Studenten die het zwaar hadden tijdens de coronacrisis en hulp zochten bij de universiteit, voelden zich vaak niet gehoord. Dat meldt de Groninger Studentenbond (GSb) op basis van gegevens van het Meldpunt Welzijn.
De GSb zette het meldpunt op toen in december vorig jaar opnieuw een lockdown werd afgekondigd. De bond wilde scherper in kaart brengen hoe het gesteld was met de mentale gezondheid van Groningse studenten.
In totaal deden ruim 700 studenten mee aan het onderzoek, van wie 481 studenten van de RUG.
Weggecijferd
‘Het is schokkend om te zien dat veel studenten zich weggecijferd hebben gevoeld, ook wanneer ze zelf al om hulp hadden gevraagd’, zegt Ale ten Cate van de GSb. ‘De hulp die onderwijsinstellingen boden is niet toereikend geweest, juist in een periode waarvan we al wisten dat het slecht ging met studenten.’
Het meldpunt constateert dat 60 procent van de studenten de RUG ontoegankelijk vond. Een veelgehoorde klacht was dat studenten die zich meldden bij de studentpsycholoog meermaals werden afgewezen (omdat er bijvoorbeeld geen plek was) of dat ze op een wachtlijst werden gezet.
Tekorten
Volgens Ten Cate laten de verhalen zien dat studenten die zich toch al kwetsbaar voelden, het gevoel kregen er alleen voor te staan. ‘Terwijl veel studenten aan hun studiesucces merken hoe het met ze gaat en daarom ook naar de universiteit kijken voor hulp’, zegt hij. ‘Als die hulp er dan niet is, voelen ze zich in de steek gelaten.’
In hoeverre de universiteit verantwoordelijk is voor de mentale gezondheid van studenten, is een grijs gebied, weet Ten Cate. ‘Maar het is wel ontzettend belangrijk dat je als universiteit erkent dat het grijze gebied bestaat en je studenten helpt. Gewoon door ondersteuning te bieden, een luisterend oor en de mogelijkheid om iemand op weg te helpen.’
Plan studentenwelzijn
De GSb, die het rapport donderdag aan het college van bestuur van de RUG overhandigde, pleit dan ook voor twee concrete stappen. Allereerst zou ze graag zien dat de universiteit meer studentpsychologen aanneemt. Ten tweede wil ze dat de universiteit samen met studentenorganisaties en de medezeggenschap een concreet plan studentenwelzijn opstelt.
‘Een plan voor de langere termijn, net zoals bij de Erasmus Universiteit in Rotterdam al bestaat’, zegt Ten Cate. ‘Het is niet alsof de universiteit nu niets doet, maar het kan echt concreter. Het is tijd dat de instelling zich afvraagt: wat kunnen we op de korte en lange termijn verbeteren? En dat verwerkt in een plan, waar de universiteit ook verantwoordelijk voor kan worden gehouden.’