Afgelopen week ben ik begonnen met mijn afstudeeronderzoek; na járen studeren is dan eindelijk het einde in zicht.
Dat zeg ik nu wel, maar het project beslaat een jaar met, mezelf kennende, vast nog wat uitloop. Ik werk in de onderzoeksgroep Theoretical and Computational Chemistry en dat het onderwerp ‘Theoretical investigation on the mode of action of the azobenzene photoswitches within DNA G-quadruplex’ is, zal de meeste lezers een zorg zijn; het is echter mijn zorg dat ik uiteindelijk wél weet daar dat over gaat.
PhD’s
Een jaar lang dus, maar daardoor kan ik wel daadwerkelijk iets grondig onderzoeken; met de drie maanden die voor het bacheloronderzoek stonden, was dat nauwelijks het geval. Hopelijk heb ik aan het eind een idee of ik dit nóg vier jaar wil voortzetten, met een PhD. Wat natuurlijk ook helpt, is dat ik met de PhD-studenten (of, in goed Nederlands: promovendi) in de groep kan babbelen.
En dat is me een stelletje; de mensen in de onderzoeksgroep komen uit alle windstreken: India, Iran, Mexico, Cuba, Italië, Ecuador, Turkije, Spanje. Een aantal ervan is in september begonnen en dus relatief nieuw in Nederland. Over het algemeen genieten ze ervan, al moeten sommigen even wennen aan het winterse weer. Voor een van de Indiërs was het letterlijk de koudste week uit zijn leven, tot zover.
Kier
Maar ook ík moet even wennen aan het groepsklimaat; de Cubaan en de Iraanse, met wie ik een werkkamer deel, doen goed hun best de temperaturen uit hun thuislanden na te bootsen. Alleen als ze even weg zijn, zet ik stiekem het raam op een kier.
Dat zal dus mijn habitat zijn voor het aankomende jaar, (week)dag in, dag uit. Hard werken en hopen dat ik niet (of juist wel?) al te zeer in een sleur terecht kom. De eerste week was in ieder geval veelbelovend.
Borrel
Immers, het eerste bericht dat ik via de mailing list van de groep kreeg, kwam van een van de PhD’s: ‘Laten we vrijdagmiddag even borrelen, om de publicatie van mijn paper te vieren.’ De week erop taart voor een verjaardag.
En dan heb ik het nog niet eens over de niet-aflatende stroom verhalen van mijn Cubaanse kamergenoot: over hoe Cubanen like to do things big en het nut van lunchen met je collega’s, in plaats van achter je bureau.
Never a dull moment, dus. Zo kom ik dat jaar wel door! Alleen moet ik wel zorgen dat ik ook nog iets uitvoer…