Universiteit

Eindelijk hoogleraar, en dan?

De crisis van Peter

Hij werkte zich twintig jaar uit de naad met maar één doel voor ogen: hoogleraar worden. Maar de inkt van het contract was amper droog of Peter Jones raakte in crisis. Zou het geloof hem kunnen redden?
Door Ellis Ellenbroek / Foto Reyer Boxem

Zijn hoogzwangere vriendin heeft ook geen puf meer. Misschien komt het daardoor dat het haar niet opvalt hoe uitgeblust Peter Jones is. Niet zo gek ook op het eerste gezicht, zijn toestand, want Peter heeft eigenhandig de oude en vervallen Groningse boerderij verbouwd waar ze zijn neergestreken.

Het heeft ook wel iets, samen zo ‘blah’ op de bank in afwachting van een kleine. Toch is er, sinds een dik jaar geleden, wel degelijk iets loos met de jonge econoom Peter Jones (36). Nog maar koud benoemd tot hoogleraar, heeft een forse existentiële crisis hem in de greep.

Op zijn kamer in een van de faculteitsgebouwen van de RUG vertelt de hoogleraar zijn verhaal. Het is een nette kamer. Waar de gemiddelde wetenschapper omkomt in boeken en paperassen, heerst hier orde.

Hard en competetief

Hard en competitief, noem het mannelijk, is de academische wereld. Je kwetsbaar opstellen is gevaarlijk. Peter aarzelt of hij wel met zijn echte naam in de krant wil en verkiest toch anonimiteit.

Het ging zijn hele leven allemaal zo geleidelijk en vanzelfsprekend. De ene stap volgde logisch op de andere. Tree voor tree klom Peter omhoog. Op zijn drieëntwintigste kwam hij uit zijn geboorteland Canada naar Utrecht voor een universitaire masteropleiding. Daarna vond hij een promotieplaats in Groningen. Zijn Utrechtse hoogleraar ging naar Groningen en vroeg Peter mee.

Toen zijn promotor naar Engeland vertrok en hem opnieuw mee wilde hebben, zei Peter nee. Zijn leven was nu in Groningen, hij had er zijn vriendin leren kennen en zag niets in heen en weer pendelen tussen de vliegvelden van Londen en Eelde.

Heilig moeten

Associate professor worden was het doel. Dat zou hem onderzoeksvrijheid opleveren. Eigen dingen doen. Hij zou banen kunnen creëren voor jonge slimmeriken die hij zelf uit zou mogen kiezen. En bovenal zou hij vastigheid hebben.

Een contract tot zijn pensioen was waar hij naar snakte, na negen jaar de onzekerheid van tijdelijke contracten, eerst drie jaar als promovendus, toen twee jaar als postdoc en toen nog vier jaar als assistant professor.

Associate worden was eerlijk gezegd ook een heilig moeten. Redde hij dat niet, dan zou het afgelopen zijn met hem. Zo werkt dat in het tenuretrack-systeem dat veelbelovende jonge wetenschappers, via een zware route, moet toeleiden naar een professoraat.

Als je mislukt bent in Groningen, waarom zou iemand in Amsterdam je dan een baan geven?

‘Wie geen associate wordt, moet eruit. En als je eruit moet, is de kans dat je in Nederland nog een nieuwe baan krijgt in de wetenschap haast nul. Als je mislukt bent in Groningen, waarom zou iemand in Amsterdam je dan een baan geven?’

Bikkelharde ratrace

Het is een bikkelharde ratrace. Twee van de drie mensen halen de tenure niet, zegt Peter. Die wetenschap droeg hij al die jaren met zich mee en die vrat aan hem. Vier jaar al at hij slecht. Hij viel af, had restless legs en was snel boos.

Zelf had hij het te druk om dat in de gaten te hebben, zegt hij nu. En als hij al iets merkte, nam hij het voor lief. ‘Ik dacht: als ik de tenure heb gehaald, is alles prima. Een vaste baan, meer geld, de zekerheid dat ik mijn hypotheek kan betalen, dat ik in Nederland kan blijven.’

In maart 2017 was de hoogleraarsbenoeming daar. Zo’n beetje gelijktijdig met de verhuizing naar de opgeknapte boerderij. Maar in plaats van dat het eindelijk feest was, tuimelde Peter in een diepe put. Hij noemt het zelf een existentiële crisis. ‘Ineens had ik dat contract dat zei: “Nu hoef je niks meer te doen voor de rest van je leven”.’

‘Het zit in me om keihard te werken’, zegt hij. Zijn promotie rondde hij in tweeënhalf in plaats van vier jaar af. Die drive van presteren en excelleren was erin geramd, op de middelbare school in Canada. Een school met uniformen, jongens en meisjes apart, een cultuur van de beste zijn. Cijfers werden op de deur gehangen. Peter vierde zijn diploma niet. De trein moest door.

Niet opgeven

Met het verbouwen van zijn boerderij ging het net zo eigenlijk. Opgeven was geen optie. Niet dat hij was gezegend met bouwvakkersbloed. ‘Maar mijn vader zei altijd: “Als iemand anders het kan, waarom jij dan niet?”.’

En toen waren de uitdagingen op en stortte hij in. ‘Ik had geen gevoel, geen plezier, geen zin om iets te doen. Ik wist dat er iets verkeerd was met me en dat ik er iets op moest vinden.’

De kersverse hoogleraar ging solliciteren naar andere banen. ‘Ik heb een paar afspraken gehad met bedrijven en consultingbureaus. Misschien dat ik er nog iets naast zou kunnen doen. Misschien wat minder werken bij de universiteit. Maar dat ging niet hoe ik het wilde hebben.’

Hij scrollde door lijsten met academische vacatures en zag een aansprekende: visiting professor in Afghanistan. Hij had een telefonisch sollicitatiegesprek, maar zijn vriendin hield hem tegen de procedure door te zetten.

Er miste iets

‘Op papier had ik alles. Huis. Vriendin. Een kind onderweg. Een vaste baan bij een topuniversiteit, in een top onderzoeksinstituut. Toch miste ik iets.’

Op papier had ik alles. Toch miste ik iets

Het was moeilijk de kop erbij te houden op het werk in Groningen, bekent Peter die in die periode een bijzondere studente leerde kennen. Het meisje was druk met vrijwilligerswerk, met asielzoekers. En ze was altijd blij. Blij in haar hart, zoals Peter het noemt. Het maakte hem jaloers, want blijdschap diep van binnen, daar ontbrak het hem juist aan.

Het meisje bleek gelovig. Zo kwam het dat de totaal niet-gelovige Peter een geestelijke raadpleegde met de vraag of hij zou kunnen leren geloven. ‘Geloven dat er iemand is met een plan voor jou. Dat je zelf alleen maar je best moet doen, en vertrouwen moet hebben. Ik vind dat een leuke boodschap, ik wilde dat ook.’

Bidden

De voorganger van de Vineyard International Church wist het zeker: geloven kun je leren. Peter had hem geappt ‘Hello, I am in crisis’ en daarop dronken ze samen koffie in het universiteitsgebouw. Of de voorganger daar voor Peter mocht bidden, vroeg hij. Dat mocht, Peter vond het een lief gebaar. Maar in de periode die volgde lukte het hem niet het geloof in God te omarmen. Te veel een kritische, sceptische wetenschapper, denkt hij.

Op initatief van de Vineyardvoorganger ging hij te rade bij enkele andere gelovige wetenschappers. Een naaste collega, een promovendus, een hoogleraar uit de medische hoek wiens vader baptistendominee was. Hoe graag Peter ook wilde, geen van zijn gesprekspartners kon een religieus vonkje laten overslaan op hem.

Zo had de hoogleraar gespecialiseerd in transplantaties, in zijn ogen geen bevredigend antwoord op de vraag hoe het overhevelen van organen van de ene naar de andere persoon past in het plan van God.

Jammer, ik zou het nog steeds heel leuk vinden zo’n blije gelovige te zijn

‘Het eind van het verhaal was dat het geloof voor mij een stap te ver is. Het past niet bij mij. Het kan zijn dat er een God is, het universum is zo complex. Maar in Jezus te geloven, en in alle verhalen van de Bijbel, dat vind ik te veel.’

‘Jammer, ik zou het nog steeds heel leuk vinden zo’n blije gelovige te zijn’, zegt Peter die ondertussen wel met de transplantatiespecialist een farmaceutische bedrijf heeft opgericht. Een nieuwe uitdaging erbij, naast zijn leerstoel.

Innerlijke rust

En Jill is er nu. Zijn dochter. Afgelopen juni werd ze één jaar. Jill heeft het ‘wat nu-gevoel’ naar de achtergrond verdrongen en wat innerlijke rust gebracht. ‘Ik ben nu vooral op haar gericht. Voor de eerste keer in mijn leven ben ik zelf niet de belangrijkste. Me realiseren dat er anderen zijn, is nieuw voor mij. Was ik een grote egoïst? Eigenlijk wel. Ik was alleen bezig met mijn eigen leven, mijn eigen carrière.’

Het is goed, zegt de wetenschapper. Hij zal vermoedelijk altijd op zoek blijven naar meer, zonder te weten wat meer is. ‘Maar voor nu is het wel even oké.’

NB: Peter Jones is niet de echte naam van de geïnterviewde. Ook andere gegevens in dit interview zijn geanonimiseerd omwille van privacy. ‘Peter’ is bekend bij de redactie.

Engels

Abonneer
Laat het weten als er

De spelregels voor reageren: blijf on topic, geen herhalingen, geen URLs, geen haatspraak en beledigingen. / The rules for commenting: stay on topic, don't repeat yourself, no URLs, no hate speech or insults.

guest

0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties