Zij kwamen toch naar Groningen
‘Verhuurders willen je zien’
Garry Oak (18)
Spanje
Garry was ook aangenomen op een universiteit in Ierland en had dus een plan B klaarliggen als hij geen dak boven zijn hoofd kon vinden in Groningen. Maar hij wilde liever aan zijn RUG-bachelor internationale betrekkingen beginnen, dus nam hij genoegen met een kamer voor zes maanden.
‘Mijn zus heeft me geholpen met de zoektocht’, vertelt hij. ‘Van april tot augustus waren we de hele dag bezig.’ Ze stuurden in die periode elke dag wel veertig berichten, maar hij merkte dat je eigenlijk geen reacties krijgt als je niet in Groningen aanwezig bent en persoonlijk langs kunt komen.
De tijdelijke stek die hij uiteindelijk vond is vanaf het centrum een half uur reizen met de bus, maar hij is al lang blij dat hij nu hier kon komen studeren. ‘Ik moet gewoon blijven zoeken, anders ben ik over een half jaar alsnog dakloos.’
Yvonne Yu (25)
Taiwan
Yvonne is optimistisch ingesteld: ze kan twee maanden een kamer onderhuren en in die tijd lukt het haar vast iets anders te vinden. ‘Als ik persoonlijk bij een bezichtiging kan zijn, is het vast makkelijker om een kamer te krijgen.’
Dat heeft ze namelijk gehoord van vrienden die al een tijdje in Groningen studeren. ‘Ik maak me nog wel zorgen over het kamertekort, maar een vriendin van me vond een kamer toen ze eenmaal in Groningen aangekomen was.’
Yvonne begon met zoeken zodra ze van de RUG te horen kreeg dat ze toegelaten was tot de master film and contemporary audiovisual media. Maar hoewel ze er vroeg bij was, vond ze niks permanents. ‘Ik heb echt alles geprobeerd: Facebookgroepen, bureaus, websites, groepschats. Ik heb heel veel berichten geplaatst.’
Uiteindelijk kon ze dus twee maanden ergens terecht. ‘Ik blijf zoeken. Als ik niks kan vinden, moet ik misschien een tijdje bij mijn vriendin intrekken, maar dat is plan B.’
Stefan Mandita (22)
Roemenië
‘Ik ben momenteel aan het couchsurfen bij een vriend’, vertelt Stefan. Hij begint aan zijn laatste jaar als student game design aan de Hanzehogeschool. Het is geen nieuw fenomeen voor hem: hij deed het al drie keer eerder dit jaar. In drie jaar tijd heeft hij op zeven verschillende plekken gewoond en nooit langer dan acht maanden op dezelfde plek. In de meeste gevallen kon hij zelfs maar een paar weken of hoogstens drie maanden blijven.
Stefan kwam in 2019 naar Groningen en kwam toen in de noodopvang van de gemeente terecht. Daarna vond hij een kamer, maar die raakte hij weer kwijt toen de coronapandemie uitbrak en hij terugging naar Roemenië. Hij betaalde de huur weliswaar gewoon door, maar toen hij in de zomer van 2021 terug naar Groningen kwam ontdekte hij dat de huisbaas hem er desondanks uit had gezet en zijn spullen had weggegooid.
Zo kwam Stefan opnieuw in de noodopvang terecht, in een grote slaapzaal. ‘Het was vreselijk, ik had geen enkele privacy’, zegt hij. Het voelde alsof hij dakloos was: om te kunnen studeren met vrienden af te spreken moest hij altijd ergens anders naartoe.
Zijn tweede studiejaar deed hij helemaal online, maar dat was vorig jaar geen optie meer en ook dit jaar niet. Dus moest hij wel terugkeren naar Groningen, of ergens anders opnieuw aan een studie beginnen. ‘En verhuurders willen je zien, als ze je alleen aan de telefoon spreken krijg je geen kamer.’
Sebastian Lazăr (19)
Roemenië
‘Als ik niet naar Groningen was gekomen, had ik een jaar doelloos thuis gezeten’, zegt Sebastian, die communicatie & multimedia design gaat studeren aan de Hanzehogeschool. Een alternatief plan had die – Sebastian is non-binair – niet gemaakt.
Zoals de meeste nieuwkomers zocht Sebastian eerst online naar een kamer, maar de enige mensen die reageerden waren oplichters. Dus kwam die naar Groningen en logeerde een week in het Student Hotel om zelf bij verhuurders langs te kunnen gaan. Maar de kamernood bleek erger dan gedacht.
Sebastian mocht komen kijken bij een kleine kamer in een studentenhuis in de buurt van het centrum die 500 euro kostte. ‘Maar de keuken was echt te smerig voor woorden, daar wilde ik niet koken en eten.’ En dan leek het dak ook nog eens op instorten te staan.
Nu heeft Sebastian voor een half jaar een plek gevonden: in Heiligerlee, een dorpje naast Winschoten dat met het openbaar vervoer op een uur reizen van de stad ligt. Elk retourtje kost 25 euro, maar het was dat of in Roemenië blijven. ‘En ik wil aan mijn nieuwe leven als student in Groningen beginnen.’