• Als je geen 'patat' kunt zeggen

    Leven als hakkelaar

    Keimpe durfde vroeger niemand aan te spreken in de kroeg. En Marlies zei maar helemaal niets. Ze schaamden zich voor hun gestotter.

    Stottercafé

    Marlies Oegema en Keimpe Anema zijn medeorganisatoren van het Stottercafé in Coffee-Break Groningen aan het Gedempte Zuiderdiep. Hier kunnen mensen die stotteren of met stotteren te maken hebben bijkletsen, ervaringen delen en wat nieuws leren.

    Elke bijeenkomst heeft een thema, zoals de laatste keer: solliciteren. ‘We kregen sollicitatietraining en er werden praktische tips gegeven. Moet je bijvoorbeeld in de sollicitatiebrief zeggen dat je stottert?’, vertelt Keimpe. ‘Laatst, met Valentijnsdag, gingen we speed daten. Iedereen nam iemand mee, er waren dus ook veel mensen die niet stotteren’, zegt Marlies.

    Het heeft hen geholpen om zich minder van het stotteren aan te trekken, ‘en ik heb er veel meer stotterende studenten door leren kennen.’

    Ze zijn allebei student en allebei stotteren ze. Soms heel erg, soms bijna niet. De ene week blijft de ‘P’ hangen, de andere week komt de ‘L’ hakkelend naar buiten. ‘Stotteraars hebben ieder hun eigen letters of zinnen waar ze over vallen’, zegt Keimpe. ‘Hartstikke waar’, glimlacht Marlies, ‘maar als ik lekker in mijn vel zit, stotter ik veel minder.’

    Keimpe Anema (25) is bezig met een pre-master rechten & bestuur na een studie sociologie, Marlies Oegema (22) is studente Nederlands en Duits. Ze zijn medeorganisatoren van het stottercafé Groningen en wilden allebei graag geïnterviewd worden over hun gestotter. Niet iets om je voor te schamen dus? ‘Eerder schaamde ik me er heel erg voor dat ik stotterde,’ zegt Marlies, ‘nu niet meer. Ik zou graag willen dat er wat meer aandacht komt voor de impact die stotteren op iemands leven heeft.’

    De twee stotteren al van jongs af aan. ‘Tijdens het begin van mijn studietijd durfde ik niet snel iets te zeggen. Als ik eenmaal vastliep kon het wel een halfuur duren’, lacht Marlies. ‘Da’s overdreven natuurlijk, maar zo voelde het wel. 95 procent van de tijd hield ik mijn mond terwijl ik best iets wilde zeggen, dan kon het in ieder geval niet mis gaan.’

    IJsberg vol stress

    Ze hebben genoeg gedaan om van het stotteren af te komen. ‘Vroeger ben ik naar logopedie geweest’, vertelt Keimpe, ‘maar de logopediste kan vrij weinig aan stotteren doen.’

    De twee ergeren zich mateloos aan het programma Sprakeloos van Arie Boomsma of de film The King’s speech – waarin een stotterende koning ‘normaal’ leert praten. ‘Daar doen ze alsof je met een paar truckjes van het stotteren af kunt komen. ‘Da’s gewoon niet waar’, zegt Marlies, ‘de stottertherapeute gebruikt altijd de metafoor van de ijsberg. Als er onder water een ijsberg vol stress is, merkt de buitenwereld alleen iets van het uitstekende topje: gestotter.’

    En dat leidt tot vervelende situaties. ‘Het is vooral vervelend als mensen je zinnen af willen maken als je vastloopt’, zegt Keimpe. ‘Ja, het allerergste is dat ze je zinnen dan verkeerd afmaken. Dan moet je zeggen dat de zin verkeerd is én de nieuwe zin zeggen. Nou, dan slaat het error!’, vertelt Marlies.

    Frites in plaats van patat

    Toch gaat het nu beter, met dank aan de Groningse stottertherapeute Marlies Tonnis. Twee jaar geleden begonnen ze. ‘De therapie bestaat voor ongeveer twintig procent uit trukjes om minder te stotteren, maar gaat voor 80 procent over hoe je met stotteren om moet gaan’, vertelt Keimpe. ‘Het is heel belangrijk om te accepteren dat je stottert’, zegt Marlies, ‘dat klinkt heel eenvoudig maar is juist verschrikkelijk lastig. Als je weet dat de ‘P’ vaak mis gaat ben je geneigd “frites” in plaats van “patat” te zeggen.’

    Als het eenmaal lukt om te accepteren dat je stottert, vallen een heleboel nadelen af. ‘Ik had – net als veel andere stotteraars – veel eigen vooroordelen, ik dacht dat ik niet in contact kon komen met andere mensen, niet zou kunnen functioneren in een baan en in de kroeg niemand aan zou durven spreken’, vertelt Keimpe. ‘Pas tijdens de therapie ontdekte ik dat die nadelen vooral in mijn eigen hoofd zitten.’

    Schattig

    Heeft het ook voordelen om zo nu en dan niet uit je woorden te kunnen komen? ‘Haha, vroeger vonden meisjes me schattig, omdat ik stotterde’, lacht Keimpe.

    Marlies haalt er listig voordelen uit: ‘Bij mijn studie Duits weet ik een naamval soms niet, door te stotteren heb ik dan wat extra bedenktijd’.

    Het gaat er dus allemaal om dat je leert omgaan met stotteren. Dat kan heel goed met humor. Keimpe hoorde laatst een andere stotteraar vertellen over een telefoongesprek dat helemaal vastliep. Hij had een goede tip. ‘Als je vastloopt tijdens een telefoongesprek, zeg dan dat je door een tunnel rijdt. Ik geloof dat ze niets doorhadden aan de andere kant van de lijn!’

    En het fabeltje dat je niet stottert als je zingt? ‘Haha, da’s geen fabeltje, maar een feit. Daar kwam ik achter toen Miss Montreal bekend werd, zij stottert niet als ze zingt!’, grinnikt Marlies. ‘Ik praat dus ook vloeiend als ik zing!’