Studenten
Wes Woestenborghs Foto’s Zuzana Ľudviková

Wes’ remedie tegen existentiële angst

De student van 461 punten

Wes Woestenborghs Foto’s Zuzana Ľudviková
De meeste studenten zijn al lang blij als ze de zestig punten halen die voor een studiejaar staan. Wes Woestenborghs harkte er maar liefst 461 binnen in drie jaar tijd. En dan heeft hij ook nog wat bijbanen en een sociaal leven. ‘Hoe meer ik doe, des te minder angstig ik me voel.’
2 november om 11:09 uur.
Laatst gewijzigd op 2 november 2022
om 19:29 uur.
november 2 at 11:09 AM.
Last modified on november 2, 2022
at 19:29 PM.
Avatar photo

Door Mariam Jamureli

2 november om 11:09 uur.
Laatst gewijzigd op 2 november 2022
om 19:29 uur.
Avatar photo

By Mariam Jamureli

november 2 at 11:09 AM.
Last modified on november 2, 2022
at 19:29 PM.
Avatar photo

Mariam Jamureli

Als middelbare scholier was hij totaal niet gemotiveerd. Wes Woestenborghs haalde krappe voldoendes en zakte zelfs voor zijn eindexamen wiskunde. Maar dat was niet omdat hij de hersenen niet had: ‘Ik had gewoon geen zin om mijn best te doen voor sommige vakken, omdat ze niet interessant waren en ook niet uitdagend.’ 

Dus z’n leraren van toen zouden waarschijnlijk nogal verbaasd zijn als ze hoorden dat die luie leerling – nu vierdejaars international relations and international organization (IRIO) – erin geslaagd is om in drie jaar tijd maar liefst 461 studiepunten te halen. Dat is drie jaar aan studiepunten – zestig per jaar – plus nog eens 281. Hij doet twee bachelorstudies tegelijk plus een honoursprogramma, zit in de faculteitsraad van letteren en heeft een bijbaan.   

Wat is daar gebeurd?

Teleurgesteld

Halverwege zijn eerste studiejaar ging het mis met de Belgisch-Nederlandse Wes. Dat kwam niet door de stress van het universiteitsleven – juist het tegenovergestelde. ‘Ik was teleurgesteld over de hoeveelheid werk.’ 

Het was 2020, middenin de coronalockdown. Wes zat er emotioneel helemaal doorheen. De eentonigheid van zijn dagelijkse routine was doodvermoeiend. Hij studeerde nauwelijks, maar had wel nachtdiensten bij Albert Heijn en moest dan telkens aan de politie bewijzen dat hij op straat mocht zijn. Daarna sliep hij een paar uurtjes en dan begon alles de volgende dag opnieuw. ‘Het was heel beangstigend en alles bleef maar hetzelfde. Ik begon me af te vragen wat mijn doel was.’   

Ik begon me af te vragen wat mijn doel was

Hij had het gevoel vast te zitten en tijdens de colleges die hij volgde zag hij waar dat toe kan leiden. ‘Het viel me op dat er zoveel achterover geleund wordt in de wereld’, zegt hij. ‘Landen en organisaties laten problemen op hun beloop in plaats van dat ze die actief proberen op te lossen, en dat zorgt weer voor onnodige conflicten.’ 

En dus besloot Wes dat er iets moest veranderen, wilde hij uit zijn existentiële dip komen. Hij wilde leren hoe hij vanuit zijn eigen vakgebied iets aan de maatschappij kon bijdragen en concludeerde dat hij meer moest doen naast IRIO. Hij ging internationaal en Europees recht studeren en meldde zich ook aan voor het honoursprogramma  philosophy of a specific discipline, om zo zijn vakgebied beter te kunnen begrijpen.

Maar Wes wilde ook actief iets bijdragen tijdens zijn studietijd, dus ging hij voor de partij Letteren Vooruit in de faculteitsraad van letteren zitten. Zijn bijbaan hield hij ondertussen gewoon aan. ‘Toen ik eenmaal geld begon te verdienen, was het geen optie meer om te stoppen.’ 

Nadelen

Een typische week voor Wes ziet er als volgt uit: hij werkt zo’n twintig uur bij Albert Heijn en besteedt nog eens zes uur aan Letteren Vooruit, en de rest van de tijd is hij druk met studeren en zijn sociale leven. Maar hoewel hij graag iets om handen heeft, zijn er ook nadelen. ‘Ik merk dat ik over het algemeen niet zo goed kan omgaan met de moeilijke momenten in het leven, zoals wanneer een familielid ziek blijkt te zijn of als het even stroef loopt in mijn relatie.’ 

De truc is om je niet te druk te maken

In dat soort situaties voelt hij zich verlamd en weet hij niet hoe hij er weer uit moet komen. In één zo’n moeilijke periode moest hij leren voor zeven tentamens. ‘Ik kwam in de verleiding om de tentamens tot het volgende blok uit te stellen, maar ik wist ook dat het ondoenlijk zou zijn om in de volgende tentamenperiode bijna veertien vakken te halen, dus ik moest gewoon doorzetten.’  

Toch vindt hij dat hij nu beter af is dan in zijn eerste jaar. Nu hij actiever bezig is, voelt hij zich geen buitenstaander in zijn eigen leven meer. ‘Hoe meer ik doe, des te minder angstig ik me voel.’  

Uitstellen

Dus wat is zijn truc om niet gek te worden? ‘Je niet te druk maken’, zegt Wes.

Hij baalt niet als hij geen achten en negens haalt; een zesje is voldoende. En het helpt om bepaalde vakken voor je uit te schuiven; wat makkelijker ging toen al zijn colleges nog online gezet werden. Er zijn altijd wel een paar vakken tijdens een blok waar hij pas naar kijkt als de tentamenperiode aanbreekt. ‘Dat maakt het leren ervoor een nachtmerrie en op een gegeven moment beginnen alle vakken in elkaar over te lopen’, zegt hij. ‘Maar dan heb ik tenminste tijd om te genieten van de leukere momenten van mijn manier van leven.’ 

Zo was hij afgelopen zomer te vinden bij vier summer schools in Nederland, Singapore en Italië. Wes leerde daar over illegale handel, internationale zaken, ondernemen en Shakespeare. ‘Van afwisseling word ik blij, dus deze zomer stond voor mij voor vrijheid en het gevoel dat ik iets bereikt had’, zegt hij. Dat waren precies de dingen die hij tijdens de lockdown miste. 

Intrinsieke motivatie

Eigenlijk vindt Wes dat hij niet veel veranderd is sinds de middelbare school. Zijn nonchalante houding ten opzichte van zijn academische prestaties weerspiegelen die van de ongemotiveerde leerling die hij vroeger was. Het enige verschil is dat hij nu intrinsiek gemotiveerd is om te leren, of dat nu uit een studieboek is of van de mensen om hem heen.

Hoewel zijn studies veel van zijn tijd in beslag nemen, zijn z’n andere activiteiten minstens zo belangrijk, vindt hij. Dankzij z’n plek in de faculteitsraad heeft hij meer mensen bereikt dan hij voor mogelijk had gehouden, en hij heeft op de summer schools zowel gelijkgestemden ontmoet als mensen die heel anders denken over dingen. 

Wes’ manier van leven is niet oneindig houdbaar, heeft hij toe. Maar die heeft hem wel geleerd hoe hij iets kan bijdragen aan de maatschappij en hoe hij met de lastige dingen des levens moet omgaan. ‘Ik hou van leren. Daardoor zie ik in dat ik me soms een klein radertje voel en herken ik doelloosheid in anderen. En ik wil mijn leven besteden aan het vinden van een gezamenlijk doel.’

‘De truc is om je niet te druk te maken’

Engels