Universiteit
Poster met afbeelding van Anda Kerkhoven op het Studium Generale-pand in de Oude Boteringestraat

Anda Kerkhoven, student en verzetsstrijder

Pacifist tot in de dood

Poster met afbeelding van Anda Kerkhoven op het Studium Generale-pand in de Oude Boteringestraat
Anda Kerkhoven (1919-1945) was de enige vrouwelijke student in Groningen die vanwege verzetsactiviteiten door de Duitse bezetter werd doodgeschoten. Er is nu een boekje over haar verschenen.
29 april om 13:32 uur.
Laatst gewijzigd op 7 mei 2024
om 15:54 uur.
april 29 at 13:32 PM.
Last modified on mei 7, 2024
at 15:54 PM.
Avatar foto

Door Rob Siebelink

29 april om 13:32 uur.
Laatst gewijzigd op 7 mei 2024
om 15:54 uur.
Avatar foto

By Rob Siebelink

april 29 at 13:32 PM.
Last modified on mei 7, 2024
at 15:54 PM.
Avatar foto

Rob Siebelink

HoofdredacteurVolledig bio »Editor-in-chief Full bio »

Het moet donker zijn geweest toen om acht uur ’s avonds op 19 maart 1945, ruim drie weken voor de bevrijding van Groningen, een Duitse jeep over de Hereweg naar het zuiden reed. Voor het dorp Glimmen sloeg de wagen rechtsaf en stopte even verderop in het Quintusbos. 

Drie Nederlandse leden van de Sicherheitsdienst (SD) en hun twee passagiers stapten uit en liepen over een zandpad het bos in, de laatsten voorop. Toen klonken er snel achter elkaar pistoolschoten. Gerrit Boekhoven – alias Henk de Groot, leider van de verzetsgroep-De Groot – en RUG-student Anda Kerkhoven, lid van die groep, waren dood. 

Hun lichamen werden in een haastig gegraven gat gelegd en afgedekt. In juni 1945, maanden na de bevrijding, werd op aanwijzing van een van de SD’ers het graf gevonden en werden hun lichamen geïdentificeerd. 

Dubbele moord

De koelbloedige dubbele moord wordt beschreven in het boekje Anda Kerkhoven, een student in het Groningse verzet van vader René (1950) en zoon Jesper (1992) Westra, beiden ook ooit student aan de RUG: vader studeerde er eind jaren 60 biologie, zoon zo’n veertig jaar later geschiedenis.

Hoe meer we te weten kwamen, hoe groter onze bewondering voor deze vrouw

~ De auteurs

Het korte maar intensieve leven van de verzetsstrijder fascineerde vader Westra toen hij jaren geleden een lezing over Kerkhoven in het Academiegebouw bijwoonde. De begeestering sloeg over op zoon Jesper en samen doken ze de archieven in, met het boekje als resultaat.

‘Hoe meer we te weten kwamen, hoe groter onze bewondering voor deze jonge vrouw met zulke principiële geweldloze opvattingen, die haar uiteindelijk het leven hebben gekost’, schrijven ze in de inleiding.

Sporen van Anda Kerkhoven

De burgerzaal (ontvangstzaal) in het stadhuis van Groningen is naar haar vernoemd. 

Het nieuwe onderwijsgebouw aan de noordkant van het UMCG gaat het Anda Kerkhoven Centre (AKC) heten. Het wordt gebruikt door de Faculteit Medische Wetenschappen en de afdeling farmacie van de Faculty of Science and Engineering.

In het Quintusbos liggen drie gedenkstenen, die herinneren aan Kerkhoven, Boekhoven en diens vrouw Diny Aikema (zij werd samen met haar man gearresteerd en doodgeschoten op 24 maart).

Voor het huis aan de De Ranitzstraat 3a, waar Kerkhoven woonde en werd gearresteerd, ligt een Stolperstein (zie foto). 

In het Academiegebouw hangen vijf gedenkramen van glas-in-lood, gemaakt door De Ploeg-kunstenaar Johan Dijkstra. Op gedenkraam V is Kerkhoven afgebeeld (samen met Aletta Jacobs).

Nederlands-Indië

Anda Kerkhoven – voluit heette ze Melisande Tatiana Marie – was nog maar 25 jaar toen ze werd doodgeschoten; enkele weken later zou ze 26 zijn geworden. In 1938 was ze vanuit Nederlands-Indië, waar haar rijke ouders op Java een kina- en rubberonderneming hadden, naar Groningen gekomen.

Dat was geen toeval, maar een keuze – zij het niet helemaal vrijwillig. In 1937 was ze begonnen aan een studie geneeskunde aan de Medische Hogeschool van Batavia, het tegenwoordige Jakarta. Maar Kerkhoven, die overtuigd vegetariër was, weigerde dierproeven uit te voeren. De RUG was de enige universiteit in Nederland die haar toestond om de studie te volgen zonder dat ze vivisectie hoefde te verrichten.

Ze betrok een kamer boven een fietsenwinkel aan de Oude Kijk in ’t Jatstraat 20 en sloot zich aan bij de Groninger Vrouwelijke Studenten Club Magna Pete.

Ze was een opvallende verschijning in de Groningse studentenwereld en ook wel een beetje een buitenbeentje. Dat kwam door haar Indische uiterlijk (haar grootmoeder van vaders zijde was een Chinees-Indische vrouw, zo ontdekten de Westra’s in de archieven) maar zeker ook door haar gedrevenheid. Ze was zo principieel dat ze in de ogen van haar medestudenten ‘een beetje buiten de werkelijkheid’ leefde.

Studentenblad

Al snel nadat ze in Groningen was aangekomen, begon ze te schrijven voor het studentenblad Der Clercke Cronike, waarin ze haar hart luchtte over zaken die haar bezighielden en waar ze zich zorgen over maakte. Dat was ook al over het vooroorlogse nazi-Duitsland. 

Ze schreef in 1938: ‘In Duitsland wordt de Jodenvervolging door de meerderheid van de bevolking goedgekeurd. Een voorbeeld van krankzinnigheid. Wie met onrecht en geweld zijn eigen leven wil verlengen, vergooit zijn eigen eer. Wat niet mag, mag niet, welke de prijs ook zij.’ Om vervolgens in de slotzin terug te keren op één van haar eigen heilige principes: ‘Ook de vivisectie mag niet!’

Wat niet mag, mag niet, welke de prijs ook zij

~ Anda Kerkhoven

De vaak compromisloze standpunten die ze verkondigde in Der Clercke Cronike vielen niet altijd in goede aarde, zeker niet toen ze geweldloosheid bleef verdedigen nadat Oostenrijk en Sudetenland door nazi-Duitsland waren ingelijfd en een nieuwe Europese oorlog onvermijdelijk leek. Pacifisme, stelde ze, was voor haar niet ‘geen bloed kunnen zien’,  maar een ‘recht- en eergevoel en liefde voor het natuurschoon’. 

‘Ik heb de vrijheid lief. Meer dan menig patriot, maar aan vechten heb ik een hekel, omdat oorlog niet tegen tyrannen persoonlijk gevoerd wordt maar tegen slachtoffers, dienstplichtige soldaten’, schreef ze. Gevolgd door haar beroemd geworden zinsnede: ‘Geen tyran zal mij kunnen dwingen, hem te gehoorzamen maar evenmin om moreel zelfmoord te plegen door tegen hem of zijn slaven strijdmethoden te gebruiken die ik verafschuw.’

Eerbied

RUG-historicus Klaas van Berkel, auteur van Universiteit van het Noorden: vier eeuwen academisch leven in Groningen, beschreef Kerkhoven als iemand die ‘leefde uit eerbied voor al het leven’, maar ook als iemand ‘die op verkeerde gronden de goede dingen zegt en doet’: ‘Communisten zouden zeggen: een nuttige idioot.’

Te kort door de bocht, schrijven de auteurs. ‘Anda nam inderdaad heel principiële standpunten in en heeft altijd rekening gehouden met de uiterste consequentie: de dood.’

Niettemin kraken ook zij een kritische noot bij een ander stuk dat ze voor Der Clercke schreef, waarin ze een weliswaar goedbedoelde poging deed het op te nemen voor de Joden, maar tegelijk in de antisemitische val trapt van de nazipropaganda.

Anda heeft altijd rekening gehouden met de uiterste consequentie

~ De auteurs

Daarin verhaalt ze dat Joden, omdat die altijd vervolgd zijn geweest, gedwongen werden ‘door middel van geld de macht proberen te krijgen…’ Het kwam haar op stevige repliek te staan. ‘Een ware etalage van onzin’, reageerde een lezer, ‘De schrijfster demonstreert hier een staaltje antisemitisme, waar zelfs kameraad Julius Streicher (de beruchte uitgever van de extreem antisemitische nazikrant Der Stürmer – red.) eer mee zou inleggen.’

Ook toen in mei 1940 de Duitsers Nederland binnenvielen, bleef Kerkhoven haar pacifistische idealen trouw. ‘Wie zijn leven kan wagen voor de militaire verdediging kan het ook wagen voor de pacifistische verdediging!’ schreef ze in een van haar laatste stukken in Der Clercke, dat in 1941 door de Duitse bezetter werd opgeheven.

In datzelfde jaar rondde Kerkhoven haar studie cum laude af. Het is niet helemaal duidelijk hoe zij rond die tijd in het verzet belandde. De auteurs denken dat de eerste aanzet kwam door haar contacten die ze had binnen de Sociaal Democratische Studenten Club. Later verhuisde ze naar de De Ranitzstraat 3a, en ging daar op kamers bij het echtpaar Karel en Else Hendriks, die deel uitmaakten van de verzetsgroep-De Groot. 

Doodstraf

Van geweld moest ze ook toen nog steeds niets hebben. Ze hielp mee met de verspreiding van illegale pamfletten, schreef die zo nu en dan zelf ook, bracht voedselbonnen en vervalste persoonsbewijzen rond en begeleidde mensen die door de Duitse bezetter werden gezocht naar hun onderduikadres. ‘Activiteiten waar, ondanks hun geweldloosheid, de doodstraf op stond’, schrijven de auteurs.

Het ging jaren goed. Maar door een combinatie van toeval en verraad kwamen de Duitsers haar op het spoor. Op 27 december 1944, aan het begin van de avond, drongen vier gewapende SD’ers het huis aan de De Ranitzstraat binnen. Toen Kerkhoven een klein uurtje later thuis kwam, vond ze vier geweren op haar gericht. Ze werd geboeid afgevoerd, samen met het echtpaar Hendriks. 

Ze werd in de cel gezet in het Huis van Bewaring aan de Helperlinie, tegenwoordig deel van de Van Mesdagkliniek. Daar werd ze talloze keren ondervraagd, vanwege haar Indische uiterlijk uitgescholden voor katjang (Indonesische pinda), getreiterd en gemarteld. Maar ze liet niets los.

Toch werd kort daarna, op 12 januari 1945, ook verzetsleider Gerrit Boekhoven (alias Henk de Groot) gearresteerd. Het betekende het einde van de verzetsgroep; de een na de ander viel in handen van de SD. Hoewel de oorlog nog maar enkele maanden zou duren, overleefden van de dertig leden nog geen tien de oorlog. 

Anda Kerkhoven werd op 22 juni 1945 herbegraven op de Noorderbegraafplaats in Groningen, in aanwezigheid van veel studenten en medewerkers van de universiteit. In de herdenkingsrede zei rector magnificus Cobertus Willem van der Pot dat zij de enige vrouwelijke student was die door de Duitsers was geëxecuteerd vanwege verzetsactiviteiten. In 1967 werden haar stoffelijke resten overgebracht naar de erebegraafplaats voor oorlogsslachtoffers in Loenen.

‘Anda Kerkhoven, een student in het Gronings verzet’, door René en Jesper Westra, met een voorwoord van oud-rector Cisca Wijmenga. Prijs: 24,50 euro. ISBN: 97890 5452 431 1 / NUR 681. Uitgeverij Passage. 

Hoe liep het af met de moordenaars?

Mijndert Vonk schoot Anda Kerkhoven neer in het Quintusbos. Daarvoor – en voor nog een andere moord – werd hij ter dood veroordeeld. Dat werd omgezet in levenslang en later kwam hij vervroegd vrij. Hij overleed in 2009 op 89-jarige leeftijd. 

Harm Bouman schoot Gerrit Boekhoven dood. Onder meer daarvoor werd hij door de Bijzondere Strafkamer in Groningen veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf, maar hij kwam in 1964 vrij. Hij overleed op 84-jarige leeftijd in 2001. 

Pieter Schaap gaf in het Quintusbos het bevel om Kerkhoven en Boekhoven dood te schieten. Hij was ook betrokken bij de moord op Boekhovens vrouw Diny Aikema en nog tientallen anderen. Na de oorlog werd hij ter dood veroordeeld en in 1949 op 47-jarige leeftijd geëxecuteerd op de schietbanen van de Rabenhauptkazerne aan de Hereweg in Groningen. 

Robbert Lehnhoff, met de bijnaam ‘de beul van Groningen’, was een Duitse officier van de SD die zetelde in het beruchte Scholtenhuis aan de Grote Markt. Hij was het die groen licht gaf Anda Kerkhoven en Gerrit Boekhoven dood te schieten. In mei 1949 werd hij door de Groningse Kamer van het Bijzonder Gerechtshof van Leeuwarden ter dood veroordeeld en op 24 juli 1950, hij was toen 43 jaar, geëxecuteerd.

Zacharias Sleijfer, die Kerkhoven martelde en verhoorde, was degene die Robbert Lehnhoff ervan overtuigde dat Anda moest verdwijnen, uit angst voor wraak. Na de bevrijding bleek uit een psychiatrisch onderzoek dat Sleijfer sterk verminderd toerekeningsvatbaar was. Hij werd opgesloten in een psychiatrische inrichting, waar hij in 1953 de hand aan zichzelf sloeg, een paar dagen nadat hij 42 jaar was geworden.

Engels