Stella en de prestatiebubbel
Bang om te falen
Ik ben Bachelor of Arts, Bachelor of Science, masterstudent journalistiek en ik volg een universitair Honoursprogramma. Ik heb het gevoel dat ik in een hoogopgeleide, stadse bubbel leef, een onderzeeër zo je wilt. Er wordt van mij verwacht dat ik in iets excelleer. Bepaalde mijlpalen zoals afstuderen, samenwonen en een ‘volwassen’ baan hebben, lijken bovendien deadlines te hebben.
Haal je ze niet, dan is er wat mis met je.
‘We all live in a yellow submarine’, zong een groep twintigers ooit. We kennen het liedje allemaal, maar nog niet zo lang geleden hoorde ik het ineens met andere oren. Ik zag het voor me: al mijn vrienden en leeftijdsgenoten in hun eigen onderzeeërtje. Onder water, onder druk.
Patrijspoortjes
De kleine patrijspoortjes van het vaartuig zijn hun cv, en hun Facebook- en Instagramprofiel, ze presenteren zichzelf op hun mooist en laten alleen hun successen en hoogtepunten zien. Maar de mislukkingen, angsten en tekortkomingen delen ze niet. Die zijn opgeborgen en uit het zicht.
We zien maar een piepklein gedeelte van iemands gehele persoon. Terwijl achter elk van die raampjes een heel individueel leven zit, met een eigen karakter, talent en ambitie maar vooral met eigen tekortkomingen en angsten.
Ik vind het maar niets om in een prestatiebubbel te leven. Het bezorgt me faalangst, druk om te presteren. Het maakt dat ik nog steeds op zoek ben naar iets waarin ik uitblink. Ik probeer er niet aan mee te doen, me er niet door te laten beïnvloeden. Maar dat lukt niet altijd.
Het was vroeger erger dan nu. Maar ik krijg nog steeds het gevoel dat iedereen het supergoed voor elkaar heeft, behalve ik. Dat ik net zo succesvol moet worden. Dat ik ook een vette reis moet maken, net als die ene Facebookvriend. Of stage moet lopen bij dat ene grote bedrijf waar iedereen wil stage lopen.
Bomvolle agenda
En wat gebeurt er dan? Je neemt een bijbaantje om geld te sparen voor zo’n reis. Je gaat bij een commissie of doet een bestuursjaar zodat je het op je cv kunt zetten en meer kans maakt op die stage. En je doet je uiterste best om hoge cijfers te halen, want je studieresultaten moeten natuurlijk ook bovengemiddeld zijn. Zo krijg je een bomvolle agenda waar ook nog sociale activiteiten tussen moeten worden gepropt.
Die onderzeeërtjes van ons varen allemaal mee in een ratrace naar succes. Iedereen probeert elkaar af te troeven. Ik word daar onrustig van. Ik ben bang om iets fout te doen. Het liefst doe ik iets meteen goed. En als dat niet zo is, voel ik me uit het veld geslagen. ‘Ik zal het nooit kunnen’, denk ik dan. Dat werkt best verlammend.
Mijn houding schijnt te passen bij de zogenaamde vaste mindset, die Amerikaanse psychologe Carol Dweck beschrijft in haar boek Mindset: changing the way you think to fulfil your potential. Met een vaste mindset leef je met de overtuiging dat talent en intelligentie vastliggen en niet ontwikkeld kunnen worden. Studenten zouden volgens Dweck beter een groeimindset kunnen hebben.
Durven falen
Met een groeimindset geloof je in vallen en opstaan. Of in falen en opstaan, zoals Remko van der Drift van het Instituut voor Faalkunde schrijft in zijn boek Fouten maken moed. ‘Als je gelooft dat je iets niet kunt, dan ga je het nooit kunnen’, zegt Van der Drift. Kortom, je moet durven falen, anders leer je het nooit. Zijn boek is dan ook een pleidooi voor het maken van fouten. Niet met fouten maken als doel, maar als middel om ergens te komen.
Door het lezen van zulke boeken krijg ik vaak weer wat realiteitszin. Dan kan ik die onderzeeërtjes ineens veel beter onderscheiden. Het laat me inzien dat we niet gevangen hoeven te zitten in zo’n bedompt vaartuig.
We kunnen besluiten om op te stijgen, aan land te gaan en onze individuele wensen, capaciteiten en vooral ook onze tekortkomingen volledig bloot te stellen aan de rest van de wereld.
Let’s fuck it up!
Stella Vrijmoed houdt over dit thema een blog bij, Submarines.