Dakloos in de verhuurjungle #3
Even uit de brand
Michael Zemedkun (26)
Ethiopië
Masterstudent klinische en psychosociale epidemiologie
De laatste keer dat UKrant hem sprak, was Michael dolblij: hij had net een kamer gevonden – al was het maar voor twee maanden. Drie weken later begon de zoektocht op Kamernet weer om een dak boven zijn hoofd te regelen.
Hij merkt een verschil bij het zoeken naar een huis nu en in september. ‘Er worden meer huizen aangeboden en ik krijg meer reacties.’ Hij kreeg in een week tijd zelfs twee uitnodigingen voor bezichtigingen. De vorige keer kreeg hij er in een maand één.
Die twee maanden huizenjacht voelde als twee jaar
Geen van beide kamers beviel echter. De eerste was dan wel goed geprijsd, maar dat was opnieuw iets tijdelijks: onderhuur voor drie maanden. Niet ideaal voor Michael, die vond dat hij wel eens iets blijvends kon gebruiken.
Niet zo wanhopig
Het tweede appartement bleek veel te duur. ‘Ik dacht dat die 695 euro per maand inclusief energie en water zou zijn, maar de uiteindelijke kosten bleken 875 euro te zijn’, zegt hij. Hij twijfelt nog wel. ‘De verhuurmakelaar vertelde me dat ik tot driehonderd euro aan huurtoeslag kon terugkrijgen. Dus als ik dat krijg en als ik een bijbaanje neem als fietskoerier, kan ik het misschien wel betalen.’ Erg overtuigd klinkt hij niet.
Deze week heeft hij gelukkig nog een kamerbezichtiging, dus voelt hij geen druk om een beslissing te nemen. Hij wil iets kiezen dat bij hem past. ‘Zo wanhopig ben ik niet’, knikt hij.
De twee maanden huizenjacht zijn zwaar geweest, zegt hij. ‘Het voelt meer als twee jaar.’ Hij wil nu eerst het laatste tentamen van dit blok maken en dan al zijn tijd stoppen in de huizenjacht. ‘Ik heb nog een maand te gaan op mijn huidige plek, dus ik denk dat ik in november wel iets geschikts zal vinden.’ Hij klinkt nu wel zelfverzekerd.
Sarah-Marie Malkus (20)
Duitsland
Internationale relaties en internationale organisatie
Tami, die we eerder volgden, heeft inmiddels een plek gevonden. En dat geeft ruimte voor het verhaal van Sarah-Marie.
Sarah-Marie is al sinds april op huizenjacht. Samen met haar vriend, psychologiestudent Leon Lepenies, heeft ze meerdere aanvragen verstuurd op Kamernet en Pararius.
Ze probeerden ook een keer een heel ander aanpak. De twee liepen door het centrum van de stad met een groot bord waarop stond: ‘Gezocht: kamer, studio of appartement.’ Het maakte ze niet meer uit of ze samen konden wonen of niet: ‘We wilden gewoon ergens terecht kunnen.’
We hebben al onze spullen mee, we dachten dat we in een maand wel iets zouden vinden
Helaas, hun wanhoopsdaad wierp geen vruchten af: ‘De mensen waren vooral geschokt toen ze dat bord zagen.’ Ze realiseerden ze zich door hun actie ook hoe nijpend de woningnood is: ‘Er waren zoveel studenten die zeiden: ik zit ook in die situatie’, zegt Sarah-Marie.
In het begin waren ze nog zo hoopvol. ‘We waren een beetje naïef en hadden al onze spullen mee naar Groningen gehaald, want we dachten dat we in één maand wel iets zouden kunnen vinden.’ Ze heeft tot nu toe één bezichtiging gehad: zeshonderd euro voor een kamer van vijf vierkante meter. En ze heeft het niet eens gekregen.
Camper
Ze verhuisden van een piepklein chalet op een camping naar een Airbnb in de stad en waren in twee maanden tijd bijna drieduizend euro kwijt.
Een leven als student opstarten terwijl ze constant op zoek was naar een kamer, bleek ook nogal stressvol. Op een gegeven moment kon ze er zelfs niet meer aan denken. Haar ouders grepen in. ‘Ze waren bang dat we dakloos zouden worden en dus kochten ze een camper voor ons’, vertelt ze. ‘Dus dat is nu onze toekomst.’
Sarah-Marie en Leon hebben nog nooit in een camper gewoond en hun ouders ook niet. Ze dachten alleen dat dit misschien wel de enige kans voor hen zou zijn om in Groningen te kunnen blijven studeren.
Sarah-Marie en haar ouders reden op goed geluk door de provincie om een plek voor de camper te vinden. ‘We belden willekeurig bij aan bij mensen omdat we zo wanhopig waren.’ Het leverde wel een plek op in de buurt: een kwartiertje rijden van het stadscentrum.
‘Natuurlijk zijn we bang als niet-ervaren kampeerders, zeker voor de winter, maar ik denk dat we er wel uitkomen.’ Maar voor de toekomst ‘willen we natuurlijk wel verhuizen naar een echt appartement of studio’.
Nico Hatt (19)
Zwitserland
Economics
Nico sliep al sinds augustus bij vrienden, omdat hij geen kamer kon vinden. Hij voelde zich zo wanhopig dat hij op een gegeven moment op zijn fiets stapte en naar elk groot verhuurbedrijf fietste. Hij hoopte dat ze misschien een appartement hadden dat ze nog niet online hadden staan, zodat hij eerder dan anderen kon zijn.
‘Ik liep hun gebouw gewoon binnen en zei: hoi, ik ben Nico, ik ben een internationale student en ik ben wanhopig op zoek naar een plek. Kunnen jullie me helpen?’
De hoeveelheid slaap was een groter probleem dan de tijd die ik kwijt was aan het zoeken naar een kamer
Hij had mazzel. Een verhuurmakelaar had inderdaad een niet geadverteerde woning en Nico werd uitgenodigd om die als eerste te bekijken. ‘Ik was superenthousiast en nam twee vrienden mee, zodat we de woning goed konden bekijken.’
Het was het bezoek waard: de studio was netjes en ruim. Er zat een geïmproviseerde keuken in en een klein toilet. Zelfs de locatie was perfect. Alles bij elkaar voldeed het aan alle eisen, behalve één: de maandelijkse huur van 720 euro was meer dan studenten normaal kunnen ophoesten voor een woning.
Te duur
Hij twijfelde en belde zijn ouders voor advies. Die zeiden meteen dat hij het moest doen. Dat was voor hem het laatste zetje om het huurcontract te tekenen. ‘Nu ben ik op zoek naar een baan, zodat ik de huur en de borg kan betalen.’
Zeker, Nico is blij dat hij eindelijk een eigen plekje heeft. Ook is hij blij dat hij en zijn vrienden binnenkort niet meer zo op elkaars lip zitten. ‘Als je bij iemand in de woonkamer slaapt, word je wakker van mensen die laat douchen of vroeg opstaan, dus de hoeveelheid slaap was een groter probleem dan de tijd die ik kwijt was aan het zoeken naar een appartement.’
Zijn laatste vondst is niet het einde van zijn huizenjacht, zegt hij. ‘Ik ga verhuizen, maar ik blijf op zoek: kijken of ik iets goedkopers kan vinden.’