VICI-beurzen, van 1,5 miljoen euro, zijn de laatste en grootste van de persoonsgebonden grants van NWO. Ze zijn bedoeld voor gevestigde onderzoekers die maximaal vijftien jaar geleden zijn gepromoveerd en geven hen de kans een eigen onderzoeksgroep te beginnen.
De RUG streeft ernaar om minimaal tien procent van deze beurzen binnen te halen. Vorig jaar waren dat er nog vier. Ook in 2017 werden er vier VICI’s toegekend aan de RUG.
Kleine getallen
Toch maakt de decaan Ritsert Jansen van Talenontwikkeling aan de RUG zich nog geen zorgen. ‘Natuurlijk wens je dat alle 32 in Groningen belanden’, zegt hij. ‘Maar het is de statistiek van de kleine getallen. Dit gaat met een golfbeweging. Het ene jaar heb je er drie of twee, het andere vier of vijf.’
Bovendien meldden zich meer spelers op het veld. Ook onderzoekers die aan de KNAW gelieerd zijn, of samenwerkingsverbanden als het ONCODE-instituut gaan er met onderzoeksgeld vandoor. ‘Zeer terecht overigens’, zegt Jansen.
Transitie
Maar er zal wel even worden gekeken naar hoe de aanvragen zijn gegaan en hoe het eventueel beter kan. ‘Dat is altijd goed’, zegt Jansen. ‘Bovendien zitten we in een transitieperiode, waarbij de faculteiten weer meer in de lead zijn bij het aanvragen van beurzen. Het is ook voor hen goed om te kijken: wie zijn onze kandidaten voor de komende jaren en hoe bereiden we hen voor?’
NWO kreeg 239 aanvragen voor een VICI. 88 daarvan waren vrouwen en 151 mannen. Uiteindelijk kregen elf vrouwen en 21 mannen een beurs, respectievelijk dertien en veertien procent.