Wetenschappers moeten zich roeren na de Amsterdamse taferelen van vorige week, stelt student-columnist Robin Hevinga. ‘We hebben academische kennis nodig als brandvertrager in het publieke debat.’
‘Verstop wie je bent. Zeg niet waar je vandaan komt. Je bent hier niet veilig’, was de boodschap van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding aan Joden in Amsterdam vorige week. Deze drie korte zinnen bleven de afgelopen dagen door mijn hoofd spoken en niet alleen bij mij.
Tijdens gesprekken met mijn studievrienden – vooral geschiedenisstudenten – komt steeds het gevoel naar voren dat onze samenleving op een kruispunt staat en dat paralellen met het verleden niet langer te ontkennen zijn.
‘Democratie is nou eenmaal niet voor watjes’, hoor je dan vaak als tegenreactie op klachten over polarisatie. Toch doet het publieke debat mij momenteel nog het meest denken aan een gladiatorengevecht, waar net zolang op elkaar wordt ingestoken tot de tegenstander niet meer overeind komt.
‘Vond u dit genadeloos genoeg, keizer?’
De oorzaken van deze polarisatie zijn te complex om hier te bespreken, alhoewel ik toch een eervolle vermelding wil geven aan onze politici die zich elke dag weer inzetten om van ons land een fijnere plek te maken.
Het publieke debat doet mij denken aan een gladiatorengevecht
Na ons gal gespuwd te hebben, is dit dan altijd waar de gesprekken met mijn studievrienden stilvallen. Oorzaken aanwijzen, daar zijn we voor opgeleid, Maar oplossingen bedenken?
Totdat, tot iedereens verbazing, iemand ineens zei: ’Misschien zijn wijzelf wel de oplossing.’
Ik wilde deze persoon direct betichten van ernstige zelfoverschatting, maar het bleek te gaan om de universitaire gemeenschap als geheel, wat ik bij nader inzien best een goede ingeving vind.
Als er namelijk iets mist in het publieke debat, is dat een brandvertrager – een dempende factor die tenminste nog een poging doet de boel te redden. Een stevige portie genuanceerde kennis kan hierbij wonderen doen, en saai hoeft dit zeker niet te zijn.
Ik moet gelijk denken aan de fantastische hoogleraar Beatrice de Graaf, die ondanks bedreigingen een tijdje terug weer plaatsnam aan de avocadotafel van Jinek om te vertellen over extreemrechts.
Het publiek hing aan haar lippen en De Graaf verschijnt steeds vaker op tv. Waarom volgt niemand dan haar voorbeeld? Ik denk omdat veel wetenschappers bang zijn, maar ook omdat het hun eer te na is.
Wetenschappers moeten hier overheen stappen. Het is naïef om te denken dat de samenleving zonder de kennis van de universiteit kan. En gevaarlijk.
ROBIN HEVINGA