Universiteit
Loredana Protesescu met haar gezin. Foto Reyer Boxem

Ouders in de wetenschap moet je koesteren

Het is oké om kinderen te krijgen

Loredana Protesescu met haar gezin. Foto Reyer Boxem
De RUG moet beter haar best doen om ouders, en dan vooral moeders, te ondersteunen, vinden vrouwen aan de Faculty of Science and Engineering. ‘De periode waarin je kinderen kunt krijgen overlapt met de periode waarin je jezelf moet bewijzen.’
6 juli om 15:35 uur.
Laatst gewijzigd op 24 augustus 2021
om 15:10 uur.
juli 6 at 15:35 PM.
Last modified on augustus 24, 2021
at 15:10 PM.
Avatar photo

Door Yelena Kilina

6 juli om 15:35 uur.
Laatst gewijzigd op 24 augustus 2021
om 15:10 uur.
Avatar photo

By Yelena Kilina

juli 6 at 15:35 PM.
Last modified on augustus 24, 2021
at 15:10 PM.
Avatar photo

Yelena Kilina

International editor Volledig bio International editor Full bio

Als je eenmaal moeder bent geworden, presteer je minder. Tenminste: vergeleken met andere wetenschappers. Dat zeiden Rifka Vlijms mannelijke collega’s tegen haar toen ze hen vertelde dat ze kinderen wilde.

‘Wat ze bedoelden was dat er veel concurrentie is in de academische wereld’, zegt de universitair docent molecular biophysics. ‘Dus ik zou vergeleken worden met anderen die onder “betere omstandigheden” werken.’ 

Het bezorgde haar wel wat stress, geeft ze toe, al weerhield haar er dat niet van om twee kinderen te krijgen. Maar, zegt ze, ‘vrouwen krijgen vaak negatief commentaar van mensen die zich niet eens realiseren wat voor een impact dat heeft.’

Ander pad

Loredana Protesescu liet zich bijna afschrikken van een wetenschappelijke carrière door diezelfde houding in haar werkomgeving. Ze promoveerde toen ze 27 was, kort na de bevalling van haar dochter. En hoewel ze summa cum laude was gepromoveerd en meerdere prijzen won voor haar proefschrift over functionele anorganische materialen, had ze nog steeds het gevoel dat ze het ‘met een baby aan boord’ niet zou redden aan de universiteit.  

Ze zei tegen haar supervisor dat ze naar een baan in het bedrijfsleven zou moeten overstappen, ‘omdat ik niet zoveel uren meer kon werken als voorheen’. Gelukkig ‘begreep hij dat ik alleen wat tijd nodig had om aan mijn nieuwe status te wennen’ en bood hij haar een postdocbaan aan. 

Dit is het spitsuur van je leven

Tegenwoordig is ze universitair docent scheikunde. ‘Zonder mijn supervisor had ik misschien een ander pad bewandeld’, zegt ze. ‘Het is duidelijk dat je steun nodig hebt van de universiteit, of dat nou in de vorm is van extra tijd of faciliteiten voor kinderopvang.’

Cristina Paulino, universitair docent structural biology and membrane enzymology, vindt ook dat vrouwen ruim gecompenseerd moeten worden. ‘Als je negen maanden een kind draagt en daarna bevalt, beperkt dat je fysieke mogelijkheden behoorlijk lang’, zegt ze. ‘En na de geboorte moet je nog herstellen en kun je in de meeste gevallen niet al het extra werk doen dat je voorheen wel deed.’

Belangrijkste verzorger

Dat is niet het enige waardoor moeders in het nadeel zijn. Wetenschapsfinancier NWO biedt een verlenging van achttien maanden aan nieuwe moeders die een tijdsgebonden onderzoekssubsidie willen aanvragen, maar de andere ouder krijgt maar zes maanden. Dat toont aan dat het systeem de vrouw als de belangrijkste verzorger beschouwt, zegt universitair hoofddocent theoretical and computational chemistry Shirin Faraji. ‘Dus zullen vaders eerst een subsidieaanvraag doen, omdat moeders langer uitstel kunnen krijgen.’

Voor vrouwen aan de Faculty of Science and Engineering, waar mannelijke wetenschappers op alle academische posities in de meerderheid zijn, is genderongelijkheid een prangende kwestie. Volgens gegevens uit 2019 is 38 procent van de promovendi bij FSE vrouw en slechts 19 procent van de hoogleraren. 

‘De periode waarin je kinderen kunt krijgen overlapt met de tijd waarin je jezelf moet bewijzen en een reputatie moet opbouwen: dat is het spitsuur van je leven’, zegt Paulino, die op haar 37ste moeder werd. ‘We moeten erkennen dat mensen zich te zwaar belast voelen als ze geen steun krijgen.’ 

Internationale ouders

Uit een enquête van WISE, een netwerkclub voor vrouwen bij FSE, blijkt dat het nog ingewikkelder wordt als je een international bent. ‘Vaak werken beide partners in de wetenschap, dus hebben ze allebei drukke schema’s’, zegt universitair docent theoretische natuurkunde Anastasia Borschevsky, die net als Paulino en Faraji bestuurslid van WISE is. 

Vaak werden beide partners in de wetenschap

Daarbij komt nog dat het voor internationals extra moeite kost om het Nederlandse systeem voor ouderschapsverlof en kinderopvang te doorgronden. ‘De RUG zou dat echt makkelijker kunnen maken door een handleiding voor internationale ouders op te stellen’, zegt hoogleraar informatiesystemen Dimka Karastoyanova. Zij moest zelf bij diverse afdelingen informatie verzamelen over de regels voor moederschapsverlof en daar gingen weken overheen.   

Ze was verrast dat je in Nederland maar zestien weken betaald moederschapsverlof krijgt, terwijl dat in Duitsland, waar ze eerder werkte, tot veertien maanden is. ‘Je voelt je altijd schuldig als je een baby van vijf maanden bij de crèche moet achterlaten.’

Geen familie

Het gebrek aan familie die in de buurt woont en kan bijspringen is nog een complicerende factor. Karastoyanova, wier echtgenoot ook een academicus aan de RUG is, moest uitzoeken hoe je twee kinderen opvoedt in een nieuw land, terwijl de kinderopvang door de lockdown gesloten was. ‘We grappen onderling dat maar een van ons ziek mag worden, zodat de andere voor de kinderen kan zorgen.’ 

Maar voor Nederlandse ouders is het ook niet makkelijk om het ouderschap en de wetenschap te combineren. Vlijm slaagde erin om uitgezonderd te worden van lesgeven in de avonden toen ze haar kind had gekregen. Maar zonder de hulp van haar man had ze deze carrière niet kunnen voortzetten, zegt ze. ‘Hij is heel flexibel en kan dingen makkelijk overnemen.’  

De echtgenoot van promovendus moleculaire biologie Lisa Hielkema besloot minder te gaan werken toen ze ouders werden. Toch is ze bezorgd over het effect dat kinderen op zowel haar carrière als die van haar supervisor kunnen hebben. ‘Ik voel me verantwoordelijk, want zij zit ook op een tenure track, dus ze is van mij afhankelijk.’ 

Signaal

Wat deze ouders echt willen is steun van hun werkgever: een duidelijk signaal krijgen dat het oké is om kinderen te krijgen. 

De Universiteit Leiden heeft zijn eigen kinderopvang, maar een opvangservice voor medewerkers die naar het buitenland moeten – zoals die al bestaat voor gastonderzoekers die hierheen komen – zou een mooi begin zijn. ‘Toen mijn man naar een congres in het buitenland ging, moest ik mijn moeder laten overkomen uit Bulgarije om te helpen met de kinderen’, zegt Karastoyanova.  

Mensen nemen aan dat je niet goed genoeg bent

Volgens hr-beleidsadviseur Frank Nienhuis staat noodopvang op het wensenlijstje van de RUG, maar moet er nog een oplossing gevonden worden die de Belastingdienst toestaat. ‘We kunnen mensen wel advies geven over bestaande opvangmogelijkheden in Nederland.’ 

Als je flexibele kinderopvang met uitgebreide uren aanbiedt binnen de universiteit is dat niet alleen een oplossing voor praktische problemen, denkt Paulino. ‘Er komt ook een psychologische factor bij kijken: ouders zouden zich gesteund voelen en aangemoedigd om kinderen te krijgen, en de vaders zouden dan misschien meer bijdragen aan de zorg of die overnemen.’ 

Lange termijn

Het is essentieel dat wetenschappers zelf kunnen kiezen welke balans ze willen tussen werk en privé, zegt hoogleraar natuurkunde Beatriz Noheda. ‘Als je niet voor een bepaalde leeftijd hoogleraar bent geworden, nemen mensen aan dat je niet goed genoeg bent. Dat moet veranderen, zodat we naar onze loopbaan in z’n geheel kunnen kijken: een paar jaar op een lager pitje zou op de lange termijn geen groot verschil mogen maken.’  

Zij kreeg zelf kinderen toen ze 40 en 43 was, maar niet iedereen heeft dat geluk, zegt ze. Noheda kent vrouwelijke academici die niet meer zwanger konden worden toen ze eenmaal het idee hadden dat ze op het juiste punt in hun carrière waren gekomen. ‘Het is belangrijk dat de onderzoeksomgeving wetenschappers niet ontmoedigt om aan een gezin te beginnen’, zegt ze.  

Want zelfs als moeders extra tijd nodig hebben om zich aan te passen, raken ze niet op achterstand, zegt Vlijm. ‘Ik deed mijn experimenten veel efficiënter dan mensen zonder kinderen, omdat ik op tijd weg moest om de kinderen van de opvang te halen. Dus zorgde ik ervoor dat alles af was.’  

Noheda beaamt dat. ‘Als je leidinggevende je zou vertellen dat je je geen zorgen hoeft te maken en gewoon aan kinderen kunt beginnen, zouden we daarvan profiteren. Want het ouderschap geeft je de handvatten om je een capabeler mens te maken.’ 

Engels