41 jaar en nog steeds op kamers
Diehard in Selwerd I
Het is doodstil in de gangen van de studentenflat aan de Kornoeljestraat. Voetstappen weerkaatsen tegen de muren en overal hangt een penetrante, muffe geur. Vanuit een kamer klinkt plotseling gelach. Dan is de stilte weer terug. De internationale studenten – meestal Erasmusstudenten die een halfjaar in Groningen studeren – zijn allemaal naar huis. De nieuwe lichting is nog niet gearriveerd.
Maar lang gaat dat niet meer duren. Vanaf september zorgen nieuwe bewoners voor een nieuwe periode van feestjes, vreemde etensgeuren uit alle landen, verschillende talen op de gang en onbegrijpelijke namen op de deuren. Op gang D2 komen er veertien. Want de vijftiende gangbewoner, Jeroen, is niet naar huis. Híj woont hier al 22 jaar. Híj maakte deze cyclus al vaak mee.
‘Ik zeg hoi en doei natuurlijk’, zegt hij. ‘In het Engels uiteraard, maar dat is het ook. Ik slaap en eet hier, maar mijn leven speelt zich niet af in deze flat.’
22 jaar geleden was het anders, zegt hij. ‘Het leeftijdsverschil speelt daarin ook een grote rol natuurlijk, en ik heb mijn baan gewoon.’
Een van de laatsten
Jeroen is een van de laatste oude bewoners van de flat in de Kornoeljestraat. Hij is 41 nu: een lange slungel met een beginnend buikje. Hij loopt op blote voeten en hult zich in een zwart t-shirt en een zwarte driekwart broek.
Ik slaap en eet hier, maar mijn leven speelt zich niet af in deze flat
Maar toen hij in zijn kamer trok – twaalf vierkante meter, een gezamenlijke keuken aan het einde van de gang, een flatbar helemaal onderin het gebouw – was hij gewoon een van de studenten die snel een woonplek wilden.
Een kamer in een van de Selwerdflats was altijd wel te krijgen. ‘Het was heel gezellig hier. We aten vaak samen, er waren veel feestjes en we gingen bijvoorbeeld ook met de hele gang op stap in de stad,’ zegt hij.
Hij was achttien toen en was net uit Gelderland naar Groningen getrokken voor zijn studie farmacie. ‘Ik wilde het lab in, onderzoek doen’, herinnert hij zich.
Modderen
Maar het leven besliste anders. Persoonlijke omstandigheden – hij weidt er liever niet over uit – maakten dat hij moest stoppen met zijn studie farmacie. Vijf jaar lang modderde hij door voor hij het opgaf.
Tegenwoordig is hij postbode – al zit hij op dit moment in de ziektewet. Hij had een ongelukje met zijn fiets en verstuikte beide enkels. Maar normaal? ‘Lekker buiten, lekker op de fiets door de stad. Soms maak je mensen blij, maar soms ook niet.’ Hij laat niet veel los over zijn carrièreswitch. ‘Soms gebeuren er nou eenmaal dingen in het leven, en dan loopt het zoals het loopt.’
Dus woont hij nog steeds op diezelfde vierkante meters als in 1996. Vierkante meters die hij overigens liever niet laat zien. Zijn kamer blijft stevig op slot – het gesprek vindt plaats op twee zwartleren Ikeabanken in de gezamenlijke ruimte.
Populaire woonplek
Hij zag het snelle internet komen, dat de flat in de jaren na 1996 tot een populaire woonplek maakte voor computernerds en filmliefhebbers. ‘We maakten gebruik van dezelfde servers als die de RUG had. We hadden dus net zo snel internet als op de universiteit. Daarnaast ligt hier glasvezel, dus ja, dat internet was top.’
Vanaf het moment dat zij me duidelijk maakten dat ze me weg wilden hebben, wilde ik zelf ook weg
Maar ook die vertrokken – iedereen heeft snel internet tegenwoordig. De flats met hun betrekkelijk kleine kamers werden minder populair en verhuurder Lefier deed het beheer van de Selwerdflats over aan SSH dat het gebruikt om internationale studenten te huisvesten.
En dat maakt zijn woonsituatie ingewikkeld. Samen met twee andere – mannelijke – bewoners van de gigantische studentenflat huurt hij nog altijd van Lefier en niet van de SSH. Met zijn drieën hebben ze daarom andere rechten.
Camera’s
Toen de SSH camera’s wilde plaatsen naar aanleiding van klachten van internationale studenten over insluipers, konden hij en zijn twee ‘oude’ medebewoners dat tegenhouden. Pas toen bezwaren over privacy waren opgelost, konden ze geplaatst worden.
Niet voor niets willen SSH en Lefier niets liever dan dat de drie oud-studenten elders een plekje zoeken, maar de andere twee weigeren de flat te verlaten. Jeroen ziet het intussen wel zitten. ‘Vanaf het moment dat zij me duidelijk maakten dat ze me weg wilden hebben, wilde ik zelf ook weg. Nu ligt de bal dus bij hen.’
Zij moeten vervangende woonruimte voor mij zoeken. Dat gaat niet zo makkelijk
Over de verhuisvergoeding heeft hij geen klachten. ‘Daar hebben ze een bod voor gedaan. Het precieze bedrag zal ik niet noemen, maar ik ben er zeker tevreden mee,’ lacht hij. ‘Zij moeten vervangende woonruimte voor mij zoeken. En dat gaat nog niet zo makkelijk.’
Weigeren
Hij vermoedt dat Lefier een veel zwaardere dobber heeft aan de twee andere diehards van Selwerd I. Zij vertikken het namelijk om te vertrekken.
Hoe lang hij nog moet wachten? Hij heeft eigenlijk geen idee. ‘Maar ik ben er wel heel erg aan toe om een plekje voor mezelf te hebben.’ Echt van hemzelf dus, en niet gedeeld met veertien andere studenten.
Dat betekent dus ook dat hij het niet zal gaan missen. De studenten? Er zijn er al zoveel gekomen en gegaan, hij legt nauwelijks meer contact met hen. ‘Ik heb vrienden door het hele land, maar voornamelijk in de stad hier. En ik heb mijn werk.’