Winterswijk. Woensdagavond. 23:03 uur. Het jaarlijkse fooiengeld-uitje is in volle gang. Onder luid gejoel dooft de felle tl-verlichting en begint Frans Bauer aan zijn eerste zin.
‘Ha Frans’, mompelt Mona met glunderende oogjes. ‘Fransie, ouwe makker’ schreeuwt Gert met tranen in z’n ogen. Vijftien verstandelijk gehandicapten staan in een kring voor de flatscreen-tv waar zojuist de drieëntachtigste herhaling van de dvd Bauer Live in Ahoy Dromen start. Ze hossen op Heb je even voor mij, gevolgd door hun gepassioneerde meezingact bij de alom bekende superhit Een Ons Geluk.
Na tien nummers wil Rosa wat anders. Onopvallend denkt ze naar de cd-speler te sluipen (een boomlange giechelmeid die zich met houterige passen een weg naar voren baant). Met een oorverdovend ‘hihaho, dáááár zijn wij weer’ schallen de Smurfen door de zaal.
‘Olé’, juicht Mona. En nu moet ik er ook aan geloven. ‘Hierrrrr jij’, zegt ze semi-streng (door die loensende oogjes blijft het lief) en ze sleurt me de dansvloer op.
Huppelen, zwieren en pirouetjes draaien. Jumpen. Springen à la Massai. En de Engelse wals, die meer op de chachacha lijkt. Allemaal compleet aritmisch op de nieuwste uptempo pophitcovers van de Smurfen. In feite lijkt het alsof we op een imaginair nummer dansen. Grote voordeel: mijn harkerige moves vallen niet op.
Mona is niet de enige die met me wil. Eén voor één grijpen ze me beet. Dik, dun. Klein, lang. Geslacht onbelangrijk. Het wisselen van danspartner gaat vloeiend: ze knallen tegen me aan zodat ik met hem of haar verder ga. Met moeite ontwijk ik de onbeholpen armslagen en spasmes. Ik zweet peentjes, maar ophouden mag niet. ‘Hierrrrr jij.’
Ze hebben Down, maar zijn dat niet. Tot in de kleine uurtjes klinkt de groepsyell: ‘Waar is dat feestje? Hier is dat feestje!’
Alain Dekker is 4e jaars klinisch moleculaire neurowetenschappen en begeleider van verstandelijk gehandicapten bij Zalkerveer & Theehuis (zalkerveer.nl).
Foto Reyer Boxem