In 2017 waren er nog 589 aanvragen, tegen 443 in 2018. Het doel is daarmee gehaald. NWO wilde het aantal aanvragen terugbrengen, zodat onderzoekers meer kans hebben dat hun aanvraag ook echt gehonoreerd wordt. NWO stelde daarom een extra voorwaarde: onderzoekers moesten voortaan met een ‘inbeddingsgarantie’ aantonen dat de instelling waar ze onderzoek voor doen hen ook steunt.
De vrees dat bepaalde instellingen daardoor niet meer mee zouden kunnen doen, bleek ongegrond. Wel is het zo dat er meer aanvragers zijn met een vast contract: 42 procent in 2017 tegen 54 procent nu. Maar, zegt NWO, het is wel zo dat ‘de 22 procent aanvragers zonder vaste aanstelling door de inbeddingsgarantie nu wel zicht heeft op een vast contract’.
‘Insiders’
Eerder was er vooral kritiek vanuit de Jonge Akademie, de vereniging van jonge, getalenteerde wetenschappers van de KNAW. Die vreesde dat de inbeddingsgarantie ervoor zou zorgen dat alleen ‘insiders’ met een vaste aanstelling nog een beurs zouden krijgen. Ook waren ze bang dat jonge onderzoekers uit het buitenland geen kans meer zouden krijgen.
Of dat het geval is, kan NWO nog niet zeggen. Weliswaar zijn de Vidi-aanvragen ingediend, maar hoe de toekenningen zijn verdeeld is nog niet bekend.
De inbeddingsgarantie blijft ook in 2019 vereist. Daarna gaat NWO bekijken of de maatregel een blijvertje is.