Eerstejaars in coronatijd
‘Ik kan niet wachten tot alles weer normaal wordt’
Lotte Benedictus (19)
Arts, culture and media
Ze had de eerste zes maanden van haar tussenjaar hard gewerkt in de horeca, zodat ze de tweede helft van het jaar kon reizen. ‘Ik ontdekte dat ik familie heb in Australië, dus die wilde ik heel graag opzoeken. Daarna zou ik gaan interrailen door Europa.’ Maar toen kwam corona.
Nee, het zat Lotte Benedictus niet mee. En nu is ze dus ook nog aan haar studie arts, culture and media begonnen in misschien wel het raarste academische jaar ooit.
Toch valt het haar tot nu toe alleszins mee. ‘Ik had verwacht dat alles online zou zijn, maar het is een beetje fifty-fifty online en fysiek’, vertelt ze. ‘Daar ben ik blij mee. Het is veel leuker dan in je eentje in je kamer zitten.’
Lotte, die uit Leeuwarden komt, heeft al sinds mei een kamer in Groningen, al woont ze er pas sinds kort. ‘Door alle onzekerheid van corona wist ik niet zo goed wat ik moest verwachten, dus ik dacht, ik kan er maar beter zeker van zijn dat ik iets heb.’
Door alle onzekerheid wist ik niet goed wat ik moest verwachten
Ze heeft vier huisgenoten, maar om een sociaal leven op te bouwen is ze ook lid geworden van studentenvereniging Dizkartes. ‘Daar is mijn broer ook lid van. Hij kwam altijd thuis met leuke verhalen, waardoor ik het al een beetje kende. Ik heb wel nog verder gekeken, maar Dizkartes had de leukste sfeer en de leukste mensen voor mij; ik voelde me daar meer thuis.’
Corona was op die keuze eigenlijk niet van invloed, zegt ze. ‘Ik heb wel van anderen gehoord dat ze lid wilden worden van een studentenvereniging om zo ondanks het virus toch nog mensen te kunnen ontmoeten. Maar ik wist eigenlijk altijd al dat ik dat wilde. En met mijn studie is het te overzien, dus dat kan makkelijk.’
Er waren dit jaar enorm veel aanmeldingen bij Dizkartes: driehonderd. Er moest zelfs geloot worden. De introductieweek zag er ook anders uit; zo werd het driedaagse kamp ingekort tot een eendaags evenement en was de inauguratie in de Martinikerk. ‘Maar je zat de hele week constant in een ander groepje, zodat je zoveel mogelijk mensen kon ontmoeten’, vertelt Lotte.
Ze kijkt tevreden terug op de eerste weken. ‘Ik had veel meer online activiteiten verwacht, maar dat is tot nu toe helemaal niet zo. Dat vind ik wel echt leuker, dat er ondanks de beperkingen toch nog ‘live’ iets heel leuks van kan worden gemaakt. Maar ik kan niet wachten tot alles weer écht normaal wordt.’
Machteld Stegenga (18)
Biologie
Voor Machteld Stegenga is dit niet haar eerste studiejaar, maar wel het eerste jaar in Groningen. Ze studeerde vorig jaar voeding en gezondheid in Wageningen en is nu begonnen met biologie. ‘Voeding en gezondheid paste niet meer bij mijn toekomstbeeld. Ik ben heel idealistisch en ik wil graag de wereld een beetje beter maken. Ik wil aan iets groters meewerken en biologie past daar dan denk ik beter bij.’
Machteld heeft er niet zoveel problemen mee dat haar studie nu deels online is. ‘Ik vind het heel fijn plannen. Als ik even geen tijd heb of ik wil de stad ingaan, dan kan ik de colleges terugkijken wanneer ik wil.’
Wel heeft ze haar verwachtingen van het eerste jaar iets moeten bijstellen. ‘Ik had heel veel gezelligheid verwacht. Veel op de campus zijn en natuurlijk heel veel uitgaan, huisfeestjes en brak in de collegezaal zitten. Maar dat gaat helaas niet door.’
Toch voelt ze zich in Groningen al helemaal op haar plek. Halverwege juni is ze hierheen verhuisd en nu woont ze met vijf andere studenten in het centrum, al heeft ze met hen niet zoveel contact.
Ik vind het fijn dat ik de colleges kan terugkijken wanneer ik wil
In Wageningen was ze lid van de zustervereniging van Albertus; Sint Franciscus Xaverius. Ze twijfelde of ze in Groningen weer lid wilde worden van een vereniging. ‘Ik vond het best wel heftig met al die tradities en het kost veel tijd. In Wageningen moest je 36 studiepunten halen in het eerste jaar. Hier is het 45, en het is een studie waar je echt veel voor moet doen.’
Maar uiteindelijk is ze toch lid geworden van een vereniging: Bernlef. Kleiner dan Albertus en vertrouwd: ze komt uit het Friese Wijckel. ‘Ik miste het in Wageningen om Fries te kunnen spreken. Friezen hebben toch wel een eigen karakter, er zit een bepaalde gezelligheid aan. Ik kende de vereniging al vanuit thuis-thuis en drie vriendinnetjes van mij hadden zich daar ook ingeschreven. Toen ik daar naar binnen liep, kreeg ik meteen een heel fijn gevoel.’
Hoe het er aan toe gaat bij een studentenvereniging op anderhalve meter afstand? Dat moet ze nog zien. ‘Ik heb tot nu toe nog weinig tijd gehad om bij Bernlef te kijken. Ik was in de KEI-week wel blij dat niet alles online was. Dat is toch anders dan in het echt.’
Eind september is de inauguratie van Bernlef. ‘Het is allemaal heel geheim, dus ik heb geen idee wat er gaat gebeuren. Maar ze zeggen dat het heel leuk wordt!’
Kara Schotanus (18)
Religiewetenschappen
Groningen in coronatijd een saaie plek voor eerstejaars? ‘Ik vind het zo leuk hier dat ik nu eigenlijk al wil verhuizen’, roept Kara Schotanus. Ze woont nog bij haar ouders in Grou en was van plan pas volgend jaar op kamers te gaan, maar ze is nu toch al op zoek. Tot die tijd logeert ze af en toe bij vriendinnen.
Het is niet helemaal een juichverhaal, want het studentenleven is door het virus wel net even anders dan hoe ze het voor zich zag. ‘Alles gaat langzamer dan ik had verwacht. Ik ontmoet wel mensen en zo, maar zonder corona was ik nog veel meer in Groningen geweest dan nu. En dan leer je mensen toch wat sneller kennen.’
‘Je studententijd is gewoon een hele nieuwe fase waar je in komt, heel anders dan de middelbare school’, zegt ze. ‘Je krijgt nieuwe vrienden, doet een studie, gaat op jezelf wonen.. Alles verandert en je krijgt een nieuwe wereld eigenlijk. Maar door corona verandert alles nóg meer.’
De KEI-week vond ze vanwege alle maatregelen niet fantastisch, maar het gaf haar wel toegang tot de studentenverenigingen. ‘Ik wilde me graag bij een vereniging aansluiten. Deels omdat de colleges online zijn en je dus je klasgenoten niet ontmoet, maar ook omdat ik een studie doe met maar 25 anderen. Als dat niet klikt heb ik altijd de vereniging nog.’
Alles gaat langzamer dan ik had verwacht
Ze had zich eerst ingeschreven bij Dizkartes, maar bedacht zich na de infomarkt. ‘Ik hoorde over gratis tosti’s bij Unitas, dus daar ging ik meteen heen’, lacht ze. ‘Ik kreeg een persoonlijke rondleiding en voelde me meteen op mijn plek. Ook omdat het wat kleiner is. Unitas heeft een jaar van zestig mensen en daardoor leek het me net wat hechter.’
De introductietijd van anderhalve week zag er anders uit dan normaal: ze bracht maar zo’n twee uur per dag door bij de vereniging. ‘Maar alles was in shifts opgedeeld en die werden gewisseld, zodat je toch iedereen in je jaar gezien en ontmoet hebt.”
‘Het was heel erg leuk om op deze manier mensen te leren kennen’, vindt Kara. ‘De commissie is erin geslaagd om er ondanks de beperkingen toch iets leuks van te maken. Omdat we er niet de hele dag waren, hadden we heel veel tijd over. Dus werd er bijvoorbeeld een speurtocht georganiseerd, waarbij je aan een buddy gekoppeld werd.’
De eerste studieweek is haar ook bevallen. ‘Ik ben wel blij dat ik toch twee keer per week fysiek college heb. Tot nu toe is het erg interessant. Ik moet wel nog wennen aan het universitaire lessysteem, maar ik heb er zin in.’