‘Direct beginnen met dreigen werkt niet’
Studenten Schildersbuurt schrikken van klachten
‘Direct beginnen met dreigen werkt niet’
In de namiddagzon zitten een paar jongens aan een picknicktafel voor hun huis aan het Jozef Israëlsplein te genieten van een biertje. ‘We hadden het er echt nét over’, reageren ze op de vraag of ze iets willen vertellen over de huidige situatie in de buurt.
‘We zijn er best van geschrokken’, vertelt Stijn (20), één van de bewoners van het huis. Vorige week kwam zijn buurvrouw voor het eerst langs. Ze vertelde de jongens dat ze al heel vaak meldingen had gedaan van overlast bij hun huis. ‘Dat was eigenlijk de eerste keer dat ze naar ons toekwam. Meteen op die toon, daar schrokken we best wel van. Ze schreeuwt wel vaker ’s avonds laat, maar dat is natuurlijk geen gesprek.’
Lockdown
Dat de Schildersbuurt een echte studentenbuurt is, wordt al snel duidelijk. Constant rijden er Go-scootertjes voorbij en iedereen kent elkaar. Er wordt flink gezwaaid en ook de ellebogen worden regelmatig aangetikt.
Stijn en zijn huisgenoten begrijpen de buurtbewoners wel degelijk. ‘We kunnen natuurlijk op elk moment een feestje geven zonder erbij na te denken dat de buurt daar last van heeft, vertelt Lieuwe (20). ‘Die mensen hebben natuurlijk ook gewoon een baan waarbij de wekker vroeg afgaat.’
Bijna elke avond waren wij tijdens de lockdown wel aan het feesten
Toen Stijn aan het Jozef Israëlsplein kwam wonen, vond hij altijd dat de buurtbewoners niet zo moesten zeuren. ‘Je kiest er zelf voor om in één van de grootste studentenwijken te gaan wonen.’ Maar toen de coronacrisis uitbrak, is hij daar wel anders over gaan denken. Sindsdien worden er namelijk veel meer huisfeesten gegeven. ‘Bijna elke avond waren wij tijdens de lockdown wel aan het feesten’, aldus Lieuwe.
Beetje begrip
Normaal gesproken gingen de jongens rond een uurtje of 11 ’s avonds naar de kroeg of op stap, maar dat zit er vanwege corona niet in. ‘Dan moet je er thuis maar proberen een feestje van te maken’, zegt Lieuwe. De jongens snappen dat dit voor de buurt niet prettig is.
Tegelijk vinden ze dat de buurtbewoners wel een beetje begrip mogen tonen. ‘Ze proberen zich ook niet echt in te leven in onze situatie’, denkt Stijn. ‘Wij zitten ook maar thuis, we kunnen geen kant op, net als zij. Uiteindelijk zijn we ook maar gewoon mensen, die prima rekening kunnen houden met de buurt. We moeten gewoon het gesprek aangaan. Dat de buurvrouw direct begint met dreigen, werkt naar mijn idee niet.’
Ik heb het gevoel dat het steeds achter onze rug om gaat
De jongens denken dat goede communicatie al een hele hoop ellende op zou lossen. ‘Maak het gewoon bespreekbaar, met elkaar’, vindt Lieuwe.
‘Ik heb nu het gevoel dat het steeds achter onze rug om gaat. De politie wordt gebeld en er worden meldingen gedaan’, vult Stijn aan.
Groepsapp
Zo openhartig als Stijn en Lieuwe zijn de meeste studenten niet. Ze willen niet praten over de problemen in de buurt, vaak omdat ze bang zijn om negatief in het nieuws te komen. Anderen voelen zich gewoon niet aangesproken door de brandbrief.
Stijn heeft nu zijn telefoonnummer aan de buurvrouw gegeven, om binnenkort een keertje koffie te drinken en het een en ander te bespreken. Bovendien kan hij dan aan een groepsapp toegevoegd worden, waar de buurt contact met elkaar kan houden en studenten kan aanspreken als ze voor te veel overlast zorgen. ‘Maar of ik in de groep wil, weet ik nog niet’, lacht Stijn. ‘Dan krijg je waarschijnlijk na elke scheet een appje.’
Ik denk dat hele kleine dingen al een hele hoop kunnen schelen
Ze hebben in het huis nu wel een aantal nieuwe afspraken gemaakt. Zo mag er na 11 uur ’s avonds niet meer gerookt worden op het dakterras. Het galmt aan de achterkant van het huis namelijk enorm. ‘Als er dan tien man staan te roken, snap ik wel dat de buurt daar last van heeft’, aldus Stijn.
‘En misschien moeten we feestjes ook maar iets eerder gaan eindigen’, vult Lieuwe aan. ‘Of de muziek zachter vanaf een bepaald tijdstip. Ik denk dat hele kleine dingen al een hele hoop kunnen schelen, als we het maar gewoon met elkaar bespreken.’