Studenten in het opvanghuis
Als je huisgenoten uit de prostitutie komen
Het is twee uur ‘s nachts, ergens eind oktober, en de wind beukt tegen het raam van het kantoor. Het opvanghuis voelt als een beschutte plek, maar student-vrijwilliger Amanda maakt zich zorgen. Dit is haar eerst nachtdienst en twee van de vrouwen die hier wonen zijn niet thuisgekomen. In haar hoofd spelen zich telkens nare scenario’s af. Zijn ze op straat aan het tippelen? Wat als ze een overdosis nemen?
Dan, om half vier, klinkt de bel eindelijk. Amanda haast zich om de deur te openen en een figuur struikelt tegen haar aan. Hijgend probeert de vrouw weer overeind te komen. ‘Gaat het?’ vraagt Amanda.
‘Prima’, zegt de vrouw, om daarna een poging te doen de trap naar haar kamer te beklimmen. Nadat ze een paar keer gevallen is, geeft ze het op. De twee brengen de rest van de nacht samen door in de keuken. Ze zeggen weinig.
Overweeghuis
Amanda is vrijwilliger bij het Overweeghuis, dat tijdelijk onderdak biedt aan vrouwen die uit de prostitutie komen. De opvang geeft de vrouwen de kans om bij te komen en te beslissen of ze de overstap willen maken naar een meer normaal leven. Ze krijgen daarbij hulp van vrijwilligers die in diensten werken, zoals Amanda. Maar twee andere studenten, Maya en Lu, wonen permanent in het Overweeghuis in ruil voor een lage huur. Zij proberen de bewoonsters, die getraumatiseerd zijn door hun verleden, een gevoel van stabiliteit en continuïteit te geven.
Maya en Lu zijn al van kinds af aan vrienden en wilden altijd al samenwonen. Lu’s moeder hoorde dat er plek was voor studenten in het opvanghuis. ‘Het was een beetje alsof we solliciteerden op een baan’, zegt Lu. ‘Ik denk dat ze zeker wilden weten dat we gewone studenten waren met gewone studentenlevens.’
Sommige vrouwen zijn getraumatiseerd, dus mannen zijn meestal niet welkom
De droom om samen een huis te delen transformeerde in een soort sociaal project. Lu had meer een gezinssituatie verwacht. ‘Ik dacht dat we samen zouden eten en tv-kijken, de woonkamer-ervaring zeg maar.’ Maar de twee merkten al snel dat de vrouwen vaak liever in hun kamer blijven. ‘Als we afspreken dat we om half zeven eten, betekent dat niet dat er ook werkelijk mensen komen opdagen.’
Maya en Lu moeten zich aan strikte huisregels houden. De locatie van het opvanghuis moet geheim blijven, wat betekent dat ze niet onaangekondigd vrienden kunnen ontvangen. Mannen zijn meestal al helemaal niet welkom. ‘Sommige vrouwen zijn getraumatiseerd en als er mannen in huis zijn is dat een trigger voor ze’, zegt Maya. Een wild studentenfeestje thuis zit er ook niet in, want er mag geen alcohol in huis zijn. En ze moeten minstens vijf keer per week aanschuiven voor het diner.
Gewone ochtend
De ochtend na Amanda’s nachtdienst komt Maya de trap af, de keuken in, waar Amanda en de vrouw nog steeds aan tafel zitten. ‘Iemand koffie?’
Even later schuift Lea, een van de andere bewoonsters, aan voor het ontbijt. ‘Ik ben niet zo spraakzaam ’s ochtends’, zegt ze, terwijl ze zich klaarmaakt voor haar nieuwe baan als caissière. Het is nog geen jaar geleden dat ze haar geld op straat verdiende als prostituee. Dat deed ze sinds haar vijftiende, toen haar drugsverslaafde oom haar aan een pooier verkocht.
Soms hoorde ik geschreeuw en gestamp midden in de nacht
Voor de studenten is dit een gewone ochtend. Maar ze moesten wel even aan wennen aan hun woonsituatie. ‘Vooral de eerste paar maanden waren heftig’, zegt Maya. ‘Ik stond een keer onder de douche en toen hoorde ik een vrouw tegen zichzelf praten met verschillende stemmen’, herinnert Lu zich. ‘Soms hoorde ik geschreeuw en gestamp midden in de nacht.’
Lu heeft veel geleerd over de prostitutie, een wereld waar ze eerder nauwelijks weet van had. ‘Pas als je hier woont, realiseer je je wat het voor gevolgen heeft als iemand slecht behandeld wordt’, zegt ze. ‘Hoezeer je daardoor afgestompt raakt en wat voor leed dat veroorzaakt.’
Eenzaam
Aanvankelijk was Maya gefrustreerd dat de vrouwen zich zo afzijdig hielden. ‘Ik had het idee dat ik hen niet kon helpen’, zegt ze. Maar na verloop van tijd realiseerde ze zich dat deze vrouwen uit een milieu komen waarin beloften weinig betekenen. ‘Het gaat heel veel moeite kosten om die schade te herstellen. Samen aan tafel zitten voor het avondeten is maar het begin.’
Dit Britse RUG-student Catherine, een van de vrijwilligers, had vergelijkbare ervaringen. Ze kreeg te horen dat ze zichzelf maar in het kantoor moest opsluiten en de politie moest bellen als er iets mis ging. Toch besloot ze het erop te wagen.
Je beseft hoe je daden andere mensen beïnvloeden, op goede en slechte manieren
Ze zegt dat ze zich makkelijk kon verplaatsen in het gevoel van de vrouwen er niet bij te horen. ‘Een van hen voelde zich heel alleen hier in Groningen. Ze had een leven in Amsterdam, waar haar vrienden en familie woonden. Ze wilde graag teruggaan, maar dat kon ze niet betalen.’
Catherine hoopt dat ze hun eenzaamheid kan verlichten. Maar of dat lukt, is niet zeker. ‘Sommige vrouwen beschouwen dit opvanghuis als een hotel. Je komt, je eet, je slaapt en je gaat weer.’
Kleine dingen
De studenten leerden al snel dat ze niet te veel verwachtingen moeten hebben. Een leven lang misbruikt, mishandeld en vernederd worden, daar herstel je niet even snel van. Het kost enorm veel moeite, en uiteindelijk slaagt maar een fractie van de vrouwen daarin. ‘Maar de vrouwen hebben ons verteld dat het voor hen echt een verschil maakt dat wij er zijn’, zegt Lu.
Onaangepast gedrag en onvoorspelbare buien vinden ze niet storend meer. ‘Ik was verrast hoe snel ik het gevoel had dat ik de bewoonsters moest beschermen’, zegt Maya. ‘We zijn allemaal vrouwen en we moeten op elkaar passen.’ Ze focussen daarbij op de kleine dingen: elkaar gekke Nederlandse woordjes leren, bordspelletjes spelen, samen naar kookprogramma’s kijken.
‘Je beseft hoe je daden andere mensen beïnvloeden, op goede en slechte manieren’, zegt Maya. ‘Het gaat niet om de oogst, maar om de zaadjes die je zaait.’
De namen in dit artikel zijn om privacyredenen gefingeerd.
Foto door Valeska Schietinger