1. De RUG moet sport en cultuur betaalbaar houden voor studenten, zelfs als dat van het kabinet niet meer van publiek geld betaald mag worden.

1. SOG: Onze partij werkt op nationaal niveau om het kabinet dringend te verzoeken af te zien van de nieuwe, strenge regels voor universiteiten over gemengde private en publieke financiering. Voor bijvoorbeeld de ACLO en Usva zou dit betekenen dat de contributie flink wordt verhoogd, bovenop de al verwachte verhoging. Mocht het kabinet dit streven toch doorzetten, zullen we ervoor ijveren om de contributies voor studenten laag te houden, door het aantrekken van private financiering of andere organisatievormen waarbij lokale partners - zoals de gemeente - worden betrokken. De universiteit moet zich inzetten om sport toegankelijk te houden voor alle studenten, zodat sporten geen luxeproduct wordt.
2. Calimero: De geestelijke gezondheid van studenten is enorm belangrijk. Sport en cultuur dragen hier positief aan bij door gezonde activiteiten en mogelijkheden om vriendschappen te ontwikkelen. Als ze hierop bezuinigt, zou dat de universiteit zelfs geld kunnen kosten doordat de studieresultaten achteruitgaan. Studenten zouden ook gedwongen worden om naar privébedrijven te gaan voor sport- en cultuuractiviteiten, wat hen vaak meer zou kosten. Een goede sport- en cultuuromgeving komt zowel de studenten als de universiteit ten goede.
3. DVS: Sport en cultuur vormen een belangrijk onderdeel van het studentenwelzijn. Zonder financiering zou alleen een bepaalde groep studenten de kosten kunnen betalen. Daarnaast draagt het bij aan het voorkomen van studievertraging. Bovendien zou afschaffing zorgen voor grote druk en wachtlijsten bij reguliere sportverenigingen.
4. VSP: De VSP vindt sport en cultuur belangrijk voor het studentenwelzijn. Als publieke financiering stopt, mag de RUG lokaal ondersteuning bieden zolang haar kernactiviteiten onderwijs en onderzoek hier niet onder lijden. Studenten kunnen daarbij ook zelf verantwoordelijkheid nemen voor hun persoonlijke ontwikkeling; zelfstandigheid sluit beter aan bij academische vorming dan afhankelijkheid.
5. SVS: Deze faciliteiten hebben veel te veel voordelen om weg te bezuinigen. Ten eerste is het een manier voor studenten om hun sport of hobby uit te oefenen met medestudenten. Daarnaast verlaagt het de drempel voor mensen om in te stappen in deze sport- of kunstwereld. Als laatst zorgt het voor een bijzonder groot sociaal platform, waar mensen elkaar kunnen ontmoeten, beter leren kennen, of zelfs vrienden kunnen maken voor de rest van hun studietijd. De faciliteiten zorgen voor te veel verbeteringen in het studentenwelzijn om weg te bezuinigen.

2. De RUG moet het gebruik van taalmodellen zoals ChatGPT verbieden bij het schrijven van papers, essays en scripties, zodat studenten zelf leren schrijven.

1. SOG: Studenten zouden zich ook zonder de hulp van AI-tools moeten kunnen redden. AI is echter een onmiskenbaar onderdeel geworden van technologische tools en zal een steeds belangrijkere rol gaan spelen in elk werkveld. De universiteit moet zich inzetten voor goede begeleiding, transparantie en verantwoord gebruik. Studenten moeten in colleges over onderzoeksmethodologie leren hoe ze AI in hun vakgebied kunnen gebruiken. Dit zorgt voor efficiënt en ethisch gebruik van AI en zo leren studenten de effecten van misbruik, hoeveel energie AI-zoekmachines kosten, waardoor dit ook een duurzaam beleid wordt!
2. Calimero: We kunnen niet doen alsof AI geen onderdeel is van de huidige academische wereld. Een algemeen verbod zou alleen maar leiden tot een gebrek aan kennis, het omzeilen van richtlijnen en een gebrek aan echte vaardigheid. Hoewel AI voorzichtig moet worden gebruikt, moeten we erkennen dat het ook mogelijkheden biedt. Studenten moeten leren hoe ze er gebruik van kunnen maken in de context van hun eigen vakgebied. Bovendien kan en moet het hoger onderwijs dienen als platform voor het vinden van oplossingen voor een ethisch en duurzaam gebruik van AI.
3. DVS: Of je nu voor of tegen bent, studenten zullen altijd AI blijven gebruiken. Je kunt studenten beter leren hoe ze er verantwoord en ethisch mee om kunnen gaan. Dat doen ze bijvoorbeeld al aan de medische faculteit. AI-modellen maken deel uit van het heden en de toekomst. In plaats van ze te verwaarlozen, zouden we toekomstige werkgevers moeten leren hoe ze AI in hun voordeel kunnen gebruiken om hun werk te verbeteren, zolang er maar geen plagiaat plaatsvindt.
4. VSP: ChatGPT en vergelijkbare technologieën horen bij de moderne realiteit. Onderwijs moet studenten voorbereiden op verantwoord gebruik, niet verbieden. Kritische vaardigheden en heldere beoordelingscriteria zijn essentieel om te voorkomen dat technologie ten koste gaat van diepgaande kennis en schrijfvaardigheid.
5. SVS: De universiteit bereidt haar studenten voor op een toekomst in het werkzame leven of het onderzoek. Het is evident dat AI-chatbots daarin een rol zullen spelen. De RUG moet haar studenten dus verantwoordelijk om leren gaan met deze hulpmiddelen. Training en bewustwording dragen bij aan de vaardigheid om kunstmatige intelligentie op een ethische en kritische manier in te zetten, en zijn onmisbaar voor de hedendaagse digitale samenleving. SVS ziet dit als een taak die is weggelegd voor de universiteit.

3. De RUG zou het opnemen en tijdig vrijgeven van online colleges aan studenten universiteitsbreed verplicht moeten maken.

1. SOG: Het studentenleven draait om het combineren van studie en sociaal leven en vereist soms enige flexibiliteit. Het uploaden van opgenomen colleges maakt het mogelijk voor studenten die andere verplichtingen hebben op hetzelfde moment als de colleges om colleges in te halen, in plaats van gestraft te worden door het niet kunnen volgen van een vak. Dit maakt het voor studenten met een functie- of studiebeperking, mantelzorgers en bestuursleden mogelijk om hun studievertraging vanwege hun inzet voor hun gemeenschap te minimaliseren.
2. Calimero: Door het aanbieden van opnames maakt de RUG haar onderwijs toegankelijk en draagt het bij aan het studiesucces van haar eigen studenten. Tentamencijfers zouden moeten gaan over studie-inspanning, niet over de sterkte van je immuunsysteem of je vermogen om je te houden aan een willekeurig schema dat mogelijk wringt met cruciale activiteiten zoals werk of gezinszorg. Elke student aan de RUG zou op zijn minst toegang moeten hebben tot het materiaal dat nodig is om te slagen.
3. DVS: Studenten moeten zoveel mogelijk vrijheid hebben om hun studietijd in te delen zoals ze dat willen, gezien de vele dingen die studenten naast hun studie vaak nog doen. Studenten kunnen ziek worden, hebben stages, moeten voor een familielid zorgen of zijn actief bij een sport. Er zijn zoveel redenen waarom studenten niet naar college kunnen gaan, en daar mogen ze niet de dupe van worden. Daarnaast is het ook efficiënter dat een college bijvoorbeeld maar een keer opgenomen hoeft te worden en dan meerdere jaren gebruikt kan worden.
4. VSP: De VSP vindt dat colleges universiteitsbreed opgenomen en tijdig gedeeld moeten worden, zodat studenten flexibel en zelfstandig kunnen leren. Dit vermindert stress, verbetert de voorbereiding op tentamens en ondersteunt studenten bij ziekte of persoonlijke omstandigheden. Opnames mogen participatie niet vervangen, maar wel versterken.
5. SVS: Je studietijd staat in het teken van autonomie, maar ook eigen verantwoordelijkheid. Leerlingen zouden niet gestraft moeten worden door het niet aanwezig kunnen zijn op een hoorcollege, of dat nou vanwege werk, persoonlijke redenen of iets anders is. In het thema van eigen verantwoordelijkheid zouden de studenten het hoorcollege op eigen kracht moeten kunnen inhalen door middel van zelfstudie. Daardoor moeten de hoorcolleges tijdig online komen te staan, zodat er geen leerlingen achterlopen vanwege redenen die zij (soms) niet in de hand hebben.

4. Met oog op de miljoenenbezuiniging die de RUG de komende jaren moet verwerken, zou het goed zijn als de universiteit kleinschalig onderwijs zo veel mogelijk beperkt.

1. SOG: Kleine werkgroepen en persoonlijk contact kunnen gunstig zijn voor studenten. Vooral voor actieve studenten is het van groot belang dat er flexibele begeleiding is van docenten, die begrijpen hoe belangrijk het is dat actieve studenten een baan hebben of een bestuursjaar doen. De bezuinigingen moeten zo min mogelijk impact hebben op het onderwijs van studenten en de RUG moet eerst andere mogelijkheden onderzoeken. Kleinschalig onderwijs is echter niet altijd haalbaar, en veel vakken hebben baat bij grote hoorcolleges.
2. Calimero: Practica in kleine klassen en diepgaande seminars verdiepen de kennis van studenten, wat leidt tot zowel betere resultaten als meer expertise, die beide goed zijn voor de toekomst van studenten. Als we het kleinschalig onderwijs verminderen, zal dit leiden tot slechtere studieresultaten, waardoor het leven van studenten aanzienlijk moeilijker wordt en de universiteit meer geld verliest.
3. DVS: De huidige manier van kleinschalig onderwijs is met de huidige bezuinigingen helaas niet meer betaalbaar voor de toekomst. Kijkend naar de lastige keuzes die gemaakt moeten worden, voegen wij kleinschalig onderwijs liever zo veel mogelijk samen, dan dat het helemaal wordt afgeschaft.
4. VSP: Voor de VSP staat kleinschalig onderwijs centraal in academische kwaliteit en persoonlijke groei. Juist in tijden van bezuiniging moet persoonlijk contact tussen docent en student beschermd worden. Er zijn betere opties voor besparingen dan het verminderen van interactief en persoonlijk onderwijs.
5. SVS: De uni moet geen onderwijs beperken, puur omdat zij een bepaalde hoeveelheid geld moet bezuinigen. Er staan zeker opties open om de bezuinigingen toe te passen, maar dat moet met voldoende onderzoek en beleid. Opties als het samenvoegen van richtingen of het anders indelen van vakken/uren zullen met de juiste hoeveelheid onderzoek eerder toegepast worden. Het van tevoren zeggen dat een van de oplossingen kleinschalig onderwijs beperken is, is onvoorzichtig en onverantwoordelijk.

5. Alle internationale studenten moeten verplicht Nederlands leren als ze aan de RUG studeren.

1. SOG: De RUG heeft een internationale toppositie en moet internationaal talent blijven aantrekken. Een universiteit wordt internationaal veel minder aantrekkelijk als men naast een moeilijke studie ook nog de nationale taal moet leren. De RUG moet een universiteit zijn waar Nederlandse en internationale studenten naast elkaar kunnen bestaan. Alle internationale studenten moeten de kans krijgen om de Nederlandse taal en cultuur te bestuderen, en het Talencentrum moet worden verbeterd om aan deze behoefte te voldoen.
2. Calimero: De Nederlandse taal is de moeite waard voor studenten omdat het veel mogelijkheden biedt voor gemeenschapsvorming en het verwerven van vaardigheden. Studenten moeten worden aangemoedigd om het te leren door obstakels te verlagen en de toegang te verbeteren, niet door cursussen Nederlands verplicht te stellen en extra stress toe te voegen aan reguliere studieactiviteiten.
3. DVS: We zien dat veel internationale studenten graag kennis willen maken met de Nederlandse taal en cultuur. Hoewel er ontzettend veel belangstelling is voor de cursussen Nederlands, zien we dat het veel tijd kost naast een voltijdstudie, waardoor studenten uitvallen. Daarom zou dit beter in het reguliere curriculum van een Engelstalige opleiding onderwezen kunnen worden. Door internationale studenten Nederlands te leren, kan het voor hen ook aantrekkelijker worden om na hun studie in Nederland te blijven werken.
4. VSP: De VSP wil verplichte taalcursussen Nederlands voor internationale studenten om hun sociale betrokkenheid, academische integratie en zelfstandigheid in Groningen te vergroten. Taal is een verbindende factor, geen barrière, en helpt studenten zich thuis te voelen en actief deel te nemen aan het studentenleven.
5. SVS: SVS ziet in dat het beheersen van de Nederlandse taal voordelen heeft voor de internationale studenten. Zo gaan ze er op sociaal vlak flink op vooruit, en kunnen ze makkelijker integreren in de stad waar ze wonen. Het verplichten is natuurlijk niet de oplossing. De keuze voor de integratie van de internationale studenten moet altijd bij henzelf liggen.

6. De RUG moet gebruik maken van haar uitzonderingspositie als regionale universiteit en ervoor zorgen dat ze nog zoveel mogelijk studies in het Engels aanbiedt.

1. SOG: De RUG heeft de positie van regionale universiteit en zou dus vrijgesteld kunnen worden van het wetsvoorstel Internationalisering in Balans. Dit betekent dat het Engelse studieprogramma's kan blijven aanbieden, wat belangrijk is voor het aantrekken van internationaal talent en professoren. De RUG moet het huidige onderwijsaanbod handhaven; met Engelse programma's onderwezen door internationale experts, en Nederlandse programma's om aan de behoeften van Nederlandse studenten te voldoen.
2. Calimero: In een omgeving die steeds vijandiger staat tegenover internationals, is het belangrijk te laten zien hoe alle studenten kunnen profiteren van een sterke internationale universiteit. Door zoveel mogelijk Engelse programma's te behouden, kunnen we internationaal talent blijven aantrekken en hoogstaand, internationaal concurrerend onderzoek blijven doen. Dit zal op zijn beurt leiden tot een betere nationale en wereldwijde reputatie van onze universiteit, wat concrete voordelen heeft voor elke student na zijn studie.
3. DVS: Voor de economie in Noord-Nederland is het ontzettend belangrijk dat we ook talent van buiten Nederland aantrekken om hier te studeren. Wel moeten er voldoende Nederlandstalige studies aangeboden worden naast de Engelstalige varianten.
4. VSP: De VSP vindt dat Nederlands de primaire onderwijstaal moet blijven aan de RUG. Engelstalige opleidingen mogen beperkt worden tot opleidingen met duidelijke internationale oriëntatie of specifieke vakgebieden, zodat aansluiting met het werkveld en behoud van Nederlandse cultuur gegarandeerd blijven.
5. SVS: Het aanbieden van Engelstalige studies heeft een verrijking van de onderzoeks- en studentencultuur tot gevolg. Op deze manier trekt de universiteit makkelijker internationale studenten en -programma’s aan, wat ook samenwerkingen met buitenlandse organisaties en universiteiten kan bevorderen. Daarnaast zijn de internationale studies ook financieel gunstig in deze tijd van bezuinigingen. Er gaan jaarlijks meer dan 6000 internationale studenten naar de RUG toe, en die dragen veel bij aan de financiële kant van de universiteit.

7. Stagelopen zou bij iedere studie een verplicht onderdeel moeten worden.

1. SOG: AStages zijn een waardevol onderdeel van je academische ontwikkeling. Stage lopen moet gefaciliteerd en aangemoedigd worden. Het moet echter wel iemands eigen keuze zijn om dit te doen, bijvoorbeeld tijdens een career minor. Gedwongen stages kunnen een student ook belemmeren om actief te zijn, zoals het verminderen van de mogelijkheden om een bestuursjaar te doen of te werken tijdens je studie.
2. Calimero: YJe eigen opleiding afstemmen op je toekomstige behoeften zou het recht van elke student moeten zijn. Het feit dat veel opleidingen nog geen stagemogelijkheden hebben ingebouwd staat dit in de weg. Stages verplicht stellen zou echter net zo problematisch zijn. Stages (en minors, en uitwisselingen) moeten beschikbaar zijn in zoveel mogelijk studies, en studenten moeten bewust worden gemaakt van de voordelen van elke optie.
3. DVS: Oneens. Hoewel veel studenten praktische ervaring waarderen, verschilt de haalbaarheid van stages per opleiding. Het aanbieden van stages als onderdeel van de minorruimte zou een flexibele oplossing kunnen zijn.
4. VSP: De VSP pleit ervoor om stages verplicht te stellen binnen alle opleidingen, omdat dit studenten helpt praktijkervaring op te doen en hen beter voorbereidt op het werkveld. Dit versterkt de koppeling tussen theorie en praktijk en biedt studenten realistisch perspectief op hun toekomst.
5. SVS: Het lijkt SVS onwenselijk om van hogerhand studies te verplichten om een stage aan hun curriculum toe te voegen. Opleidingen moeten zelf de vrijheid behouden om het onderwijs in te richten. Daarnaast leent niet elke studie zich tot het implementeren van stages. Sommige onderwerpen zijn beter of efficiënter te leren door middel van colleges.

8. De RUG moet tentamens in de avonden en weekenden verbieden, zelfs als dat betekent dat tentamenperiodes mogelijk langer duren.

1. SOG: Avond- en weekendexamens zijn verre van ideaal. Studenten scoren vaak slechter en worden ook beroofd van hun rustmomenten. Echter, alle tentamens inplannen tussen 8-5 is fysiek onmogelijk met de huidige faciliteiten, toch zou een langere tentamenperiode en dus een langer academisch jaar nadeliger zijn voor studenten. Daarom zou er een structurele uitbreiding van tentamenfaciliteiten moeten komen.
2. Calimero: Tentamens buiten reguliere uren zijn schadelijk voor de mentale gezondheid van studenten, en belangrijker, voor hun studieresultaten. Er kan niet van studenten verwacht worden dat ze zich om 13 uur en 21 uur in dezelfde mate kunnen concentreren. Dit kan eenvoudig worden opgelost door slimmere keuzes te maken wat betreft roostering, zelfs zonder de tentamenperiode te verlengen.
3. DVS: Tentamens op deze tijdstippen zorgen vaak voor veel stress en minder goede prestaties. Daarnaast is het weekend vaak het enige moment dat studenten hun familie kunnen bezoeken of tijd hebben voor een bijbaan of ontspanning. De RUG moet daarom investeren in extra tentamenzalen. Naast impact op studenten heeft dit ook invloed op docenten omdat ze vaak al een hoge werkdruk ervaren, en tentamens in de avonden en weekenden er niet voor zorgen om dit te verminderen.
4. VSP: We leven niet meer in een 9-tot-5-samenleving. Vasthouden aan vaste werktijden voor tentamens beperkt de flexibiliteit die studenten nodig hebben. De universiteit moet juist meer mogelijkheden bieden, ook in avonden en weekenden, zodat studeren beter te combineren is met werk, mantelzorg of andere verplichtingen. Het beperkt openen van gebouwen op bepaalde dagen is een voorbeeld van inefficiënt en ouderwets beleid.
5. SVS: Voor de toegankelijkheid en duidelijkheid van tentamenperiodes is het van essentieel belang dat tentamens in de avonden en weekenden verboden worden. Denk bijvoorbeeld aan thuiswonende studenten die voor een tentamen in het weekend geen week-OV kunnen gebruiken, of aan de negatieve invloed die een laat tentamen kan hebben op sociale activiteiten.

9. Studenten moeten een bepalende stem krijgen in de besluitvorming rondom grote onderwijshervormingen of organisatorische hervormingen zoals het mogelijk herindelen van faculteiten.

1. SOG: Reorganisaties kunnen helpen om te bereiken dat de RUG een universiteit wordt die klaar is voor de toekomst, maar ze kunnen ook meer kwaad dan goed doen. We zijn daarom op onze hoede voor grote organisatorische hervormingen, vooral als de stem van de studenten niet voldoende is gehoord. Bij een eventuele hervorming zullen studenten immers direct de gevolgen voelen. Het is de plicht van de faculteit om studenten te informeren over grote hervormingen en de stem van studenten moet doorslaggevend zijn.
2. Calimero: Uiteindelijk zullen de gevolgen van faculteitsfusies doorsijpelen naar de studenten, hetzij door een slechtere kwaliteit van het onderwijs, meer gefrustreerd personeel of meer homogenisering van disciplines. Studenten moeten kunnen beslissen welke risico's ze wel en niet willen accepteren in dit proces. Hoewel de bestuursstructuur van de RUG niet perfect is, zou het bestuur van elke universiteit altijd in dienst moeten staan van het onderwijs en er geen voorrang aan moeten geven.
3. DVS: Namens de studenten kan de studentgeleding in de universiteitsraad de stem vertegenwoordigen in de besluitvorming en hier een beslissing over nemen. In het proces hiernaartoe dienen studenten zo veel mogelijk geïnformeerd te worden, zodat zij input kunnen geven die meegenomen kan worden in het maken van de plannen.
4. VSP: Studenten zijn geen klanten, maar medebepalers van het onderwijs. Bij ingrijpende onderwijs- of organisatieveranderingen moet hun stem doorslaggevend zijn, niet slechts adviserend. De VSP is van mening dat studenten een doorslaggevende stem moeten krijgen bij belangrijke onderwijs- en organisatorische hervormingen, zoals de mogelijke herindeling van faculteiten. Dit zorgt ervoor dat beslissingen beter aansluiten bij studentenbelangen en leidt tot draagvlak binnen de universiteit.
5. SVS: De laatste tijd worden er veel besluiten genomen die grote gevolgen hebben voor de studenten van de universiteit. Dit soort ingrijpende gevolgen hebben voldoende inspraak nodig voor het weloverwogen en verantwoordelijk nemen van de besluiten. Gezien het feit dat bijvoorbeeld het bezuinigen op stukken onderwijs kan betekenen dat de universiteit en de faculteiten er anders uitzien, is het nodig om de reactie van studenten daarop te schetsen. Als de uni de verkeerde keuze maakt, kunnen de benodigde middelen om het gemaakte probleem op te lossen groter zijn dan de originele bezuiniging.

10. De RUG steekt voldoende tijd en middelen in het waarborgen van sociale veiligheid en diversiteit en hoeft daar niet nog meer aan te doen.

1. SOG: Sociale veiligheid is een breed concept waaronder veel verschillende initiatieven samenkomen. Voor ons is het geen kwestie van 'genoeg'; de behoeften van studenten veranderen immers voortdurend en dit vraagt inspanning van veel verschillende actoren: de universiteit, studie-, sport- en studentenverenigingen en van de studenten zelf. De RUG kan haar steentje bijdragen door ons project te faciliteren om de klachten- en vertrouwenssystemen die op faculteiten aanwezig zijn te centraliseren, trainingen mogelijk te maken en wachtlijsten voor ondersteunende diensten te verkorten: bijvoorbeeld de studentenpsycholoog of de studieadviseurs.
2. Calimero: Er is geen reden om te stoppen met het verbeteren van deze gebieden. De middelen die we hebben zijn relatief goedkoop en ze functioneren goed, maar ze zouden altijd meer kunnen doen. Een gebrek aan sociale veiligheid en diversiteit komt alleen ten goede aan diegenen die zich al op sociaal onveilige manieren gedragen, en schaadt alleen diegenen die al het meest kwetsbaar zijn. Aan de andere kant komt het verbeteren van deze gebieden iedereen ten goede, zelfs als ze er niet direct mee te maken hebben, doordat het de sfeer bevordert en voor een betere universitaire gemeenschap zorgt.
3. DVS: Er moet vooral nog meer gedaan worden in het waarborgen van de sociale veiligheid. Vooral in de huidige tijd zien we dat de academische vrijheid steeds meer onder druk komt te staan. Daarnaast moet duidelijker worden voor studenten en medewerkers waar ze terecht kunnen als ze iets heftigs meemaken binnen hun studie of werk.
4. VSP: De voorgenomen beslissing van de RUG om het DEI Office af te schaffen is een stap in de goede richting. De VSP is van mening dat de RUG meer dan voldoende aandacht en middelen besteedt aan sociale veiligheid en diversiteit. De universiteit moet stoppen met identiteitspolitiek en zich richten op het garanderen van academische vrijheid en een neutrale positie. Maatregelen zoals ‘safe spaces’ en diversity officers beperken een open debat en zijn daarom niet wenselijk.
5. SVS: Juist in deze onzekere en stressvolle tijden is het extreem belangrijk om sociale veiligheid en diversiteit te waarborgen. In deze polariserende tijden is het belangrijk een sociaal orgaan te hebben dat ervoor zorgt dat het binnen de universiteit niet zo onzeker en stressvol is als daarbuiten. De universiteit neemt al een aantal maatregelen, maar dat is nog niet genoeg. Omdat dit dusdanig belangrijk is, moet de universiteit de tijd en middelen vinden om ondanks de bezuinigingen hier wel veel aandacht in te steken. Gezien het feit dat de sociale veiligheid en verbintenis binnen de universiteit een van de hoogste prioriteiten is.