Haar enorme bos lange zwarte krullen zwiept nog heen en weer na haar drukke hoofdgebaren. Haar handen heeft ze in haar zij gezet. Ze kijkt hem aan met ogen die vuur lijken te spugen. Om ons heen is het heel stil, alsof de wereld even zijn adem inhoudt. De jongen zet een stapje naar achteren. Met trillende stem vraagt hij: ‘So? I can not convince you to sign?‘
Wij Nederlanders spotten een goede-doelen-straatverkoper op tientallen meters afstand dankzij zijn clipboard, zijn opvallende jas of zijn spiedende blik op zoek naar zijn volgende slachtoffer. Bij herkenning volgt er altijd direct actie: mensen kijken naar de grond tijdens het lopen, pretenderen druk te zijn met hun telefoon of doen net of ze hem niet horen.
Maar mijn vriendin, afkomstig uit Colombia, heeft deze vaardigheden nog niet opgepikt tijdens haar verblijf in Nederland. Bovendien ziet ze er ook nog eens uit als een makkelijke prooi: net één meter vijfenzestig, een lief gezichtje en Bambi-bruine ogen. Kat in het bakkie, dacht de jongen vast toen hij op ons af liep. ‘Mag ik jullie wat vragen?’
Ik maakte me er snel vanaf door te zeggen dat ik geen tijd had, maar mijn Colombiaanse vriendin stopte. Natuurlijk, wat wilde hij weten dan?
Enthousiast steekt de jongen van wal: hij voelt dat het nu een kwestie van binnenhalen is. Na zijn standaard verkooppraatje over een ziekte, sterftecijfers en dat er geld nodig is, duwt hij haar het clipboard en een pen onder de neus. Of ze hier even haar gegevens wil invullen. Nou, eigenlijk, als het mag, dan heeft ze nog wat vragen voor hem.
Of hij toevallig weet wat de sterftecijfers zijn van deze ziekte in één van de omringende landen, zoals Duitsland of België? Niet? Wat jammer, ze heeft namelijk een hypothese over de hoge sterftecijfers in Nederland. Dat komt volgens haar door de hele opbouw van de Nederlandse geneeskunde. En zou hij misschien ook kunnen vertellen naar welk onderzoek dit geld zou gaan? Want niet al het onderzoek heeft evenveel potentie, zoals ze laatst tijdens een seminar uitgelegd kreeg.
De gezichtsuitdrukking van de jongen wisselt van vriendelijkheid, naar verbazing door naar teleurstelling. Hier hadden ze hem niet op voorbereid tijdens zijn training. Hij heeft geen antwoorden, maar dat maakt niet uit: hij krijgt er met haar snelle en gepassioneerde Engels toch geen woord tussen.
Uiteindelijk druipt hij met de staart tussen zijn benen af. Mijn Colombiaanse vriendin wenst hem oprecht, met een glimlach op haar gezicht, nog een prettige avond.
Een onverwacht staaltje bèta op zijn best. Overgoten met Latijns-Amerikaanse passie.
Wendy Docters werkt als oio bij het Kernfysisch Versneller Instituut
Foto Reyer Boxem