer, met name om corruptie te voorkomen. Voor die scheiding van kerk en staat is hard gevochten.’
‘Dat de vorige paus, Benedictus XVI, formeel zei dat misbruik gerapporteerd moest worden aan de overheid, was dan ook een hele verandering in het denken. Ook de synode van vorige week is hierin een stap vooruit: het is een publieke erkenning dat verandering nodig is. Maar in twee dagen kun je niet iets radicaal veranderen.
De komende maanden moet blijken wat er van de plannen terecht gaat komen. Veel moet toch op lokaal niveau gebeuren. Ik hoop dat de kerk hierin wil leren van de seculiere wereld, vooral in preventie. In Glasgow bijvoorbeeld is huiselijk geweld behandeld als een probleem van publieke gezondheid, met als inzet preventie. En dat was heel succesvol. De kerk kan veel van dit soort initiatieven leren.’
Kim Knibbe
Universitair hoofddocent sociologie en antropologie van religie
‘Ik deed in 2001 en 2002 onderzoek naar katholicisme en veranderingen in de katholieke kerk in Zuid-Limburg. Met name de vooroorlogse generatie gaf aan dat men de misstanden in de kerk voor lief nam, het hoorde erbij. Traumatische gebeurtenissen binnen de kerk, ook op gebied van dwangarbeid en de manier waarop met niet-gedoopte overleden baby’s omgegaan werd, werden verzwegen. Eigenlijk schaamden de slachtoffers zich ervoor.
‘Het feit dat de discussie rondom misstanden in de katholieke kerk nu in het publieke domein gevoerd wordt, is voor slachtoffers belangrijk. De misstanden worden erkend, ook hun verhaal wordt erkend. Dat is een voorwaarde om met de verwerking te kunnen beginnen.
Daarin speelt de synode ook een rol. Het is belangrijk dat er wereldwijd aandacht voor dit probleem is, maar dat zegt niet dat de problemen direct opgelost zijn. Lokaal worden, ook in Nederland, nog steeds misstanden ontkend. Slachtoffers worden nog steeds buitengesloten.
Dat de leiding van de kerk nu hardop erkent dat er problemen zijn, is een belangrijke stap voorwaarts. Maar daarmee is het feit dat de kerk zich soms drukker lijkt te maken om de priesters dan de slachtoffers – die ook onderdeel van de kerk zijn – niet direct veranderd. De verandering in het denken in de kerk is er wel, maar gaat traag en daar is tijd voor nodig.’
Katherine Stroebe
Universitair hoofddocent sociale psychologie
‘Het misbruik in de kerk is jarenlang verzwegen. Vanuit de sociale psychologie is dat goed verklaarbaar. Het is een vergelijkbaar met discriminatie: je kunt het gevoel hebben dat je de enige bent met zo’n probleem. Bovendien kan je je machteloos voelen: als je ermee naar buiten treedt, wat helpt dat dan? Daarbij speelt schaamte vaak ook nog een rol.
Om misstanden aan te kaarten, treden mensen ook vaak als groep naar buiten. Dat doen ze als aan drie voorwaarden voldaan is. Allereerst moeten leden van de groep een gezamenlijke identiteit hebben, zich met elkaar verbonden voelen. Maar dat is lastig als je niet van elkaar weet dat er een probleem speelt.
In de tweede plaats moet er een collectief gevoel van onrechtvaardigheid zijn. En tot slot efficacy – het gevoel dat je er iets aan kunt doen. Mensen keken op tegen de machtige kerk, daar ondernam je niet zomaar actie tegen.
In de laatste jaren heeft de media hierin een belangrijke rol gespeeld. Zij brachten verhalen van mensen in de openbaarheid. Slachtoffers zagen dat ze niet de enige waren. Bovendien laat de media de onrechtvaardigheid duidelijk zien. Dat vergroot dat collectieve gevoel van onrechtvaardigheid. Ook lotgenotengroepen kunnen hieraan bij dragen.’