Joodse studenten voelen zich onveilig
Antisemitisme is terug in Groningen
Het had een vreedzame herdenking moeten zijn van de Kristallnacht en de Groningse slachtoffers van de Holocaust. Mensen, Joods en niet-Joods, staken kaarsjes aan op de Grote Markt en zongen gebeden. Maar toen ging het helemaal mis.
Matan was erbij. ‘Iemand kwam voorbij fietsen en schopte de kaarsen omver. We zetten ze weer overeind, maar daarna escaleerde het’, zegt de derdejaars informatica uit Israël. Er kwamen meer mensen op af en er werd geschreeuwd. ‘En toen begonnen ze met stenen te gooien.’
Derdejaars economie Mihail uit Roemenië was er ook. ‘We waren heel bezorgd dat ze de ouderen zouden raken die erbij waren. Iemand trok zelfs zijn riem uit zijn broek, alsof hij ons ermee ging slaan. We belden de politie en in de tussentijd bleven die lui maar stenen gooien.’
Uiteindelijk vertrokken de aanvallers, maar niemand voelde zich nog veilig.
Golfbewegingen
Het antisemitisme is duidelijker voelbaar in Nederland. Er was een sterke piek in de maand na het bloedbad dat Hamas aanrichtte op 7 oktober – het aantal antisemitische incidenten, waarbij kritiek op Israël en berichten op sociale media niet werden meegeteld, steeg in vergelijking met dezelfde maand in andere jaren met 818 procent, volgens het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI). Maar ook al in de afgelopen tien jaar nam het antisemitisme in golfbewegingen toe.
Mensen durven niet meer te zeggen dat ze Joods of Israëlisch zijn
Voor Joodse studenten in Groningen zijn dit niet gewoon statistieken, maar echte gebeurtenissen die hun dagelijkse leven beïnvloeden. ‘Veel leden van onze gemeenschap hebben het gevoel dat ze hun identiteit moeten verbergen om zich veilig te voelen. Dat was ook zo toen de nazi’s opkwamen’, zegt de Russische promovenda Natalia, die voorzitter is van de Joodse studentenorganisatie IJAR.
‘Veel mensen durven niet meer te zeggen dat ze Joods of Israëlisch zijn’, beaamt Mihail. Ook hij wil niet meer als Jood herkend worden. ‘Ik draag normaal gesproken een keppeltje, maar sinds het uitbreken van de oorlog doe ik dat niet meer, voor mijn eigen veiligheid. Nu draag ik hem alleen nog in de synagoge.’
Stereotypen
Antisemitisme beperkt zich niet tot geweldsincidenten, zoals op de Grote Markt, maar zit ook in kleinere dingen. ‘Klasgenoten in Roemenië tekenden hakenkruizen op mijn schriften, en ik ben uitgescholden voor dingen als kike [een uit Amerika afkomstige racistische uitdrukking, red.]’, zegt Mihail. Hij is zelfs weleens weggestuurd bij een winkel omdat hij een keppeltje droeg.
Het antisemitisme waar hij in Groningen mee te maken kreeg voor de oorlog tussen Israel en Hamas noemt hij ‘kinderachtig’, en gebaseerd op oude stereotypes. ‘Er kwam bijvoorbeeld een keer een man op me af omdat ik een keppeltje droeg. Hij vroeg of ik Joods was en toen ik dat bevestigde, vroeg hij me waarom ik dan geen haakneus had.’
Nu heeft dat kinderachtige antisemitisme plaatsgemaakt voor volwassen antisemitisme, zegt hij, en Natalia bevestigt dat. ‘Een Joodse vriendin van me werd weggestuurd bij de kapper, en er zijn tatoeëerders die weigeren om tatoeages in Hebreeuwse letters te zetten’, vertelt ze. Dat soort incidenten halen de statistieken vaak niet, legt ze uit. ‘We hebben allemaal een leven; we hebben geen tijd om mensen aan te klagen voor alles wat er gebeurt.’
Synagoge
De verandering wordt ook in de synagoge gevoeld. ‘Sommige mensen gaan er even niet meer naartoe vanwege de spanningen en het mogelijke gevaar’, zegt Mihail. De bestuurders van de synagoge besloten de stille tocht ter herdenking van de Kristallnacht op 5 november te schrappen. En ook het aansteken van de chanoekakaarsen wilden ze binnen doen.
Je voelt je pas veilig en gelukkig als er extra bescherming is
Dat deden ze op aandringen van de burgemeester en van de Nederlandse opperrabbijn uiteindelijk toch buiten, zoals normaal, maar er was wel politie bij en na afloop werden de kaarsen naar binnen verplaatst, om vandalisme te voorkomen. ‘De beveiliging is de laatste tijd het belangrijkste onderdeel van een evenement’, zegt Mihail. ‘Je voelt je pas veilig en gelukkig als er extra bescherming is.’
Zo ziet Natalia het ook. ‘Ik heb het idee dat de hele gemeenschap doodsbang is door wat er aan de hand is. Sinds de Holocaust kunnen we antisemitisme ruiken. We hoeven iemand niet “dood aan de Joden” te horen zeggen om het te voelen – hoewel veel mensen dat wel degelijk zeggen.’
Legitieme kritiek
Je kunt natuurlijk niet over het toegenomen antisemitisme praten zonder het over de huidige oorlog te hebben. En hoewel Matan, Mihal en Natalia het erover eens zijn dat er ruimte moet zijn voor legitieme kritiek op Israël, gaat die kritiek volgens hen vaak de grens over naar antisemitisme.
‘Er zijn veel mensen die hun woede en teleurstelling over de situatie willen uiten’, zegt Mihail. Maar er zit een verschil tussen kritiek hebben op een land en je boosheid richten op zijn inwoners of mensen 5000 kilometer verderop die de religie van dat land aanhangen, vindt hij.
Nadat hij een demonstratie had bijgewoond voor de vrijlating van de gijzelaars die Hamas meenam, werd Matan naar huis gevolgd door een groep mensen die hem uitscholden en dingen als “fuck Israël” riepen. Hij moest uiteindelijk de politie bellen, omdat ze niet weggingen. ‘Ik werd er heel verdrietig van dat mensen zo boos worden van zo’n demonstratie, dat ze het nodig vinden om je lastig te vallen.’
Beoordeeld
‘Antisemitisme is tegenwoordig vaak een extreme focus op Israël’, zegt Matan. Dat ziet hij steeds meer terug in de sfeer op de universiteit. ‘Als ik nu iemand ontmoet, openen ze vaak met de vraag wat ik vind van wat Israël in Palestina doet.’
Waarom word ik aangekeken op de acties van de Israëlische regering?
Natalia is als Russische wel gewend dat vreemden hun woede over wat haar land doet op haar richten. ‘Ik heb wel wat haat over me heen gekregen, maar niet zoals nu. Ik heb me nog nooit zo beoordeeld gevoeld en zo fysiek onveilig, en ik ben niet eens Israëlisch. Waarom word ik als Joodse aangekeken op de acties van de Israëlische regering?’
Achter de politiek en de leuzen zitten echte mensen, wil ze iedereen op het hart drukken. ‘De aanvallen waren voor ons geen ver-van-mijn-bedshow. De meesten van ons kennen mensen die vermoord zijn en iedereen is tot op zekere hoogte getraumatiseerd.’
Ze wil dat mensen inzien dat als ze dingen roepen als ‘From the river to the sea, Palestine will be free’, dit niet zomaar woorden zijn. ‘Daarmee roepen ze op tot de vernietiging van Israël en de Joden; dat is een serieuze zaak.’ Als het erom gaat draaien wie het hardst kan schreeuwen, verliezen we allemaal, zegt ze. ‘Het levert geen waardevolle discussie op, maar het zorgt ervoor dat mensen radicaliseren en van elkaar verwijderd raken.’
Productieve dialoog
Volgens Natalia zou de RUG kunnen bijdragen aan het tegengaan van antisemitisme door meer middelen te geven aan Midden-Oostenstudies. ‘Ik wil dat mensen nadenken, voelen, luisteren. Ik denk dat we een productieve, wetenschappelijke dialoog moeten hebben waarbij we niet alleen maar labeltjes op dingen plakken, niet zomaar iets schreeuwen, maar proberen te begrijpen wat er gebeurt.’
Dat is nu niet het geval, zegt ze, niet in Groningen en ook niet op andere plekken. ‘We horen dat een serie lezingen over de Holocaust geschrapt is op Hogeschool Utrecht; we horen dat de rector van Harvard is opgestapt vanwege antisemitische uitlatingen; dat hoogleraren bedenkelijke dingen op LinkedIn schrijven. En we horen dat studenten zich onveilig voelen’, zegt Natalia.
Matan is nog altijd stomverbaasd dat de organisatie Groningen for Palestine op de dag na het bloedbad op 7 oktober in de Broerstraat demonstreerde om – blijkens hun Instagrampagina – de ‘Al Aqsa Flood’ te steunen, zoals Hamas de aanval zelf noemt. ‘Het is bizar dat zoiets pal naast het Academiegebouw kan gebeuren, dat de massamoord op Joden gesteund wordt.’
En Mihail concludeert: ‘Antisemitisme verdwijnt nooit, het verandert gewoon.’