Een jaar na de verhuizing
Eindelijk blij met de Feringa Building
De meeste mensen zijn blij, zegt Moniek Tromp. Nu wel. Want de Feringa Building is een prachtig gebouw. Het is licht en ruim en de labs zijn prachtig en goed geoutilleerd. ‘Als je nu weer eens Nijenborgh 4 inloopt, dan realiseer je je: wat een donker hol.’
En zij is echt niet de enige. Groepsleiders die een jaar geleden nog woedend waren, komen nu naar de directeur van het Zernike Institute of Advanced Materials toe en zeggen dat ze blij zijn met waar ze zitten.
Maar tegelijk: er zijn nog altijd een paar hoofdonderzoekers (PI’s) die deze dinsdag niet naar de officiële opening zullen komen. ‘Die zeggen: er is zoveel gebeurd, we kunnen nog niet feesten. Die hebben nog wat meer tijd nodig om het te verwerken’, zegt Tromp.
Want toen na jaren van vertragingen de eerste groepen in maart 2024 eindelijk mochten verhuizen, wachtte hen een en al ellende. Chemicaliën konden niet meeverhuizen, zuurkasten gaven voortdurend foutmeldingen, de temperatuur vloog alle kanten op en de onderdruk binnen de laboratoria was niet op orde.
En alsof dat allemaal niet erg genoeg was, kregen de onderzoekers op 9 juli te horen dat door gebrekkige ventilatie de veiligheid onvoldoende gegarandeerd was. In de labs mocht vrijwel geen chemisch werk meer worden gedaan.
Geen progressie
Het gevolg: sommige groepen konden tot wel negen maanden weinig tot niets doen. PhD-studenten konden niet op tijd promoveren, postdocs haalden hun deadline niet, PI’s moesten subsidiegevers uitleggen waarom er in al die maanden nul progressie was.
‘En wij konden hen op geen enkel moment vertellen waar ze aan toe waren’, zegt portefeuillehouder middelen Esther Marije Klop van de Faculty of Science and Engineering (FSE).
Sommigen hebben nog wat meer tijd nodig om het te verwerken
Op ieder moment in het proces was ze zich scherp bewust van de gevolgen. Ook huisvestingsmanager Andrys Weitenberg was voortdurend wanhopig op zoek naar oplossingen. ‘Maar we hebben altijd tegen elkaar gezegd: we marchanderen niet met de veiligheid van onze mensen’, zegt Klop.
Maar de vraag blijft natuurlijk: hoe kon dit gebeuren? Waarom betrok FSE een gebouw dat volgens alle gebruikers niet af was en bovendien niet veilig? ‘Als je huis niet klaar is, ga je er ook niet in’, zegt Tromp.
Twee kwaden
Klop en Weitenberg begrijpen die gevoelens. En toch, zeggen ze, leek het op het moment van handelen het beste uit twee kwaden. ‘Nu ik weet hoe alles uiteindelijk is afgelopen, had ik een andere keuze gemaakt. Maar met de kennis van toen zou ik waarschijnlijk weer aan de verhuizing begonnen zijn’, zegt Klop. ‘Het leek erop dat mensen misschien een aantal dagen hun werk niet konden doen. De nadelen daarvan leken kleiner dan die van het stopzetten van het proces.’
Bedenk, vult Weitenberg aan, dat de verhuizing aanvankelijk was gepland voor september 2022. Corona en vertragingen bij de levering van bouwmaterialen veroorzaakten uitstel tot september 2023.
Maar begin 2023 bleek uit gesprekken met de afdeling Vastgoed – verantwoordelijk voor de bouw, de directievoering naar de aannemers en de leveranciers – dat ook dit weleens een te krappe planning kon zijn. ‘Toen hebben we met elkaar besloten tot een extra half jaar uitstel naar maart 2024. Dat gaf, met de inzichten van toen, een ruime veiligheidsmarge.’
Gigantische operatie
De gesprekken met de verhuizers begonnen in maart 2023, een jaar voor de werkelijke verhuizing. De planning was rond in november 2023. ‘En op dat moment was die eigenlijk in beton gegoten.’
Uiteindelijk sta je eigenlijk al met de doos in je handen
Want zo’n verhuizing, legt Weitenberg uit, is niet een kwestie van dozen inpakken en gáán. Het is een gigantische logistieke operatie. Complexe apparatuur moet worden ontmanteld en weer opgebouwd. Daarvoor zijn specialistische bedrijven nodig, die dergelijke operaties maanden van tevoren inplannen. ‘Zie het als een mammoettanker. Je kunt niet even aan het stuur trekken om hem een andere kant op te sturen.’
Maar toen bleek de ‘ruime veiligheidsmarge’ toch nog krap.
Een checklist moest garanderen dat veiligheids- en bedrijfskritische zaken waren afgevinkt vóór FSE het gebouw in gebruik zou nemen, zegt Weitenberg. Volgens de planning zouden de vinkjes al maanden van tevoren op groen staan. Maar dat kromp al snel tot een paar weken. ‘En toen tot een paar dagen, maar nog steeds op tijd. En uiteindelijk sta je eigenlijk al met de doos in je handen’, zegt Weitenberg.
Impressie van de open dag in de Feringa Building op 14 juni Video Macy van Geldorp
Niet gerust
Hij dacht: het zijn enkel technische problemen, dus die kunnen we oplossen in de eerste weken. Toegegeven, hij was er niet gerust op. ‘Maar iedere keer sprak de bouwdirectie uit: wij gaan ervan uit dat dit goed komt. Dit komt goed.’
‘Dan kun je nog een keer een kritische vraag stellen. Zo van: weet je het zeker? Want wij constateren dit en dit’, zegt Klop. ‘Maar zij zeiden: het komt goed. Er zijn momenten geweest dat met name Andrys en ik hebben gedacht: moeten we de verhuizing staken?’
‘Maar niet verhuizen had niets opgelost. De consequentie was geweest dat men geen werkzaamheden meer had kunnen verrichten’, zegt Weitenberg. ‘Alles was afgeschaald en ingepakt.’
Bovendien: voor veel labs stonden de vinkjes wél op groen en er zouden geleidelijk ruimtes bijkomen. ‘Tot we ergens half juni ontdekten dat er in de ‘groene’ labs alsnog problemen met zuurkasten waren. Toen werd het echt verontrustend’, zegt Weitenberg. ‘Want nu werkte de route die we gekozen hadden niet.’
Crisisteam
De labs moesten sluiten en mensen mochten niet meer werken met gevaarlijke stoffen tot de veiligheid weer gegarandeerd kon worden. Toch duurde het nog tot eind september voor de stuurgroep die de problemen moest oppakken veranderde in een dagelijks vergaderend crisisteam waarin de faculteit en de behoeftes van de gebruikers op de eerste plek stonden.
Iedere keer sprak de bouwdirectie uit: dit komt goed
‘Toen zaten er ook mensen met verstand van zaken, die zeiden: ja, ik pak dat wel even op en, dan maak ik een protocol en dan kijk jij nog even naar het technische stukje’, zegt Klop. ‘Dat werkte als een tierelier. Het ging me nog niet snel genoeg natuurlijk, maar toen was ik er wel van overtuigd dat we de maximale snelheid te pakken hadden.’
De eerste laboratoria gingen begin oktober weer open.
Toch, als FSE niet anders had kunnen handelen, heeft de afdeling Vastgoed de klus dan onderschat? Een project als de bouw van de Feringa Building is een unieke en uitzonderlijk complexe klus. Had de RUG de klus niet beter kunnen uitbesteden?
Weitenberg weet het niet. ‘Dit zou voor veel partijen heel moeilijk zijn’, denkt hij. ‘Je had het organisatorisch wel iets anders kunnen doen. Maar het is ook belangrijk dat je in charge blijft als opdrachtgever.’
Onvoorziene problemen
De Vastgoedorganisatie stelt dat de ingebruikname van een dergelijk complex pand altijd voor onvoorziene problemen zou hebben gezorgd. ‘Het idee dat er onvoldoende kennis of voorbereiding zou zijn geweest, doet geen recht aan de inzet en deskundigheid van de vele professionals die dit project hebben gerealiseerd.’
Tegelijk ziet ook de Vastgoedorganisatie dat er dingen beter hadden gekund. ‘Naast een betere scheiding tussen oplevering en inhuizing, hadden we naast het verhuisteam ook een gezamenlijk team op moeten zetten om de knelpunten rondom de ingebruikname beter te kunnen begeleiden vanuit verschillende disciplines’, is de reactie.
Maar nu wordt het langzamerhand tijd om de bladzijde om te slaan.
Je hebt niet door hoe fijn het hier is tot je weer in Nijenborgh 4 bent
‘De Feringa Building is een groots en technisch modern geavanceerd gebouw dat, ondanks een uitdagende beginfase, inmiddels volop ruimte biedt aan het hoogwaardige onderzoek en onderwijs waarvoor het is ontworpen’, vindt de Vastgoedorganisatie.
En het gebouw werkt nu, al zijn er nog altijd problemen die moeten worden opgelost. De onderdruk in de laboratoria bijvoorbeeld, die moet voorkomen dat schadelijke stoffen bij een ongeluk zich buiten het laboratorium verplaatsen. Vandaar dat op dit moment bij een dergelijk incident een hele vleugel wordt ontruimd, en niet maar één lab. Lastig, maar niet onveilig.
Het college van bestuur beloofde onlangs twee miljoen euro te zullen vrijmaken om onderzoekers die vertraging hebben opgelopen te compenseren. Misschien niet de vier miljoen die de gebruikers zelf hadden berekend, maar toch. ‘In deze moeilijke tijd is dat niet vanzelfsprekend’, zegt Klop. ‘Maar onze onderzoekers konden hier echt absoluut niets aan doen en dan is het toch mooi als iemand zegt: we gaan jullie daar een beetje mee helpen.’
Tevreden
En de gebruikers? Die zijn grotendeels blij. ‘Het is gewoon een heel fijn gebouw’, zegt Wouter Roos van moleculaire biofysica. ‘En de mensen in mijn lab zijn ook tevreden.’
Toegegeven, zijn groep is niet erg afhankelijk van zuurkasten, dus van alle ellende had hij niet veel last. ‘Maar alles werkt en is nieuw. Voor onze groep is het een succes.’
Maar ook Wesley Browne is helemaal om. En zijn Stratingh Instituut had wél grote problemen. ‘Het is nu zo fijn’, zegt hij. ‘En als er zich nog problemen voordoen, worden die vrij snel opgelost. Je hebt niet door hoe fijn het hier is tot je weer in Nijenborgh 4 bent.’
Maar één ding is zeker: de planning rond het tweede deel van de Feringa Building, dat over twee jaar wordt opgeleverd, gaat er heel anders uitzien. Dan wordt de verhuisplanning pas vastgesteld als de laatste vleugel helemaal klaar is. ‘We willen niet nog een keertje met zo’n mammoettanker gaan varen en op het laatste moment niet meer kunnen bijsturen’, zegt Klop.
Weitenberg: ‘De tanker vaart pas uit als in de andere haven het licht op groen staat.’