Internationals kijken naar de toekomst
In de rij voor Nederlands
Weinig internationals die naar Nederland komen, zien de noodzaak om Nederlands te leren. Dankzij een gestage toestroom van mensen uit het buitenland en de talenkennis van de Nederlanders kun je prima een prettig academisch en sociaal leven hebben in een internationale, Engelstalige bubbel.
Maar dat kon wel eens gaan veranderen.
In een brief die – inmiddels demissionair – onderwijsminister Robbert Dijkgraaf in april aan de universiteiten stuurde, zette hij zijn plannen uiteen om de verengelsing van het hoger onderwijs in te perken.
Hij wil dat bij Nederlandstalige bachelorstudies vanaf het academisch jaar 2025-2026 maximaal een derde van de vakken in een vreemde taal aangeboden worden. Als universiteiten een complete studie in een andere taal willen geven, moeten ze daarvoor goedkeuring aanvragen. ‘Het lijkt erop dat de minister taal als middel wil gebruiken om de instroom van internationale studenten in te perken’, zei RUG-bestuursvoorzitter Jouke de Vries in reactie hierop in juni.
En hoewel de plannen nog uitgewerkt moeten worden, zit het sommige internationals, studenten én docenten, niet lekker. Kunnen ze straks bepaalde vakken soms niet meer in het Engels volgen? Moeten ze les gaan geven in het Nederlands?
Extra cursussen
Henriëtte van de Bult, hoofd van de sectie Nederlands van het Talencentrum van de RUG, ziet de gevolgen al: dit jaar moesten er extra cursussen ingepland worden omdat de vraag groter was dan het aantal beschikbare plekken.
Kennis van andere talen zorgt voor intercultureel bewustzijn
Engels is in toenemende mate de voertaal geworden op de RUG sinds de focus kwam te liggen op het aantrekken van studenten uit het buitenland, om zo te compenseren voor een verwachte afname aan Nederlandse studenten vanaf 2020. Internationals maken nu 27 procent uit van de studentenpopulatie.
Tegelijkertijd financiert de RUG al jaren – lang voordat de verengelsing van het onderwijs een issue werd – gratis cursussen Nederlands. In 2022 werd er bijna 9 ton uitgetrokken om zo’n drieduizend studenten en medewerkers de taal te leren.
Integratie
‘Het college van bestuur vindt het heel belangrijk dat internationale studenten zich welkom voelen in Groningen, en een basiskennis van het Nederlands is daar een middel voor’, legt Van de Bult uit.
Het taal- en cultuurbeleid van de universiteit dat in 2014 werd opgesteld, verwoordt het iets anders: het subsidiëren van cursussen Nederlands is ‘een belangrijk instrument voor marketing en integratie en een bindmiddel’. Kennis van het Nederlands – evenals het Engels en andere talen – is belangrijk om ‘meer intercultureel bewustzijn te creëren en interculturele competenties te ontwikkelen’, staat er in het stuk, en zal zo helpen om van de RUG ‘een werkelijk internationale, inclusieve organisatie’ te maken.
Momenteel financiert de RUG rond de tweehonderd cursussen Nederlands, van beginnersniveau A1 tot C1, die gedurende het hele jaar gegeven worden in een regulier dan wel intensief tempo. Er zijn ook cursussen specifiek voor mensen met Duits als moedertaal. Elke student en medewerker kan gratis maximaal vijf cursussen volgen, die ieder zo’n 300 euro waard zijn.
Lange termijn
Sommige studenten schrijven zich in omdat ze voor hun studie Nederlands moeten leren. Zo wordt de master bij geneeskunde alleen in het Nederlands gegeven om studenten voor te bereiden op het werk in Nederland. Anderen hopen na hun afstuderen een baan in Nederland te vinden. Aangezien bedrijven vaak van toekomstige medewerkers vragen dat ze het Nederlands op gevorderd B2-niveau beheersen, is het belangrijk om de taal te leren als je voor de lange termijn in Nederland wilt blijven, zegt Van de Bult.
Maar ze benadrukt dat er ook cursussen zijn voor studenten die de taal gewoon een beetje willen leren om simpele dingen te kunnen doen, zoals een koffie bestellen in het Nederlands. ‘Het is echt alledaags Nederlands, dat is wat we mensen hier leren.’
Je wilt niet de enige in de groep zijn voor wie alles in het Engels moet
En het draait ook niet alleen om de taal, zegt ze. Ook de sociale en culturele aspecten van het leren van een taal spelen mee, want ‘die zijn altijd met elkaar verbonden’.
Lara Sasmaz, die ervoor koos om Nederlands te leren als onderdeel van haar studie international relations, heeft inmiddels niveau B2, waarbij je makkelijk een gesprek aangaat in een nieuwe taal. ‘Twee jaar geleden sprak ik nog geen woord Nederlands; ik wist niet eens hoe je “dank je wel” moest zeggen. En nu voelt het heel natuurlijk om de taal te spreken. Dat vind ik geweldig.’
In Nederland vinden mensen het heel bijzonder als een international de moeite doet om Nederlands te leren, zegt ze. ‘Meer dan in andere landen, omdat iedereen er hier gewoon vanuit gaat dat ze Engels moeten spreken.’
Vrienden maken
Maar de taal spreken is niet alleen een kwestie van beleefdheid, benadrukt Van de Bult. Het is lastig om vrienden te maken met Nederlandse studenten als je de taal niet tenminste een beetje kent’, zegt ze. ‘We horen van internationale studenten dat hoe meer ze Nederlands spreken, hoe meer ze integreren met hun Nederlandse studiegenoten.’
Dat heeft Helen Kurvits, een student uit Estland die de beginnerscursus Nederlands volgde, ook gemerkt. ‘Nederlanders praten heel makkelijk Engels, dat is geen probleem voor ze. Maar je wilt niet de enige in de groep zijn voor wie alles in het Engels moet.’
‘Ik voel me er echt meer bij horen’, zegt Lara. ‘Ik begrijp bijvoorbeeld waarom die ene weg open ligt of wat er aan de hand is als de treinen niet rijden. Het is fijn om dat soort dingen te begrijpen, je voelt je meer verbonden’, legt ze uit. ‘Als ik in het buitenland ben en Nederlands hoor, is het alsof ik thuis ben.’
Docenten
Als er inderdaad minder Engelstalige studies komen, dan zou dat een flinke impact kunnen hebben op internationals. Van de Bult denkt dat zeker veel docenten haast zullen hebben om Nederlands te leren als de plannen van de minister doorgaan. ‘Nederlands gaat absoluut relevant zijn voor het universiteitsleven in de toekomst’, zegt ze.
Als ik Nederlands moet spreken, zou dat ten koste gaan van de studenten
Hoogleraar neurogenetica Jean-Christophe Billeter is dan al goed voorbereid. De Zwitser begon met Nederlandse lessen vanwege zijn werk, maar zegt dat het ook waardevol is geweest voor zijn privéleven. Hij raadt dan ook iedereen die naar Nederland verhuist aan om de taal te leren, maar zou het een slecht plan vinden als het Engels ingeperkt wordt in het onderwijs, zeker bij bètavakken.
‘Als ik Nederlands moet spreken voor mijn werk, dan doe ik dat, maar dat zou ten koste gaan van de studenten’, zegt hij. ‘Het zou een groot verlies zijn als mensen les moeten gaan geven in een taal waarbij ze zich niet echt op hun gemak voelen.’
Maar voor nu ligt alles nog open. De val van het kabinet in juli betekent dat een nieuwe coalitie na de verkiezingen in november moet bepalen of de plannen van Dijkgraaf verder uitgewerkt worden en op welke manier dan precies.
De RUG zegt daarom ook nog geen zicht te hebben op hoe dit het taalbeleid van de universiteit zou beïnvloeden. Maar Van de Bult benadrukt dat mensen zich hoe dan ook geen zorgen hoeven te maken. ‘Raak niet in paniek, maar maak gebruik van dit talencentrum binnen de universiteit. We hebben cursussen voor studenten en voor medewerkers, we bieden burgerschapslessen aan en online cursussen. Kom gewoon langs, wij zijn hier en we weten wat we doen.’