Studenten zijn geschrokken van de schietpartij eind vorige week in de Poelestraat, maar gaan gewoon weer op stap. ‘Voelt als een incident.’
In de Poelestraat is amper te merken dat er vorige week een schietpartij was. Overdag zitten de terrassen vol en ’s avonds stromen hordes studenten van de ene naar de andere kroeg.
De 20-jarige student economics and business economics Dilan Russchen zat net een broodje te eten op de hoek van de Oosterstraat en Poelestraat toen de schietpartij uitbrak. Dus het had ook anders kunnen aflopen. ‘Als we niet een broodje waren gaan halen, waren wij het misschien geweest.’
Toch weet hij het te relativeren. ‘Het kan altijd gebeuren dat er een gevecht uitbreekt of één of andere gek een mes trekt’, zegt Dilan. ‘Maar mijn vrienden en ik zijn er niet echt angstig door geworden. Inmiddels zijn we bijna allemaal alweer op stap geweest.’
Afgeladen vol
Dat beeld herkennen werknemers in de Poelestraat. Op donderdagavond 14 september, de avond na het schietincident, was het uitgaansgebied afgeladen vol. ‘Het leek wel alsof er een soort feest gaande was’, zegt een medewerker van een bar vlakbij de schietpartij.
Ook later in de week bleef de drukte aanhouden, en nog steeds. Er zijn volop constitutieborrels, feestjes en mensen die het gezellig hebben op het terras. ‘Het was hetzelfde als altijd, het lijkt alsof het de studenten niet heel veel uitmaakt’, aldus de medewerker.
Incident
Masterstudent biomedische wetenschappen Milan Post schrok toen hij over de schietpartij hoorde. ‘Ik wist niet dat dat ook in Groningen kon gebeuren.’
Het maakt hem in ieder geval niet bang om de stad in te gaan. ‘Het voelt meer als een incident, niet als iets dat vaker zal gebeuren’, vertelt hij. ‘Ik ben niet bang dat er, de volgende keer dat ik op stap ga, wordt geschoten’
Zo voelen de meeste studenten die in de buurt van het Poeleplein wonen zich ook. Sommigen van hen hoorden de schoten, anderen zagen het pas ’s ochtends op het nieuws. ‘Het kan overal gebeuren. Dat het voor je deur gebeurt is even schrikken, maar het leven gaat wel weer door.’