Dit kan zo niet langer, vindt de RUG, al die ouwe knarren aan de muur. In de Senaatskamer komen daarom 20 tot 25 nieuwe portretten te hangen, van vooral vrouwen.
‘We zijn echt met een inhaalslag bezig’, zegt RUG-woordvoerder Jorien Bakker. ‘Meer vrouwen, minder dood’, vat ze het samen. De eerste nieuweling is al onthuld; een portret van Cisca Wijmenga. Niet vanwege haar status als kersverse rector magnificus, aldus Bakker, maar omdat ze een hoogleraar van formaat is, zoals alle hoogleraren die in de Senaatskamer hangen.
Vertekend beeld
Bij elke buluitreiking, bij elke promotie of andere plechtigheid in het Academiegebouw valt het op: er hangen zo weinig vrouwenportretten aan de muur. Hoogstens 5 procent. Tot voor kort hingen er in de Senaatskamer slechts drie, Jantina Tammes, Wilhelmina Bladergroen en Elizabeth Visser, tussen 136 mannen. Dat geeft een vertekend beeld: een op de vijf hoogleraren aan de RUG is vrouw. ‘Dat is niet te zien in de Senaatskamer’, zegt Bakker.
Krijgertjes
De uni bemoeide zich tot nu toe amper met wie er geschilderd moest worden. Vrijwel alle schilderijen zijn geschenken. Van verenigingen die de hoogleraar wilden eren, van familie of van de hoogleraar zelf. De RUG kreeg slechts af en toe een portret van een vrouw. Mede omdat ze vaak nog niet met emeritaat zijn of geen tien jaar hoogleraar zijn geweest. Die voorwaarden zijn nu geschrapt.
‘Het is een beetje de olifant in de kamer’, zegt universitair docent orthopedagogiek Steffie van der Steen van gedrags- en maatschappijwetenschappen. Haar faculteit deelt een kamer met de faculteit economie en bij elke plechtigheid voelt ze het ongemak en móet ze het even benoemen. ‘”Wat valt je op?” vraag ik dan. “Dat er geen vrouwen hangen”, volgt dan al snel.’ Het frustreert haar. Kan dit niet anders, vroeg ze in de faculteitsraad. ‘Dit is niet bepaald all-inclusive.’
‘Nee, dat klopt’, beaamt Bakker. En Van der Steen is niet de enige die er last van heeft, weet ze. ‘Er zijn er heel veel die het frustreert.’ Dit lustrum, met all-inclusive als thema, was dan ook de uitgelezen kans om er iets aan te doen.
De inhaalslag gaat niet alleen over vrouwen, het gaat ook om huidige, nog levende hoogleraren van formaat. Nobelprijswinnaar Feringa komt er te hangen, net als de andere Groningse winnaars van de Spinozapremie. De RUG vroeg daarnaast elke faculteit één of twee namen te leveren.
Tjokvol
‘We richten ons eerst op de Senaatskamer’, vertelt directeur Arjen Dijkstra van het Universiteitsmuseum, die de vernieuwingsgolf in goede banen moet leiden. Die Senaatskamer is namelijk al ingewikkeld genoeg. Simpelweg wat schilderijen erbij hangen is geen optie, want het hangt er al tjokvol.
Voor elk nieuw schilderij moet dus iemand wijken. Voor Wijmenga was dat Guillaume Rochat, zegt Dijkstra. Hij wijst naar de achterkant van een doek, achterin zijn kantoor. Het portret van de hoogleraar oogheelkunde, die ook nog rector is geweest, gaat naar het depot. Later komt hij in de faculteitskamer geneeskunde te hangen. En misschien rouleert hij wel weer eens terug de Senaatskamer in, maar voorlopig ligt hij eruit.
De keuze is niet makkelijk, verzucht Dijkstra. ‘Ik ken ze allemaal en als ik er een niet ken, zoek ik het op en denk ik: oh ja, dat is hij.’ Een lijstje afvallers uit de ‘dude wall‘ heeft hij dan ook niet. ‘Maar Van Giffen haal ik niet weg’, zegt hij stellig. ‘En Ubbo Emmius, Heymans, Van Swinderen…’