De slons, de stoner of het spook
Wat voor huisgenoten heb jij?
Door Ingrid Ştefan
By Ingrid Ştefan
Ingrid Ştefan
1. De ‘regels gelden niet voor mij’-huisgenoot
Dit type huisgenoot – te herkennen aan zijn favoriete stopwoordje ‘gelul’ – hoor je eigenlijk altijd wel over iets klagen, want niets is zijn schuld of verantwoordelijkheid.
Geen schone borden in het keukenkastje omdat ‘iemand’ de afwas niet heeft gedaan? Hij heeft überhaupt niet op het schoonmaakrooster gekeken. Reageren in de huisapp? Te veel gedoe. Misschien geeft hij wel antwoord op een privéberichtje over de post die zich opstapelt bij de deur, maar zelfs dat moet je maar afwachten.
Voor dingen betalen zit ook niet echt in zijn systeem. Hij houdt wel van een luxeleventje, dus als je je afvraagt wie toch telkens de thermostaat op 25 zet, dan is hij dat waarschijnlijk. Maar als er vervolgens een torenhoge energierekening binnenkomt, roept hij ongetwijfeld: ‘Daar ga ik echt niet voor betalen!’
2. De slons
Bang dat die smerige zooi in huis ongedierte gaat aantrekken? De huisgenoot die nooit schoonmaakt is een klassieker; iedereen heeft weleens met eentje samengewoond. Ze is ook makkelijk te herkennen: de vuile vaat stapelt zich op in de gootsteen, de geur van overvolle vuilnisbakken hangt door het hele huis en haar kamer is een zwijnenstal.
Of het nou tentamentijd is of ze ‘een zware periode’ doormaakt, de slons heeft altijd een excuus om niet schoon te maken. Ze smeekt om vergiffenis en bezweert dat ze het alsnog zal doen. Misschien belooft ze zelfs het hele huis schoon te maken, maar trap niet in haar valse beloftes. Je kunt nog zo vaak zeuren, daar trekt ze zich niks van aan. Volgende week ben jij weer degene die het vuilnis wegbrengt, terwijl het haar beurt was.
3. De mierenneuker
Over zeuren gesproken, daar is de mierenneuker een meester in. Weet je nog, die ene keer dat je per ongeluk het licht in de badkamer aan liet? Zo nee, dan word je er wel door hem aan herinnerd.
Zet je maar vast schrap voor dat verwijtende bericht in de huisapp waarin hij je erop wijst hoe onverantwoordelijk je bent, want iemand publiekelijk vernederen is de modus operandi van de mierenneuker. En dan zijn er nog de talloze memobriefjes op de koelkast die je herinneren aan alle dingen die je MOET doen, en wel NU. Het is alsof je weer een kind bent dat door zijn moeder achter de broek wordt gezeten over het schoonmaken van zijn kamer.
De mierenneuker is hier niet om vrienden te maken, maar hij weet als de beste hoe hij voor wat familiedrama kan zorgen.
4. De lawaaimaker
Word je vaak belachelijk vroeg wakker doordat de stem van Shakira door het huis galmt? Er is maar een huisgenoot die daar verantwoordelijk voor kan zijn en dat is de lawaaimaker: ze zet de volumeknop vol open ongeacht het tijdstip. Kijk ook niet raar op als je haar om 7 uur ’s ochtends achter het fornuis aantreft met de rustgevende klanken van TikToks als achtergrondmuziek.
Als ze niet naar iets aan het luisteren is, dan is dat alleen maar omdat ze een videogesprek heeft. Je hoeft niet te proberen om haar wat privacy te gunnen, want hoe persoonlijk het gesprek ook is, je zult er elk woord van meekrijgen.
Het ergste is de lawaaimaker als ze aangeschoten terugkomt van een avond stappen. Nadat ze alle deuren keihard heeft dichtgeslagen en een paar keer in luid gezang is uitgebarsten, overweeg je serieus om alle oordopjes in de Kruidvat op te kopen.
5. De bruiklener
Privé-eigendom? Daar heeft de bruiklener nog nooit van gehoord. Ze is geen communist of zo, ze is gewoon van mening dat alles in de gemeenschappelijke ruimtes, nou ja, gemeenschappelijk is. Ze zou je spullen nooit stelen, maar ze gebruikt ze wel zonder toestemming.
Zo kan het gebeuren dat je je pannen vies aantreft in de gootsteen – misschien zelfs aangebrand – terwijl jij zeker weet dat ze schoon in je keukenkastje stonden. Maar die pannen staan daar toch voor algemeen gebruik, denkt de bruiklener dan.
Het is niet makkelijk om een bruiklener te spotten, dus wees alert op de eerste signalen. Dat kunnen kleine dingen zijn: er zit opeens een ei minder in de doos, je shampoofles voelt lichter aan of een van je borden heeft een kras die er eerst nog niet zat.
6. Het spook
Jullie hebben die ene huisgenoot in weken niet gezien, en je vraagt je af of ie nog wel leeft. Maar geen zorgen, want zo gaat het gewoon als je samenwoont met een spook. Eens in de zoveel tijd verblijdt hij (of is het een zij? Je kunt het je nauwelijks herinneren) jullie met zijn gezelschap, maar na een gesprekje van twee minuten is hij weer weg.
Hecht je niet te veel aan het spook, want hij is als Assepoester op het bal en rent er zomaar vandoor als het net gezellig wordt. Waar hij naartoe is? Zijn werk of zijn vriendin, misschien, maar het kan ook een bijeenkomst van de Anonieme Alcoholisten zijn – je gaat er nooit achter komen.
Maar hee, het is wel lekker rustig in huis en je hoeft de keuken en badkamer met een persoon minder te delen, terwijl hij wel huur betaalt. Beter wordt het niet.
7. De stoner
Uit zijn kamer komt altijd zware wietlucht. Als je niet high wilt worden, ga er dan vooral niet naar binnen, want dan stijgen de dampen je binnen de kortste keren naar het hoofd en vraag je je af waarom je opeens zo kalm en ontspannen bent.
Maar verder is de altijd relaxte stoner een fijne huisgenoot. Hij is aardig en houdt zich verre van huisdrama’s. De stoner wil bovendien altijd wel een jointje met je delen en dan ben je verzekerd van een gezellige avond thuis. Want hoewel zijn kamer een zootje is, met overal kleren, vergeet hij nooit waar hij zijn zakjes wiet en zijn grinder heeft gelaten.