Student Roos is het zat
Stoepkrijt tegen catcalls
Een meisje bedient op één van de terrassen op de Grote Markt. Een groepje mannen komt aan een tafeltje zitten en ze vraagt: ‘Kan ik iets voor jullie doen?’ ‘Je kan me later vanavond wel doen’, zegt een van hen. De rest barst in lachen uit om de vulgaire grap.
Die botte opmerking is nu te lezen in heldere stoepkrijtkleuren, precies naast het terras waar het gebeurde.
De boodschap is geschreven door Roos de Boer – net afgestudeerd in media studies. Ze fotografeert de tekst en post hem vervolgens op haar Instagrampagina @catcallsofgrunn. Zo wil ze de rauwe realiteit van straatintimidatie zichtbaar maken. Ze besloot zelfs haar tussenjaar te besteden aan het draaiend houden van Catcalls of Grunn, zodat niemand dergelijke intimidatie nog kan negeren.
Ik zag dat er geen Catcalls-account was in mijn stad. En dus besloot ik meteen er eentje te beginnen
Haar acties maken deel uit van het wereldwijde Chalk Back-initiatief. De Groningse hoorde van ervan via een podcast. ‘Ik ben een actieve feminist in het dagelijks leven en probeer mensen daar ook over te vertellen’, zegt ze. Maar deze actie bracht ook de activist in haar boven. ‘Ik zag dat er geen Catcalls-account was in mijn stad. En dus besloot ik meteen er eentje te beginnen’.
Ongemakkelijk gevoel
Sinds de start in augustus heeft ze al heel wat catcalls op straat gekrijt: Van ‘Slet’ via ‘Ik wil je neuken’ tot ‘Laat je kutje eens zien’. Ze hoopt dat voorbijgangers beseffen hoe afschuwelijk dergelijke commentaren zijn, als ze er bijna over struikelen op straat. ‘Ik wil dat de straten van Groningen veilig zijn’, zegt Roos. En de beste manier om dat te bereiken, denkt ze, is als de mensen die de calls lezen, zich net zo ongemakkelijk voelen als de vrouwen die ze naar hun hoofd krijgen.
Terwijl ze bezig is op de Grote Markt, komen voorbijgangers nieuwsgierig dichterbij en lezen de boodschap. ‘Niemand in de stad praat erover’, zegt ze. ‘Als je zoiets ziet gebeuren, moet je iets doen en het niet negeren.’
Niet alleen laat het stoepkrijt zien hoe grof de opmerkingen zijn, het toont ook de omvang van straatintimidatie. Roos schrijft de anonieme bijdragen steeds precies op de plek waar het gebeurde. ‘Catcallers denken vaak dat ze een compliment geven’, zegt Roos. ‘Maar in feite zorgen die zogenaamd onschuldige commentaren dat vrouwen zich erg ongemakkelijk voelen. En dat is niet oké.’
Ik wil dat vrouwen weten dat ze respect verdienen
Ze vraagt Groningers dan ook om hun ervaringen te delen via Instagram en de locatie toe te voegen. ‘Het zijn voornamelijk de verhalen van vrouwen’, zegt ze, ‘maar iedereen mag bijdragen.’
Met haar Instagramaccount wil ze een gemeenschap creëren waar mensen hun verhalen kunnen delen en over straatintimidatie kunnen praten. Dat doet Roos zelf ook al regelmatig, want sommige boodschappen zijn behoorlijk hard. ‘Ik wil dat vrouwen weten dat ze respect verdienen in plaats van intimidatie vanwege hun uiterlijk.’
Vreemde reacties
Toch vindt Roos het niet fijn om alleen te krijten. Niet omdat ze bang is voor opmerkingen. Wel omdat mensen gemakkelijk over haar struikelen, en omdat fietsers haar over het hoofd zien als ze knielt op straat. Daarnaast krijgt ze soms vreemde reacties van mensen die niet begrijpen wat ze doet. ‘Ik schreef een keer iets als “Hey, slet! Zeg ’s hi.” En toen begonnen voorbijgangers “Hi!” te zeggen. Dat was best gek.’
Sommige mensen hebben geen grenzen
Ook nu loopt een toeristengids bijna tegen haar op. Dan realiseert hij dat ze aan het schrijven is en leest de tekst hardop. Hij kijkt haar aan en vraagt: ‘Gaat dat over neuken?’
‘Sommige mensen hebben geen grenzen’, zucht Roos.
Op dit moment krijgt Roos nog een beperkt aantal boodschappen per dag. Maar naarmate ze meer volgers krijgt, hoopt ze ook op meer bijdragen. ‘Hoe meer berichtjes ik krijg, hoe meer ik kan posten.’
Ze hoopt bovendien ook de internationale gemeenschap te bereiken. Catcalling heeft immers geen taal en ze wil ‘zowel Nederlandse als Engelstalige mensen in de gemeenschap opnemen’. ‘Hopelijk zorgt dit initiatief ervoor dat mensen twee keer nadenken voor ze ongevraagd grove opmerkingen maken op straat.’