Ålmånåk Åwård 2014
Door Christiaan Triebert, Tjeerd Wiersma en Yoran Staas
Een goede almanak lees je op de pot, met een slechte veeg je je reet af. Almanakken lezen is zwaar werk. Wij waanden ons in onbekende werelden, stelden ons bloot aan een mix van onbekend jargon en archaïsche kromme zinnen, en kregen hoofdpijn van een gebrek aan pixels. Drie man sterk bladerde de jury door de almanakken die meedongen naar de UK Almanak Award 2014 en bepaalde wie dit jaar aan de haal gaat met de lelijkste beker die we konden vinden, een fust bier en… o ja, eeuwige roem!
A.S.G. Cleopatra
Sponsor nodig voor een mooie almanak? Neem een voorbeeld aan Cleopatra. Waar JFV de plank volledig misslaat met het logo van sponsor JPR Advocaten voorop, heeft Cleopatra haar IKEA-connecties op een originele manier geëxploiteerd.
Cleøpatra I Söta Jubel is een almanak als een IKEA-folder waarin prijskaartjes het verenigingspand sieren. Het duurste deel van de inboedel? De barvloer van 1299,-. Dat u het even weet. Aanzienlijk duurder dan de pläkvloer in de køken (€105) en de hållend vloer op zölder (€415,50).
De IKEA-stijl komt overal terug. De barkruk mee naar huis? €14,95. De kötsbak emmer en ouwe møk lamp zijn voor €2,95 en €4,95 af te halen.
Verder was het uitzoeken van een one-night-stand in het ledenregister nog nooit zo gemakkelijk. ‘Kom ze in het echt uittesten op het pand’, moedigt de almanakredactie je aan. Niet goed? Jammer. ‘Geld terug’ behoort niet tot de mogelijkheden.
Desalniettemin is het geen konijnenhol bij Cleopatra. Uit de eigen statistiek blijkt dat het grootst aantal leden maar één bedpartner heeft gehad, nooit met een andere Cleopatraan het bed in is gedoken en nog nooit seks heeft gehad op het pand.
Klik op de afbeelding hierboven en shop in IKEA-stijl door het Cleopatra-pand
R.K.S.V. Albertus /
G.S.C. Vindicat atque Polit
De titanenstrijd van de Groninger studentenverenigingen zet zich voort in de lay-out van de almanakken van Albertus en Vindicat. De beide verenigingen hebben er ongetwijfeld weer grof geld tegenaan gegooid maar het heeft wel twee oogverblindende almanakken opgeleverd.
De omslagen alleen al zijn prachtig. Alsof je in de boekhandel een cadeau zoekt voor iemand die je nauwelijks kent. ‘Nou, die ziet er wel leuk uit’, denk je dan, speurend tussen prachtig ogende banden quasi-intelligente quotes en mooie foto’s.
Maar de verzorgde babyblauwe buitenkant van Albertus met hipster matte binnenkant en de glossy Vindicatbijbel verbergen het gebrek aan diepgang. Net zoals je voor een cadeau vriendelijk bedankt voor je het in de boekenkast zet, leg je ook deze aan de kant. Of op het toilet. En dat is prima. Want daar wíl je quotes lezen, zoals ‘Je mag wel met mij mee naar huis, mijn hele huis heeft Dubbel D, dan mag je morgenochtend gratis voelen.’ Of – voorbeeld van een Albertiaan met zelfreflectie – ‘Ik weet niet meer wanneer het was, maar ergens in mijn leven heb ik dit masker opgezet. Nu krijg ik hem er niet meer af, maar gelukkig prikt bijna niemand er door heen.’
En natuurlijk wil je plaatjes kijken. Van jongetjes die tijdens de IT met hun kop in de modder worden gedrukt, meisjes die zich verkleden als een bosje wortels, of de talloze groepsfoto’s van de diverse Vindicathuizen. Deze jongens gaan niet alleen op jacht naar hazen, maar zoenen ook regelmatig met hun hond Dax.
Juist daarom halen deze twee niet de eerste plek: het blijft bij schitterend aan elkaar geplakte plaatjes.
Unitas S.G.
Unitas gaat dit jaar ‘In Stijl’. Die van Mondriaan gebruiken ze bij de opmaak van de liederen. Maar het jaarboek bevat ook een schitterend hoofdverhaal over de verenigingsstijl door de jaren heen. Want anderen waren ook vroeger al weinig vleiend over de club. De vereniging zou obscuur zijn (‘Unitas? Ken ik niet!’) en worden geminacht (nep-Vindicat). Dit verhaal beschrijft de geschiedenis van Unitas en is met gelikte illustraties schitterend uitgewerkt. Chapeau, dit getuigt inderdaad van stijl.
De rest van de almanak is echter weinig meer dan een veredeld Word-document. Noem het een slecht huwelijk tussen de AlmanakCie en Paint. En dat maakt toch dat deze almanak niet verder komt dan een derde plek.
• Elmer Sterken heeft tijd over
Of rector magnificus Elmer Sterken heeft reuze veel tijd, of hij vindt de verenigingen superbelangrijk. In elk geval zijn maar liefst 11 van de 16 ingezonden almanakken van een uniek verhaal van de rector voorzien. Tussen de regels door schroomt Sterken niet kritiek te uiten. Niet slecht, Elmer.
• Is Peter Rehwinkel nog burgemeester?
Nee. Of toch wel? Volgens eenderde van de ingezonden almanakken nog wel. Slechts één speelde origineel in op de actualiteit: Archigenes plaatste een vacature voor een nieuwe burgervader van Groningen. Dat is wat je verwacht van een almanak.
• Karakter met of zonder punt
Twee verenigingen, één thema. Maar toch zo anders. De subtiele punt achter ‘KARAKTER.’ bij Vindicat benadrukt de geslotenheid van de vereniging. Hoe transparant hun nieuwe pand ook is, de almanak wijst op iets anders met haar simplistische kartonnen voorkant. Karakter. Punt. Dan het karakter van Dizkartes met zilveren letters op een blauwleren cover, dat zonder punt opener lijkt te zijn, maar ook minder zelfverzekerd.
Roeivereniging Gyas slaagde erin het oersaaie bestuursgewauwel in voorwoorden om te toveren tot iets origineels. Ze vroegen de ouders van de bestuursleden iets over hun kind te vertellen. Over fiscus Daan bijvoorbeeld. ‘Zijn jeugdliefdes waren de knaagdieren.’ Of Gijs, van de Materiaal Commissie: ‘In tegenstelling tot de dodo is Gijs nog lang niet uitgeroeid.’ Geweldig. Steel dat idee!
Opnieuw: de JFV, in eigen woorden ‘Met recht een chique vereniging’. Zo chique, dat de sponsor met gouden letters op de voorkant schittert. Jammer dat het bladgoud is. Ook is de foto van de almanakcommissie weinig stijlvol, met monopoliegeld op een tafelkleedje van de kringloop. Of missen we de grap? De afstand tussen ‘Bij ons in de JFV’ en ‘Bij ons in de PC’ blijft groot.