Raad wil beter uitgaansleven
De ogen en oren van de nacht
Groningen, the city that never sleeps
Groningen kent geen sluitingstijden. Maar hoe is dat zo ontstaan? In de jaren 70 besloot de gemeente Groningen dat kroegen langer open mochten blijven, mits er live muziek in de zaak zou zijn. Horecabazen grepen de kans met beide handen aan, en ook de muziekwereld profiteerde. Er ontstonden talloze nieuwe bandjes, waarvan sommigen zelfs landelijk doorbraken. De bekendste artiest die furore maakte tijdens dit ‘Groninger Springtij’ was Herman Brood.
‘Ik denk niet dat veel wethouders na twee uur ’s nachts nog het nachtleven in gaan. De lokale politiek mag daar meer aandacht voor hebben; het is een belangrijk onderdeel van Groningen.’
Was getekend, Yorick Karseboom. Op het terras van café Kult – binnen is het op deze zaterdagavond stampvol – filosofeert de 23-jarige student er samen met Pieter Lam (27) en Helena Kollopo (25) lustig op los. Het drietal maakt deel uit van de onlangs opgerichte, twaalfkoppige nachtraad van Groningen.
Al langer heeft Groningen een nachtburgemeester, die met de politiek in contact staat over alles wat er in het Groningse uitgaans- en festivalleven speelt. Merlijn Poolman, die dit jaar verkozen werd, vond dat hij wel wat extra ogen kon gebruiken en ging op zoek naar een diverse groep Groningers. Want, citeert Karseboom: ‘De plannen die ’s nachts met een biertje worden bedacht, worden ’s ochtends met koffie uitgewerkt.’
Voor RUG-studenten Lam, Kollopo en Karseboom paste de oproep perfect in hun straatje. Lam, die de master politics, philosophy and economics doet, werkt bij Vera en OOST en is programmeur bij Simplon Up. Filosofiestudent Karseboom organiseert het jaarlijkse festival Rumbling Earth en staat geregeld achter de bar. Student media studies Kollopo zet feesten op touw onder de noemer All Shades.
Veiligheid
Kollopo legt uit wat het doel is van de nachtraad: ‘We willen dat het nachtleven in Groningen leuk en divers is, maar ook veilig. We willen dat er ook in het nachtleven een gemeenschapsgevoel is en dat Groningers elkaar weten te vinden als ze elkaar nodig hebben.’
Lam knikt: ‘Ons grote doel is een nachtstadhuis waar mensen naartoe kunnen voor voorlichting over bijvoorbeeld drugs, maar dat ook een safe space is voor als er iets naars is gebeurd.’ Karseboom: ‘Wanneer de drugs of alcohol niet lekker vallen, bijvoorbeeld, of je net te maken hebt gehad met seksuele intimidatie, maar niet meteen naar de politie wil gaan.’
We willen dat er ook in het nachtleven een gemeenschapsgevoel is
‘Idealiter komt er ook een EHBO-post waar je je drugs kunt laten testen’, vervolgt Lam. ‘Nu is ’s nachts de dichtstbijzijnde EHBO aan het Damsterdiep, en kun je alleen op donderdagmiddag bij het UMCG langs om je drugs te laten testen.’
Daarnaast is de nachtraad bezig om verschillende campagnes op te zetten. Onlangs organiseerde ze in samenwerking met Catcalls of Grunn het Orange the World-project, waarbij onder andere het Academiegebouw en het Stadhuis oranje kleurden om aandacht te vragen voor geweld tegen vrouwen. Ook gaat ze workshops organiseren voor barpersoneel, zodat zij beter weten hoe ze slachtoffers kunnen helpen.
Maar, haast Karseboom zich te zeggen, ‘we zijn ook met leuke onderwerpen bezig.’ Samen met Lam hoopt hij iets te kunnen betekenen voor beginnende bandjes zonder netwerk, of bazen van kleine kroegen die niet weten wat erbij komt kijken om een muzikant te boeken.
Conferentie
Afgelopen week reisde het tweetal met de nachtraad af naar een internationale conferentie over het nachtleven in Berlijn. Kollopo moest studeren en kon niet mee. ‘In Berlijn waren alle nachtburgemeesters van over de hele wereld aanwezig’, vertelt Lam. ‘Tokyo, Sao Paolo, Sydney, New York.’
‘We kregen een beeld van hoe het nachtleven in andere steden is geregeld’, zegt Karseboom. Lam: ‘In Boedapest heeft de nachtburgemeester bijvoorbeeld te maken met de conservatieve regering van Orbán, wat lastige dilemma’s oplevert. Maar ook overtoerisme en gentrificatie in steden als Amsterdam en Barcelona vormen een probleem.’
Spelen die issues ook in Groningen? Volgens Lam valt het nog mee: ‘Omdat Groningen een geschiedenis heeft als studentenstad is er altijd wel oog geweest voor diversiteit.’ Dat is een belangrijk onderwerp, zegt Kollopo. ‘We moeten voorkomen dat alle horeca op studenten gericht is. Er moet ook iets zijn voor eind-twintigers en dertigers.’ Lam knikt: ‘Als je de stad wil ontwikkelen, moet het ook aantrekkelijk zijn om er te blijven.’
Uitgaanshart
Terwijl de Peper- en Poelestraat langzaam vol raken, lopen we een rondje door het uitgaanshart van Groningen. ‘Eigenlijk kom ik nooit in deze twee straten’, lacht Karseboom. ‘Ik ga ook wel eens naar plekken buiten het centrum. Dat valt ook onder het nachtleven: kraakpanden, de oude RKZ, of gewoon de buurtkroeg.’
Als nachtraad kunnen we lobbyen om beleid te maken op problemen zoals met lachgas
Lam wijst naar het pand in aanbouw op de hoek van de Oosterstraat en Poelestraat: ‘Dit heeft ook met het nachtleven te maken’, legt hij uit. ‘Bovenin komen een paar luxe appartementen. Er gaan geheid klachten komen over geluidsoverlast. De uitdaging voor de stad is om het nachtleven niet de binnenstad uit te drijven door gentrificatie – al is dat nog geen groot issue hier.’
Voor de Negende Cirkel staat een groepje jongens met lachgasballonnetjes. Karseboom lacht: ‘Dit is ook duidelijk een probleem, het kán niet goed zijn voor de gezondheid. Als nachtraad hebben we nog geen geïnstitutionaliseerde rol, dus we kunnen vooral lobbyen om hier beleid op te maken. Het is inmiddels bij de politiek doorgedrongen, maar het is al langer een probleem. In dit soort gevallen kan een nachtraad al eerder de signalen geven, zodat er kan worden ingegrepen.’
Boodschap
Lam doet dan ook een handreiking naar de Groningse politiek: ‘We willen binnenkort wel eens op stap met de burgemeester en de wethouders.’ Alle wethouders? ‘Ja, want het nachtleven gaat over alles: gezondheid, economie, stadsontwikkeling. Ik denk dat het ook voor hen leuk is om een keer wat meer mee te maken dan wanneer ze de hele dag achter het bureau zitten.’
De nacht breekt nu écht aan. Lam moet werken in OOST, de andere twee gaan richting Vera voor een dansavond. Tot slot geven ze een boodschap mee aan de stappende student: ‘Als je iemand ziet die ontzettend dronken is, of die iets vervelends overkomt: doe er iets mee. “Hee, ben je oké?” is een hele simpele vraag. Soms is er niks aan de hand, soms help je iemand enorm.’