3 van de 4 studenten zijn eenzaam
‘Ik kan geen contact leggen’
Toen Lauren van Saoedi-Arabië naar Groningen verhuisde, stelde ze zich haar leven voor zoals in een Hollywoodfilm: kletsen met vrienden op de trap voor de universiteit, een bal overgooien op het centrale grasveld. En heel even was dat ook het geval.
‘Ik arriveerde tijdens de KEI-week en dacht dat mijn sociale leven er zo uit zou zien, alleen dan met iets minder feestjes’, zegt de tweedejaars mediastudent. Maar toen de colleges begonnen, voelde haar leven in haar eenpersoonsstudio toch wel leeg.
In november, na de eerste tentamenperiode, sloeg de eenzaamheid pas echt toe. Het is niet dat ze geen vrienden heeft, maar de meesten wonen buiten de stad, waardoor ze elkaar doorgaans niet vaker dan eens per week zien. En dan zijn er nog de culturele barrières die het lastig maken om een echte band te krijgen met andere studenten.
‘Het is een combinatie van alleen zijn en het idee hebben dat je nergens bij hoort’, legt ze uit. ‘Het is een somber gevoel dat constant op de achtergrond aanwezig is.’ Soms vraagt ze zich zelfs af wat ze hier eigenlijk doet. En ze is niet de enige die zich zo voelt.
Coronaperiode
Uit een peiling van UKrant onder 318 RUG-studenten blijkt dat 9,4 procent zich altijd eenzaam voelt, en 27 procent regelmatig. Nog eens 36,5 procent voelt zich soms eenzaam en maar 27 procent helemaal nooit.
Ik dacht dat mijn leven er zo uit zou zien als in de KEI-week
Die aantallen zijn een stuk beter dan tijdens de coronaperiode, toen slechts 9,1 procent van de 995 RUG-studenten in een eerder UKrant-onderzoek aangaf nooit eenzaam te zijn. In 2021 was eenzaamheid een probleem voor 9 van de 10 studenten, waarbij 46 procent zich regelmatig eenzaam voelde en 11,7 procent altijd.
De Hoger Onderwijs Monitor van het Trimbos Instituut zag landelijk eenzelfde verbetering: gaf in 2021 nog 79 procent van de studenten aan zich in meer of mindere mate eenzaam te voelen, in 2023 was dat 62 procent.
Feiten en cijfers
Van de 318 respondenten is 59 procent vrouw en 37,2 procent man. 3,8 procent koos de optie ‘anders’.
Er zijn meer vrouwen die aangeven zich eenzaam te voelen, maar mannen zeggen vaker zich regelmatig of altijd eenzaam te voelen (45,3 procent) in vergelijking met vrouwen (29,9 procent). Bij de non-binaire studenten is dit percentage 41,6 procent.
Niet-Europese internationals geven vaker aan dat ze regelmatig of altijd eenzaam zijn (51,9 procent) dan Europese internationals (39,8 procent). Nederlandse studenten voelen zich het minst vaak eenzaam (30,9 procent).
Eerstejaars zijn vaker eenzaam dan ouderejaars, met 52,5 versus 33,9 procent.
Maar dat maakt het probleem niet minder dringend, stelt Luzia Heu, die aan de Universiteit Utrecht onderzoek doet naar eenzaamheid. ‘Wat minstens zo belangrijk is, is hoe vaak mensen zich eenzaam voelen of hoe sterk dat gevoel is’, legt ze uit. ‘We moeten eenzaamheid ook benaderen aan de hand van de diverse oorzaken. We proberen nu vooral sociale contacten aan te moedigen, maar we moeten meer doen.’
Tijdelijk gevoel
Het verrast haar niet dat ook studenten zich eenzaam voelen. ‘Uit onderzoek blijkt dat eenzaamheid niet alleen veel voorkomt onder ouderen, maar ook onder jongeren.’ Dat komt onder meer doordat jongeren afstand nemen van hun familie en vaak nog geen stabiel sociaal netwerk hebben, maar ook doordat ze extra gevoelig zijn voor sociale afwijzing.
‘Als studenten een grote verandering doormaken, bijvoorbeeld een verhuizing naar het buitenland of gewoon het verlaten van hun bekende omgeving, dan kan dat een trigger zijn voor eenzaamheid’, zegt Heu. Dat soort eenzaamheid is doorgaans maar tijdelijk, in tegenstelling tot chronische eenzaamheid, waar mensen hun hele leven onder kunnen lijden. ‘Er is geen wetenschappelijke consensus over waar de scheiding is tussen die twee. Het is lastig te beoordelen wanneer tijdelijke eenzaamheid verandert in iets permanents.’
Bij studenten is eenzaamheid vaak van voorbijgaande aard, stelt Heu. En vooral bij internationals kan hun culturele achtergrond daaraan bijdragen. ‘Omdat het daardoor lastiger kan zijn om elkaar echt te begrijpen. Dat maakt het moeilijk een band op te bouwen met anderen en daardoor ga je je eenzaam voelen.’
Culturele barrières
47,7 procent van de studenten in de peiling geeft aan moeite te hebben om contact te leggen met anderen. 43,2 procent zou willen dat ze meer goede vrienden heeft. Zesdejaars geneeskunde Ema uit Roemenië – niet haar echte naam – herkent dit. ‘Ik heb constant het gevoel dat ik onder een glazen stolp zit’, zegt ze. ‘Ik zie mensen en ik hoor ze, maar ik kan geen contact leggen.’
De culturele barrières die Heu noemt, spelen daar zeker in mee. De meeste studenten bij geneeskunde komen uit Nederland. ‘Zelfs als je de taal vloeiend spreekt, ben je nog steeds niet een van hen’, zegt Ema. Ze heeft vaak genoeg geprobeerd aan te haken bij haar Nederlandse collega’s, zegt ze, maar werd dan genegeerd of op z’n best getolereerd, maar niet meegevraagd naar dingen. ‘Dan voel je je heel alleen staan.’
Ik heb constant het gevoel dat ik onder een glazen stolp zit
Wat ook een factor is in haar geval, denkt ze, is dat er weinig activiteiten zijn voor haar leeftijd. ‘Als 25-jarige heb ik niet de energie om te gaan feesten zoals jongere studenten.’ Daarom vindt ze ook dat studentenverenigingen niet bij haar passen.
Studenten die wel bij een gezelligheids- of sportvereniging zitten, geven wat minder vaak aan zich eenzaam te voelen dan wie geen lid is van een club: 32 procent versus 42 procent. Het is alleen geen oplossing voor iedereen.
Lauren meldde zich bij een studievereniging. ‘Maar er was zoveel middelbareschooldrama dat het niet echt hielp om me op m’n plek te voelen.’ Ze ging ook bij een dansvereniging, maar omdat daar alleen maar Nederlanders bij zaten, kwam ze er ook niet echt tussen. ‘Iedereen spreekt daar Nederlands en dan zat ik tijdens de pauzes maar een beetje eenzaam in een hoekje.’
Eenzaam of alleen
Toch benadrukt universitair docent Jasperina Brouwer, die zich bezighoudt met sociale netwerken, dat het belangrijk is om onderscheid te maken tussen het gevoel van eenzaamheid en echt alleen zijn. ‘Je kunt een enorm netwerk hebben, maar als je daar niet echt aansluiting krijgt, zal je je erg eenzaam voelen’, legt ze uit. ‘Alleen zijn betekent dat je maar een paar connecties hebt. In studentennetwerken zien we meestal dat eenzaamheid vooral een gevoel is.’
Heu beaamt dit. ‘Je kunt je alleen voelen terwijl je dat niet bent. Dat komt voort uit de discrepantie tussen de relaties die we hebben en die we idealiter zouden willen hebben.’
Daar worstelt ook Luca Bachiri, derdejaars natuurkunde uit Amerika, mee. Hij heeft een stabiel sociaal netwerk en toch heeft hij soms het gevoel dat er iets ontbreekt.
‘Ik leg de lat erg hoog, waardoor het lastig is om me in te kunnen leven in anderen’, zegt hij. ‘Ik ben al jaren op zoek naar geestverwanten. Misschien is dat wel een illusie.’ Zelfs op plekken waar hij mensen tegenkomt die op hem lijken, is volgens hem de kans klein dat hij iemand treft met dezelfde ‘energie’. ‘Misschien focust mijn brein wel op onze verschillen omdat dat veiliger voelt.’
Taboe
Studenten vinden het lastig om toe te geven dat ze zich eenzaam voelen, blijkt uit de enquête: 43,1 procent schaamt zich daarvoor. Dat geldt ook voor Lauren, omdat haar vrienden haar niet serieus nemen. ‘Ze zeggen dat zij daar ook last van hebben en dan beginnen ze ergens anders over. We gaan er nooit echt het gesprek over aan.’
Geef jezelf niet de schuld en denk niet dat je de enige bent
Wat bijdraagt aan dat taboe, denkt Heu, is dat ‘eenzaamheid’ in verschillende culturen iets anders betekent. ‘In een competitieve, onafhankelijke cultuur kan het bijvoorbeeld voelen als falen wanneer je toegeeft dat je eenzaam bent, alsof er iets mis is met je. En als je het vertelt aan je vrienden of partner is er de angst dat je ze daarmee pijn doet of beledigt.’
De oplossing ligt volgens haar ten dele bij een open gesprek. ‘Als je communiceert dat het heel normaal is, kan het taboe kleiner worden.’ Maar die last moet niet komen te liggen bij de eenzame mensen zelf. ‘Het doorbreken van dat sociale stigma is een taak van instituties’, zegt ze.
Er worden ook al stappen in de goede richting gezet, weet ze. ‘Hier op de universiteit in Utrecht zijn er tegenwoordig al meer campagnes.’ Zo is er een steungroep opgezet door de afdeling klinische psychologie waar studenten regelmatig praten over eenzaamheid.
Aanpak
Dat is een eerste stap, maar Heu benadrukt dat er geen kant-en-klare aanpak is voor eenzaamheid, omdat het zo’n subjectief gevoel is. ‘Het is belangrijk dat je de aanpak baseert op de specifieke oorzaak.’
Haar belangrijkste tip voor mensen die zich eenzaam voelen is daarom ook: krijg inzicht in je eenzaamheid. ‘Probeer de oorzaak op te lossen, niet de symptomen.’ En in de tussentijd helpt het als je accepteert dat dit nu eenmaal een veel voorkomend gevoel is onder jongeren. ‘Dus geef jezelf niet de schuld en denk niet dat je de enige bent.
Ze raadt ook aan om contact te leggen met mensen die in dezelfde situatie zitten. ‘Het helpt om je ervaringen te delen. Dan leer je elkaar begrijpen en dat levert je steun op’, zegt ze. ‘Als het te overweldigend is en je begrijpt niet waardoor het komt, zoek dan professionele hulp.’
Brouwer denkt dat het helpt om je bewust te zijn van je ‘sociale kapitaal’ – dat heeft iedereen. ‘Er zijn allerlei hulpmiddelen in je netwerk, zoals steun van vrienden of praktische hulp van de universiteit in de vorm van therapie. Je moet bedenken welke middelen je nodig hebt, en tot wie je je kan wenden.’
Het is ook goed om je verwachtingen te temperen, benadrukken beide onderzoekers. ‘Films en series tonen ons geïdealiseerde relaties, waardoor je je ontevreden kunt gaan voelen’, legt Heu uit. Maar je moet dat soort beelden met een korreltje zout nemen, zoals ook Lauren merkte toen haar Hollywoodfilm niet de realiteit bleek te zijn. ‘Niemand is de hele tijd gelukkig’, zegt Brouwer. ‘Eenzaamheid hoort gewoon bij het leven.’