Overleven doe je samen
Dappere zangvogels
Bioloog Martijn Hammers ontdekte dat Seychellenzangers op het eiland Cousin elkaar met gevaar voor eigen leven redden van de dood.
Vogels die verstrikt raken in de zaden van de Pisonia kunnen niet meer vliegen en sterven vaak.
Hammers denkt dat zeldzame zangvogels het ogenschijnlijk onbaatzuchtige gedrag vertonen, omdat ze er in de toekomst mogelijk hulp voor terugkrijgen. Seychellenzangers leven in groepen en werken veel samen.
Naast deze vogels is van slechts een aantal groepsdieren, waaronder dolfijnen en mieren, bekend dat ze elkaar uit benarde situaties redden.
Hoewel sommigen beweren dat dit laat zien dat de vogels empathie tonen, denkt Hammers dat er meer verklaringen mogelijk zijn.
Zo kan het gedrag een reflex zijn om de hulpkreet van de ander te stoppen.
Leestijd: 7 minuten (1176 woorden)
Bioloog Martijn Hammers onderzoekt de Seychellenzangers op Cousin, een klein eilandje voor de kust van Oost-Afrika. Tijdens zijn onderzoek op het Seychelleneiland ontdekte hij dat deze kleine zangvogels een heroïsche kant hebben. Met gevaar voor eigen leven redden ze elkaar van de kleverige zaden van de zogenaamde vogelvangende boom – eigenlijk Pisonia genaamd.
Cousin is bezaaid met deze boomsoort. Vogels die verstrikt raken in de zaden kunnen niet meer vliegen. Uiteindelijk leggen ze vaak het loodje. ‘Ik heb die zaden wel eens in mijn haar gehad. Als je ze eruit probeert te trekken, gaat je haar gewoon mee’, weet Hammers. ‘Tijdens mijn onderzoek op het eiland zag ik een Seychellenzanger die verstrikt was in de zaadjes en alarmkreten gaf. Een andere vogel begon de zaadjes eruit te pikken.’ Eenmaal terug achter de computer zag Hammers in de database dat een collega dit gedrag ook al eens had gezien.
De ontdekking van Hammers en zijn collega is bijzonder, omdat het laat zien dat vogels een hoger niveau van sociaal gedrag vertonen dan we tot nu toe wisten. ‘Je hebt sociaal gedrag in verschillende gradaties. Dat vogels elkaar helpen bij het opvoeden van jongen bijvoorbeeld. Dit gedrag lijkt nog een stapje verder te gaan, nog altruïstischer te zijn.’ Bovendien is het uitvoeren van een reddingsactie behoorlijk ingewikkeld. Een vogel moet eerst een andere vogel in nood herkennen, het gevaar herkennen en bedenken wat hij moet doen om de ander te helpen. Dat vergt behoorlijk wat inzicht. Bovendien lopen de heldhaftige exemplaren tijdens het pikken het risico zelf verstrikt te raken in de zaadjes, aldus Hammers.
Voor wat hoort wat
Hij denkt dat de zeldzame vogels elkaar redden, omdat ze er op de lange termijn voordeel van hebben. ‘Dat is niet zo raar als het klinkt’, legt Hammers uit. ‘Deze vogels leven hun hele leven samen in hechte familiegroepen. Die groepen werken bij alles samen; van het grootbrengen van jongen tot het verdedigen van het territorium. Door een individu te helpen, hoopt de vogel misschien later van dat individu hulp terug te krijgen. Of dat nu een bewuste keuze is of niet; het lijkt wel een logische verklaring.’
De beste verklaring is volgens Hammers echter dat de dieren met hun redgedrag hun familiegroep in stand houden. Door een familielid te redden, blijven meer dieren in een groep over om zich voort te planten en het territorium te verdedigen. De waarnemingen van Hammers en zijn collega onderschrijven deze gedachte: in drie van de vier gevallen waren de vogels familie. In het vierde geval was de vogel geen familie, maar hielp hij wel bij het opvoeden van de jongen. Het bevrijden van hun soortgenoten lijkt effect te hebben: alle geredde vogels leefden na de heldendaad nog minimaal een half jaar. De Seychellenzanger wordt gemiddeld bijna zes jaar oud – erg oud voor zo’n kleine vogel, weet de onderzoeker.
Vogels met gevoel?
Het heldhaftige gedrag van de zangvogels toont aan dat vogels empathie kunnen tonen, zeggen sommigen. Maar Hammers vindt die conclusie wat voorbarig. ‘Het zou ook kunnen dat een dier bij het horen van een alarmkreet in een reflex gaat helpen om die alarmkreet te stoppen’ zegt hij. ‘Maar’, zo geeft hij toe, ‘het lijkt er wel heel erg op dat de vogels zich realiseren dat het andere dier in gevaar is, en ze het moeten redden.’
Dergelijk gedrag wordt eigenlijk alleen waargenomen in dieren die in groepen leven. Hammers: ‘Bij de zeevogels op Cousin hebben we dit redgedrag nog nooit gezien. En dat terwijl zeevogels veel vaker onder de zaden komen te zitten, doordat ze op de grond broeden. Het verschil is dat zeevogels veel minder sociaal zijn. Familiebanden en groepen zijn bij deze dieren minder belangrijk.’
Van bijvoorbeeld dolfijnen weten we dat ze elkaar uit benarde situaties redden. Maar ook minder intelligente en meer onverwachte diersoorten leggen onbaatzuchtig gedrag aan de dag. ‘Bij mieren is aangetoond dat ze zich sociaal gedragen. Ze helpen elkaar als een andere mier in een kuil is gevallen’, vertelt Hammers. ‘Maar dat doen ze alleen bij mieren uit hun eigen kolonie: een aanwijzing dat familiebanden heel belangrijk zijn.’
Dat mieren elkaar helpen, suggereert volgens Hammers dat ze genetisch geprogrammeerd zijn om hun groepsgenoten te helpen. En dat zou ook wel eens voor vogels kunnen gelden. ‘Het is heel verleidelijk om te denken dat vogels empathisch zijn, maar er is toch echt meer en beter onderzoek nodig om daarover iets te kunnen zeggen’, concludeert hij.
Driehonderd
Dat de geobserveerde dieren familie van elkaar zijn, weet Hammers dankzij een enorme database aan informatie over de vogels. Al dertig jaar volgen wetenschappers alle driehonderd Seychellenzangers op het eiland. En dat is best hard werken.
Hammers: ‘We beginnen meestal tussen zes en zeven ’s ochtends, en volgen de vogels. We brengen de territoria in kaart en houden bij wie helpt bij het grootbrengen van de broedsels. Ook houden we bij wat de vogels eten, en tellen we het aantal planten en de hoeveelheid insecten in de territoria.’ Bovendien vangen de onderzoekers de beesten en voorzien ze van een ring. Daarbij nemen ze meteen een beetje bloed af. Zo beschikken ze ook over de genetische informatie van alle vogels op het eiland.
Paradijs
Cousin is een eilandje van nog geen 700 meter lang. Het maakt deel uit van de Seychellen, een eilandengroep ten noorden van Madagaskar. ‘Het is echt een prachtig tropisch eiland. Voordat we zonnepanelen kregen, hadden we twee uur per dag stroom van een generator. Drinkwater moeten we met jerrycans van een ander eiland halen. Een echt kantoor heb ik er niet, meer een keukentafel met uitzicht op zee. Er staan zeven huisjes. Enkele daarvan worden delen van het jaar bewoond door onderzoekers, en er woont een aantal natuurbeschermers. Eigenlijk is het gewoon een onbewoond eiland.’
Toch was dit eiland niet altijd het prachtige stukje natuur dat het nu is. In de jaren zestig was het hele eiland een kokosplantage. Van de Seychellenzanger waren op de hele wereld nog maar 25 exemplaren in leven. Een natuurorganisatie kocht het eiland en veranderde het in een reservaat. De populatie herstelde zich en werd uitgezet naar vier andere eilanden in de archipel.
Tegenwoordig mag je Cousin als toerist bewonderen. Maar om de natuur te beschermen, duren dergelijke bezoeken niet langer dan een uur. Dat maakt het eiland echt een paradijs voor zeevogels. En voor wetenschappers: doordat de populatie Seychellenzangers hier zo geïsoleerd is, kun je ze op Cousin perfect onderzoeken.
Dat is precies waar Hammers, met een NWO Venibeurs op zak, mee verder gaat. Het heldhaftige gedrag van Seychellenzangers was een mooie toevalstreffer, maar eigenlijk ging zijn onderzoek over veroudering en sociaal gedrag bij de zeldzame zangvogeltjes. Dat werk gaat door, maar dan wel op zijn eilands: met uitzicht op zee, voeten in het zand en af en toe een ontmoeting met een reuzenschildpad.