En wég is je onderzoeksproject
De lange arm van Trump
‘Het voelt alsof er een bom is ingeslagen, zo vers is het.’ Jelle Stekelenburg zit in zijn spreekkamer en neemt een slok van zijn koffie. Zonnestralen werpen schaduwen op iets dat lijkt op een schaalmodel van een bekkenbodem, liggend op een stapel boeken.
De gezichtsuitdrukking van de bijzonder hoogleraar internationale reproductieve rechten en veilig moederschap is lastig te lezen, maar zijn woorden zijn glashelder. ‘Gisteren belde ik met mijn PhD-student in Nepal’, vertelt hij. ‘Twee weken geleden kreeg hij te horen dat hij per direct moest stoppen met zijn onderzoeksprogramma, van de ene op de andere dag.’
In de zeven weken sinds zijn inauguratie heeft de Amerikaanse president Trump niet stilgezeten. Een grootschalige herinrichting van de overheidsuitgaven en diverse decreten hebben consequenties voor de wetenschap in de VS, maar ook in Groningen. Onderzoek naar klimaat, ontwikkelingshulp en genderspecifieke gezondheidszorg gaat naar verwachting de effecten het meeste voelen.
Hogere kindersterfte
Ook het werk van Stekelenburg wordt erdoor geraakt. Het ene deel van de week is hij gynaecoloog bij het MC Frisius in Leeuwarden, het andere deel doet hij implementatieonderzoek in ontwikkelingslanden, gericht op moeder- en kindzorg. De effecten van Trumps beleid zijn daar flink merkbaar, vertelt hij. ‘Op korte termijn verwacht ik dat we een knik gaan zien in de moeder- en kindersterftecijfers. En niet de goede kant op.’
De wetenschapper heeft een langdurige samenwerkingsovereenkomst met de Vrije Universiteit en de non-profitorganisatie Jhpiego, gevestigd in Baltimore, die wereldwijde gezondheidsprogramma’s opzet voor moeder- en kindzorg in ontwikkelingslanden, van Ethiopië en Rwanda tot aan India en Nepal.
Ik verwacht een knik in de sterftecijfers, en niet de goede kant op
Belangrijk, want vaak is heel duidelijk welke interventies nodig zijn om de zorg te verbeteren, maar niet hoe deze het beste geïmplementeerd kunnen worden, legt Stekelenburg uit. ‘Je moet rekening houden met de context, de cultuur en de positie van vrouwen in dat land, bijvoorbeeld.’
Doordat Trump bijna zestig miljard dollar bezuinigt op ontwikkelingshulp, zijn talloze onderzoeksprojecten over de hele wereld stopgezet. Zo ook die van de promovendus uit Nepal, die met zijn onderzoek moeder- en kindsterfte wilde verminderen. ‘En in Ethiopië waren ze bezig om de opleiding verpleegkunde te verbeteren, maar ook dit project werd abrupt tot een einde gebracht.’
‘Onbehoorlijk’, vindt Stekelenburg. ‘Miljoenen mensen hebben baat bij deze projecten. De toevoer van anticonceptie, van hiv-medicatie, van tuberculosemedicatie; het is allemaal gestopt. Dit gaat gewoon leiden tot sterfte.’
Genderdiversiteit
Bij andere wetenschappers aan de RUG heerst onzekerheid en angst, al wordt hun onderzoek vooralsnog gespaard. Neem hersenwetenschapper Sarah Burke, die bij het UMCG onderzoek doet naar genderdiversiteit en mentale gezondheid. Ze werkt vaak samen met postdoctoraal onderzoeker Aranka Ballering, die zich onder andere richt op de verbanden tussen gender, geslacht en lichamelijke klachten.
Al snel na zijn inauguratie voerde Trump allerlei maatregelen in die vrouwen ‘beschermen tegen genderideologieën’. Daarmee lopen geldstromen voor projecten die termen als bijvoorbeeld ‘transgender’ of ‘genderidentiteit’ hanteren het risico om stopgezet te worden. Op 6 maart zijn er al zestien beurzen per direct ingetrokken omdat de onderzoeksprojecten vergelijkbare terminologie gebruikten, schrijft Nature.
Censuur past niet binnen de wetenschap
Ondanks dat beide wetenschappers momenteel geen directe internationale samenwerkingen hebben met collega’s in de VS, laat de situatie Ballering en Burke niet koud. ‘Laatst dienden we samen een manuscript in dat genderdiversiteit onderzoekt in de Nederlandse samenleving’, vertelt Burke. ‘We twijfelden wel of we dit bij een Amerikaans of een Brits wetenschappelijk tijdschrift zouden indienen.’
Daarnaast letten ze nóg meer op hun woordkeuze in beursaanvragen en wetenschappelijke publicaties dan normaal. Burke kiest haar woorden altijd zorgvuldig, maar vindt deze ontwikkeling van een ander kaliber. ‘Trump is heel erg van het veranderen of verbieden van bepaalde terminologie en daar word ik heel opstandig van.’ Ballering: ‘Censuur past niet binnen de wetenschap.’
Geitenpaadjes
Ook in de klimaatwetenschappen houden ze rekening met de toekomst, ziet hoogleraar klimaat en milieuverandering Richard Bintanja. Zijn collega’s hebben geen andere keus dan in projectaanvragen om Amerika heen te schrijven, bijvoorbeeld.
‘Ik zie dat collega’s op zoek gaan naar geitenpaadjes’, vertelt hij. ‘Alle mogelijke scenario’s worden afgewogen en we kijken hoe we ons hier als klimaatonderzoekers omheen kunnen bewegen.’
Net als Stekelenburg vindt ook Bintanja het ‘dramatisch’ hoe zijn collega’s in Amerika op grote schaal worden ontslagen. Voor de werknemers zelf, maar ook voor het klimaatonderzoek. ‘Dat komt waarschijnlijk grotendeels stil te liggen.’
Dit heeft direct gevolgen voor belangrijke klimaatrapporten die de basis vormen voor klimaatbeleid, zoals het IPCC-rapport. ‘Ook al zou Trump na vier jaar aftreden, dan kost het veel tijd en energie om het klimaatonderzoek weer op te bouwen.’
Data veiligstellen
Zijn grootste zorg: dat er essentiële data worden weggegooid. ‘Amerika ontwikkelt veel modellen en heeft data die heel lang teruggaan.’ Dat laatste is in de klimaatwetenschappen bijzonder waardevol. ‘We moeten die absoluut veiligstellen.’
Het kost veel tijd en energie om het klimaatonderzoek weer op te bouwen
Maar, benadrukt Bintanja, Amerika is maar één land en zonder hen zijn we niet verloren. ‘Het kan modellen en voorspellingen minder nauwkeurig maken, maar of dit 1 procent is of 10 procent, dat weet ik niet.’
Ballering maakt zich vooral zorgen om het gedachtegoed in Amerika. ‘Ik ben vooral bang dat alle diversiteit ontkend wordt. Dat we uitgaan van de categoriëen ‘man’ en ‘vrouw’ en dat er geen erkenning is voor alles wat daarbuiten, daartussen en daaromheen valt’, vertelt ze. ‘Diversiteit is inherent aan de aarde en aan de mens. Deze maatregelen in Amerika kosten gewoon levens.’
Ook het onderzoek wordt er niet beter op, beaamt ze. ‘Als je gender uitsluit als variabele, krijg je niet het volledige verhaal. Ik hoop niet dat alle progressie in onderzoek in een klap teniet wordt gedaan en dat we opnieuw het wiel uit moeten vinden.’
Wake-upcall
Eind februari verscheen er een opiniestuk in de Volkskrant dat door 300 experts, waaronder Ballering, Burke en Stekelenburg, is ondertekend. Volgens Ballering is het een onderdeel van een grotere tegenbeweging. ‘Wat ik heel erg zie is dat we in Nederland denken: “Zover moeten wij het niet laten komen.” Burke knikt. ‘Zo’n petitie geeft het signaal dat we niet moeten onderschatten wat er in Amerika allemaal gebeurt.’
Burke: ‘Aranka en ik draaien nu al jaren mee als onderzoeker en ons veld is in Nederland niet zo groot. Ik voel een verplichting om onze positie te gebruiken om een tegengeluid te laten horen. Blijkbaar geldt: wie het hardste roept wordt gehoord, dus laten wij ook maar roepen.’
Het Amerikaanse beleid is voor velen een wake-upcall, ziet Stekelenburg. ‘In Afrikaanse landen realiseren ze zich dat ze zo snel mogelijk van die afhankelijkheid van andere landen af moeten, bijvoorbeeld in medicijnproductie.’
Hij put hoop uit de veerkracht van de mensen, bijvoorbeeld in Ethiopië. ‘Ik bewonder de manier waarop ze leven en de moed die ze hebben als er weer een kind overlijdt’, vertelt hij. ‘Die is zo bijzonder.’
Daarom pleit Stekelenburg ervoor om vooral niet bij de pakken neer te zitten. ‘We moeten gaan nadenken over een tegenkracht’, benadrukt hij. ‘Hoe we deze kunnen organiseren en hoe we de gaten die bijvoorbeeld in financiering ontstaan op een andere manier kunnen vullen.’
Vragenlijst Amerikaanse overheid
Twee Wageningse wetenschappers die met de Amerikaanse Geologische Dienst (USGS) samenwerken in een project dat ontbossing monitort, hebben van de overheidsorganisatie het verzoek gekregen een lijst met 36 politieke vragen in te vullen, meldde NRC afgelopen vrijdag.
De USGS wil onder meer weten of de instelling waaraan ze verbonden zijn samenwerkt met ‘communistische, socialistische en totalitaire partijen’ en of het onderzoeksproject ‘gepaste maatregelen’ neemt om ‘te beschermen tegen genderideologie’.
Koepelorganisatie Universiteiten van Nederland (UNL) inventariseert momenteel wie de e-mail nog meer heeft gekregen. Diverse universiteiten hebben hun medewerkers inmiddels geadviseerd een dergelijke vragenlijst niet in te vullen.