Universiteit
Doeken nummer 4 en 5 nog in de monumentale setting in de Oude Boteringestraat 44 Foto Maikki Kivinen

Maikki Kivinen verricht wonderen

De redding van een verprutst schilderij

Doeken nummer 4 en 5 nog in de monumentale setting in de Oude Boteringestraat 44 Foto Maikki Kivinen
In een van de ateliers van de Biotoop in Haren probeert restaurator Maikki Kivinen de schilderijen uit het Bestuursgebouw te redden van de ondergang. ‘Heel bizar. Ze hebben er gewoon stukken uitgesneden.’
31 maart om 11:03 uur.
Laatst gewijzigd op 2 april 2025
om 11:17 uur.
maart 31 at 11:03 AM.
Last modified on april 2, 2025
at 11:17 AM.
Avatar foto

Door Christien Boomsma

31 maart om 11:03 uur.
Laatst gewijzigd op 2 april 2025
om 11:17 uur.
Avatar foto

By Christien Boomsma

maart 31 at 11:03 AM.
Last modified on april 2, 2025
at 11:17 AM.
Avatar foto

Christien Boomsma

Christien is sinds 2016 achtergrondcoördinator bij UKrant. Ze plant de achtergrondverhalen en begeleidt de auteurs. Bij haar eigen verhalen ligt de focus op wetenschap en academisch leven. Daarnaast schrijft ze veel over onderwerpen als sociale veiligheid en maakt ze graag persoonlijke interviews. In haar vrije tijd schrijft ze jeugdboeken en geeft schrijftrainingen. Meer »
Christien has been background coordinator at UKrant since 2016. She plans background stories and supervises authors. Her own stories focus on science and academic life. She also writes widely on topics such as social safety and enjoys making personal interviews. In her spare time, she writes children’s books and gives writing training courses. More »

Renoveren en restaureren

Het Bestuursgebouw van de RUG wordt gerenoveerd, samen met de belendende panden op nummer 42 en 46. Vooral het hoofdgebouw – nummer 44 – is van hoge monumentale waarde. De renovatie moet eenheid en openheid creëren in de drie panden, zonder de historische elementen aan te tasten. Zo komen de oorspronkelijke kleurstellingen terug (donkerpaars en bladgoud), worden ornamenten schoongemaakt en worden de romantische wandbespanningen uit de voorste salon gerestaureerd.

Het is niet best gesteld met Doek nr. één. Nog altijd schudt restaurator Maikki Kivinen haar hoofd als ze ziet wat er is gebeurd met het schilderij dat jarenlang in de voorste salon hing van het monumentale Bestuursgebouw aan de Oude Boteringestraat 44. 

‘Hier!’ zegt ze. ‘Zie je dat? Ze hebben er gewoon stukken uitgesneden en er lapjes achter geplakt in echt hele vreemde vormen.’

Ze tovert een foto op haar computerscherm in haar atelier in de Biotoop in Haren waarop het doek met UV-licht is beschenen. Dat maakt de mishandeling nog een stukje duidelijker. De bovenkant van het schilderij is een lappendeken van rare, geometrische vormen, waar iemand dus stukken doek heeft ingeplakt. ‘Dat is vervolgens aan de achterkant vastgezet met kaasdoek’, zegt Kivinen. ‘Maar dat blijft natuurlijk nooit zitten.’ 

De ‘prutsers’ die hiermee bezig waren, hebben vervolgens de ingezette stukken opnieuw ingeschilderd en met een mesje of pen het craquelé van het 200 jaar oude werkstuk proberen te imiteren. ‘Heel bizar’, zegt Kivinen. Ze werkt al tientallen jaren als restaurator van schilderijen, voor onder andere het Fries en het Drents Museum, maar zoiets heeft ze nog nooit gezien.

Het ernstig beschadigde doek nummer één – Foto Rohan Hoeksma

Toekomstbestendig

Kivinen is al vanaf het begin betrokken bij de renovatie van het Bestuursgebouw, die nu al drie jaar duurt. Oorspronkelijk was het plan dat het gebouw na twee jaar weer in gebruik genomen zou worden, nu is het streven het laatste kwartaal van 2025. Flinke vertraging door corona, opgelopen bouwkosten en de energiecrisis die extra isolatie noodzakelijk maakte, zorgden ervoor dat ze meer tijd kreeg om de zes karakteristieke doeken die ooit de voorste salon sierden weer toekomstbestendig te maken.

Er is zo’n haak door dat doek gegaan waarmee je ramen open en dicht doet

En dat was nodig ook. Want vooral Doek nr. één – een romantisch, fictief landschap met een soort ruïne, rustieke koeien, en een grote wolkenpartij – is er beroerd aan toe. Ze sprak met de man die in de jaren tachtig betrokken was bij het onderhoud van de interieurs van de universiteit. ‘Hij vertelde dat er zo’n haak door dat doek is gegaan waarmee je ramen open en dicht doet.’

Waarom al die andere stukken ook uit het doek zijn weggesneden, wist hij niet. Sowieso is er griezelig weinig bekend over de doeken uit het monumentale pand. Hoe oud zijn ze precies? Waar komen ze vandaan? En dat is gek, want het Bestuursgebouw heeft een rijke geschiedenis.

Kivinen bewerkt de oneffenheden in het met consolidant gerestaureerde doek met een ministrijkijzertje om overgangen zo onzichtbaar mogelijk te maken– Foto Rohan Hoeksma

Stadspaleis

Het herenhuis werd gebouwd als een stadspaleis voor de rijke koopman Jacobus Ter Steege, op de fundamenten van een veel ouder huis. Vanaf 1813 woonde de Commissaris van de Koning baron Gustaaf Willem van Imhoff er en werd het de officiële ambtswoning. De koninklijke familie had er zelfs een vaste logeerkamer. Pas in 1953 kocht de RUG het pand. De Faculteit Economie zat er een tijdje en daarna nam het college van bestuur er haar intrek.

Van zo’n gebouw verwacht je documentatie, inventarislijsten of vermeldingen in brieven. Maar dergelijke bronnen zijn er maar heel summier. Ja, wel de klachten over slecht trekkende schoorstenen, onvoldoende toiletten en vochtoverlast. Er zijn bouwtekeningen en bouwvergunningen, maar nauwelijks informatie over hoe het er ooit uitzag.

En dus moet Kivinen het doen met algemene kennis en wat ze kan afleiden uit de schilderijen zelf.

Na een beschadiging werden hele stukken uit het originele doek nummer één gesneden– Foto Rohan Hoeksma

Lopendebandwerk

De zes doeken hangen al zo’n anderhalve eeuw in de voorste salon, maar zijn niet gemaakt voor die plek. Dat weet ze zeker. ‘De doeken één en twee zijn de beste’, zegt ze. ‘Die horen bij elkaar.’ Ze zijn ooit als een geheel geschilderd en vervolgens losgesneden en opgespannen. ‘Maar in de salon hingen ze verkeerd om.’

Er waren van die bedrijfjes die dit soort doeken maakten

De doeken drie en vier hebben een vergelijkbare techniek en zijn of door dezelfde hand, of hetzelfde atelier geproduceerd. ‘Er waren van die bedrijfjes die dit soort doeken maakten. De een deed dan de koeien, een ander de lucht, een derde de foliage. Dat was bijna lopendebandwerk.’ 

De nummers vijf en zes hebben geen enkele relatie.  Verschillende schilders, verschillende herkomst. ‘Het was mode om die schilderijen in je interieur te hangen’, zegt ze. ‘Nederlandse boerderij, Alpen erachter.’ Maar ze kunnen ook voor een heel ander interieur geschilderd zijn en later naar de Oude Boteringestraat zijn gebracht. Eigenlijk is dat het waarschijnlijkst.

Ook de achterste salon heeft van deze schilderingen, weet Kivinen. Maar die waren in veel betere staat en zijn tijdens de renovatie verborgen achter plaatmateriaal om ze te beschermen.

Restaurator Maikki Kivinen– Foto Rohan Hoeksma

Ondeskundige restauraties

De afgelopen maanden heeft ze besteed aan het redden van doek één. Want niet alleen waren er hele stukken uitgesneden – deze én de andere doeken waren van het oorspronkelijke raamwerk achter het doek, het zogenaamde spieraam, gehaald en op een nieuw frame bevestigd. ‘Maar dat is ondeskundig gedaan. Schadelijk zelfs. De latten van de spieramen drukten tegen het doek en lieten een afdruk achter op het doek.’

Als restaurator probeer ik terughoudend te werken, maar het moet

Door alle onoordeelkundige restauraties uit de jaren tachtig en negentig, is er nu nog maar één manier om het doek te redden: bedoeken, wordt dat genoemd. Ingrijpend, dat geeft ze toe, maar er is geen keus meer. ‘Als restaurator probeer ik terughoudend te werken. Maar het moet.’

Ze gebruikt daarvoor aan de achterzijde van het doek een consolidant – een soort kunststof – die met warmte geactiveerd wordt. Vervolgens bewerkt ze de oneffenheden met een soort ministrijkijzertje – urenlang gebogen over het ruim twee meter lange doek, een podcast op de achtergrond – om de overgangen zo onzichtbaar mogelijk te maken. 

Ook komt er nog vers, opgerekt linnen achter. Een speciale vacuümtafel verwarmt de kunststof opnieuw en laat het linnen met het oorspronkelijke doek versmelten.

En natuurlijk moet Kivinen de ontbrekende delen bijschilderen. De belangrijkste uitdaging daar, zegt ze, is dat ze het niet té goed moet willen doen. ‘Je moet kunnen zien dat het geretoucheerd is’, zegt ze. ‘Anders ga je de competitie aan met het oorspronkelijke werk. En dat is niet de bedoeling.’

Pas als dat allemaal klaar is, is het tijd voor de finishing touch. Vernissen, om het doek te  beschermen en de oorspronkelijke kleuren weer hun diepte te geven. ‘En dan kunnen we garanderen dat het voor een hele tijd weer goed blijft.’

Engels