• Door Marian Tjaden

    Z

    e hebben er vier. Eentje uit Valencia, verzameld in 1920, eentje uit Leuven, een die niet meer traceerbaar is en deze dus. Die heeft René Cappers zelf verzameld, op 30 december 1983 in Enschede.

    Cappers is hoogleraar Pre- en Protohistorie bij de Letteren Faculteit, beheerder van de unieke Groningse zadencollectie én samensteller van de wereldberoemde Digitale Zadenatlas Nederland. ‘Daar staan haarscherpe foto’s in van alle zaden van in Nederlandse groeiende planten – zo’n 1450 – gemaakt met een speciale microscoop en fototechniek. De atlas is ook in boekvorm uitgebracht. Omdat er veel – van oorsprong – buitenlandse planten in staan, en de morfologie perfect is, wordt hij over de hele wereld gebruikt.’

    Dit is een van die foto’s: de zaaddoos van de Paulownia tomentosa. Nou ja, doosje kun je beter zeggen, want hij is maar 2 mm. Die zaaddoosjes zitten in een vrij groot vruchtbeginsel. Cappers: ‘Bomen hebben tijdens de evolutie verschillende strategieën ontwikkeld om hun zaden te verspreiden. Eikels zijn vrij groot, daar maakt een boom relatief weinig exemplaren van. Ze vallen rechtstreeks naar beneden en worden door dieren verder verspreid’.


    Een andere methode is verspreiding door de wind. Een bekend voorbeeld zijn de propeller zaden van de esdoorn. Die zijn relatief zwaar, maar door hun vorm dwarrelen ze heel langzaam naar beneden, zodat ze met een beetje wind toch een flinke afstand kunnen afleggen.


    Dit piepkleine Paulownia-zaadje weegt sowieso bijna niks, en het bestaat voor een groot deel uit gewimperde vleugeltjes. Middenin zit een geribbeld doosje. Daarin zitten de echte zaadjes, minieme, zwarte korreltjes, kleiner dan maanzaad. De Anna Paulowna boom bloeit in mei, de minizaadjes worden met miljoenen tegelijk geproduceerd in september. Omdat ze zo licht zijn, kunnen ze makkelijk een paar kilometer verderop terecht komen.

    Cappers: ‘Oorspronkelijk komt de boom uit China. Het allereerste exemplaar is in 1834 vanuit China naar Frankrijk geïmporteerd. De boom is vernoemd naar de Russische prinses Anna Paulowna (1795 – 1865), de echtgenote van koning Willem II, dus dan heb je wel een boom verdiend.’

    Wie in Groningen deze bijzondere boom wil zien: er staat er een langs de Esserweg, bij de Esserbegraafplaats, in Groningen-zuid op de grens met Haren.