Knapt de uni uit haar jasje?
Groter en groter
Docenten, opleidingscoördinatoren, faculteitsbesturen, roosteraars. Ze knepen ‘m eigenlijk allemaal toen de aanmeldcijfers voor dit studiejaar binnenkwamen. Het aantal aanmeldingen bleek in februari gemiddeld 25 procent hoger dan een jaar ervoor, en op sommige faculteiten leek het zelfs op een verdubbeling uit te komen.
‘We stevenen af op een drama’ zei rector Cisca Wijmenga tijdens een commissievergadering van de universiteitsraad in maart. Want al waren het veranderlijke dagkoersen, en was de definitieve groei daarmee lastig in te schatten, iedere groeispurt zou bovenop een al overwerkte universiteit komen.
Recordgroei
In het coronajaar was de studentenpopulatie immers al met een recordgroei van tien procent toegenomen. De universiteit had daar geen extra geld voor gekregen, maar moest ondertussen wel zorgen dat het onderwijs, ondanks coronamaatregelen, door zou gaan.
Ieder personeelslid werkte zich een slag in de rondte om colleges en tentamens online mogelijk te maken. Met in het achterhoofd: wat als al die studenten straks naar de universiteit mogen komen?
De prognose van 360 studenten is gelukkig veel lager uitgevallen
Floor Kuiper opleidingscoördinator biologie
De universiteit kon intussen weinig doen om de gevreesde aanmeldingen in te dammen. Iedere student die zich inschrijft, moet nu eenmaal worden toegelaten. De universiteit stond met de rug tegen de muur, stelde Wijmenga in maart. Het enige dat wellicht kon afschrikken, zei ze, was dat er dit jaar geen online alternatieven zouden worden gegeven voor verplichte fysieke werkcolleges.
Waarschuwingsbrief
Maar faculteitsbesturen als die van de Faculty of Science and Engineering (FSE) zagen hun vooraanmeldingen niet slinken. Opleidingen als farmacie, natuurkunde en technische natuurkunde kenden nog steeds een forse groei, terwijl opleidingen als biologie en het kersverse biomedical engineering zelfs overspoeld dreigden te raken.
Het bestuur stuurde daarom in mei een waarschuwingsbrief naar aanstaande studenten. De boodschap: schrijf je zeker in als Groningen je eerste keuze is, maar denk er goed over na als je ook andere opties overweegt.
‘Op het maximum was de prognose dat er 360 studenten zouden komen’, zegt Floor Kuiper, opleidingscoördinator van de bachelor biologie. ‘Die is gelukkig veel lager uitgevallen’, verzucht ze. Het zijn nu zo’n 275 studenten, vergelijkbaar met het jaar ervoor. En dat was voor de biologieopleiding ‘heel goed nieuws’, aldus Kuiper.
Groei blijft uit
Die boodschap klinkt sinds september door vrijwel de hele universiteit. De verwachte monstergroei bleef uit, bleek vorige week. Het aantal studenten steeg in totaal met ‘slechts’ drie procent. Desondanks zagen sommige faculteiten, zoals FSE en rechten, een behoorlijke groei in bachelorinschrijvingen. Respectievelijk groeiden die met 10,4 en 7,5 procent, met name door een toenemend aantal studenten uit de Europees Economische Zone.
De werkdruk lag voor de coronapandemie uitbrak al hoog
Wilbert Kolkman, decaan rechtenfaculteit
‘Nu het stof wat is neergedaald zijn de aantallen wel groot, maar niet zo groot als we van tevoren dachten’, zegt Wilbert Kolkman, decaan van de rechtenfaculteit. ‘Dan kun je zeggen dat het meevalt, maar dat hangt er maar vanaf waar je vanuit gaat.’ Want de werkdruk lag voor de coronapandemie uitbrak al hoog en het aantal studenten dat er sindsdien is bijgekomen is niet gering.
Bij rechten zijn in het voorjaar alle zeilen bijgezet om de studenten zo goed mogelijk op te vangen. Zo heeft de faculteit zo’n zestig nieuwe mensen aangenomen. ‘Dan loopt het enigszins in de pas’, zegt Kolkman. ‘Maar ik zeg enigszins, omdat nieuwe mensen niet meteen kunnen wat een ervaren docent kan. En het zijn natuurlijk ook niet alleen voltijds docenten, maar ook tijdelijke docenten en ondersteunend personeel.’
Groeicijfers
De groei van studentenaantallen tussen 2010 en 2021
Verzachten
De extra mensen bij rechten konden grotendeels via de eigen vacatureruimte en reserves worden aangesteld, een deel kon worden aangenomen door het plan Ruggesteun. Dat laatste kon mede tot stand komen door financiering uit het Nationaal Programma Onderwijs, bedoeld om de gevolgen van de coronapandemie te verzachten. De universiteit kon daardoor 23 miljoen euro uitdelen om de komende drie jaar de werkdruk te verlagen.
Bij de bachelor natuurkunde en technische natuurkunde, dat met vijftig procent groeide, hebben ze zo wat ademruimte in kunnen bouwen Met drie tijdelijke docenten en een technisch medewerker. ‘Die extra posities zijn goud waard op het moment’, zegt Diederik Roest, onderwijsdirecteur van de bachelors natuurkunde en technische natuurkunde.
Ook bij biologie zijn de ‘extra handjes’ meer dan welkom. ‘De aanstelling van meer studentassistenten door Ruggesteun is als zeer positief ervaren’, zegt Kuiper. ‘En bij biologie hebben we ook veel extra docenten aan kunnen stellen en daar is iedereen echt heel blij mee.’
Blijven
Maar de tijdelijkheid van die posities maakt ook dat de nabije toekomst toch onzeker blijft. ‘Zijn we na drie jaar terug bij af?’, vraagt Kuiper zich af. ‘Met een hoge werkdruk en minder handen? Mogen deze mensen blijven? Het zijn toch vragen die bij onze docenten spelen’.
En hoewel de extra mensen nu heel waardevol zijn, lost het de problemen rond werkdruk niet op, zegt ze. ‘Het helpt, maar de werkdruk is nu niet opeens weg. Die is nog steeds hoog en blijft ook hoog, dat moeten we niet uit het oog verliezen.’
En waar laat je al die mensen? ‘Corona is een dempende factor, omdat het nu nog gebruikelijk is om vrij veel onderwijs online te geven’, zegt Kolkman. Maar als iedereen naar college zou komen, zou het ‘een prangend probleem’ zijn, zegt hij. Vooral in het gebruik van kleine zalen. Want rechten heeft enkele opleidingen met heel veel studenten en die studenten moeten ongeveer tegelijkertijd werkcolleges volgen. ‘Om dat in te plannen, is een stevig probleem.’
Schipperen
De dempende werking is ook te zien bij biologie en natuurkunde. ‘De uitdaging begint nu pas,’ zegt Roest. Alle grote hoorcolleges waren tot nu toe immers online, maar nu mogen er weer meer dan 75 mensen in een collegezaal. ‘Kunnen we de grote groep studenten fysieke colleges aanbieden? Dat is inderdaad schipperen.’
De uitdaging begint nu pas
Diederik Roest, onderwijsdirecteur natuurkunde en scheikunde
Het schipperen zit dan bijvoorbeeld in het delen van grote hallen op Zernike Campus met andere faculteiten. Hoe dat zal uitpakken is moeilijk te zeggen, zegt Kuiper. ‘Maar het wordt voor roosteraars wel een grote uitdaging om iedereen op een geschikte locatie te krijgen als veel opleidingen meer studenten hebben.’
Dat geldt voor de practica die beide FSE-studies aanbieden. Er zijn maar zoveel laboratoria en practicumruimtes beschikbaar, ook al is er extra ruimte gecreëerd dat er bij (technische) natuurkunde door het aanstellen van extra mensen. ‘Daardoor kunnen we iedere student toch een practicum aanbieden,’ zegt Roest. Maar het blijft een lastige puzzel voor de roosteraars.
Indammen
De impact is dus nog niet goed zichtbaar door de coronamaatregelen, maar de groeispurt van de afgelopen twee jaar levert al wel echte problemen op. Rest de vraag: hoe kun je de studentenaantallen indammen?
Door een numerus fixus, bijvoorbeeld, zoals vanaf volgend jaar bij biologie zal gelden. ‘Wij weten dat we volgend jaar niet meer dan 250 studenten zullen krijgen’, zegt Kuiper. ‘En dat geeft wel een bepaalde rust.’
Ook bij natuurkunde is het gesprek er al even over gegaan, zegt Roest. ‘Maar we hebben er nog geen besluit over genomen. We zijn een van de weinige Nederlandse opleidingen natuurkunde die in het Engels wordt aangeboden, dus Brexit zou een reden kunnen zijn voor de hoge instroom. Als die zo blijft, moeten wij de discussie wel gaan voeren.’
Numerus fixus
Bij rechten vinden ze een numerus fixus eigenlijk niet eerlijk. ‘Eigenlijk zeg je dat tegen mensen die wel gekwalificeerd zijn: jammer dan, jij komt er niet in’, zegt Kolkman. ‘Liever wil je een level playing field houden, waar de mensen met de juiste papieren allemaal een kans hebben.’
Wat de faculteit al wel doet, is studenten minder werven. ‘En we gebruiken een verplicht matching-systeem. Mensen die zich alleen inschrijven en verder niets van zich laten horen, die mogen wij weigeren.’
Maar wat eigenlijk nodig is, stellen alle drie, is betere financiering vanuit de overheid. ‘We weten dat de universiteit er niet veel aan kan doen’, zegt Kuiper. ‘Het enige dat echt zou helpen, is dat we de middelen krijgen om de studentengroei op een goede manier bij te houden.’