Vandaag is het dan zover: verkiezingen! Het voelt een beetje als een toets die verplicht is om te maken, maar misschien toch niet echt meetelt. Hier en daar heb je wel wat van de stof opgevangen en het is maar de vraag hoe goed je moet leren. En hoe je de toets maakt, is uiteindelijk niet zo van belang.
Begrijp me niet verkeerd: ik vind de verkiezingen belangrijk en ik stem natuurlijk. Als student heb je echter geen lange ‘stemgeschiedenis’. Veel gesprekken die ik met andere studenten heb, gaan dan ook over politiek en hoe te komen tot een keuze. Interessant is dat zij op een hele rits verschillende partijen stemmen. Het meerpartijenstelsel in Nederland biedt immers deze mogelijkheid en brengt onvermijdelijk met zich mee dat er overlap in hun standpunten zit.
Ter illustratie: toen ik de Stemwijzer invulde, hadden liefst vijftien partijen een score tussen 43 en 57 (hoogste score) procent. Geen wonder dat mensen op zoveel verschillende partijen uitkomen.
GroenRechts
Om toch maar tot een zinnige beslissing te komen, heb ik besloten te kijken naar een thema dat ik belangrijk vind: klimaatverandering. Ik vind het allereerst onbegrijpelijk dat dit onderwerp door menigeen nog beschouwd wordt als iets ‘links’, gezien bijvoorbeeld het karige milieuprogramma van de VVD. Ik zou zeggen, GroenRechts, laat je horen! Daar zou ik best eens op kunnen stemmen.
De partijen die naar mijn mening wel voldoende aandacht schenken aan het klimaat, zijn GroenLinks, D66, Partij voor de Dieren en ChristenUnie. Met die laatste twee heb ik – gezien de rest van hun programma – wat minder, maar de overige plannen van GroenLinks en D66 staan enigszins dichter bij me. Maar hoe tot een definitieve keuze te komen?
Kon ik mijn stem maar opdelen…
Polderen
Twee dagen voor de verkiezingen bracht een homegirl (haar woord) uitkomst; zij bleek hetzelfde kiesdilemma op ongeveer dezelfde gronden te hebben als ik. Even later kreeg ik op de fiets de volgende ingeving: twee keer twee halve stemmen op twee partijen zijn twee hele stemmen… En laten we met z’n tweeën nu precies twee stemmen mogen uitbrengen; je snapt het al!
Morgenochtend weten we hoe iedereen de ‘verkiezingstoets’ heeft gemaakt. De rol van zwevende kiezers (zoals ik) zal significant zijn. Hoe zouden de anderen tot hun keuze gekomen zijn? In ieder geval ben ik redelijk tevreden over mijn besluitvorming.
Noem het valsspelen; ik noem het liever polderen avant le vote. Naar goed Nederlands gebruik.