Rondneuzen
bij Frascati
Het is niet moeilijk om het Frascati House te vinden. De opvallende rode letters boven de ingang, recht tegenover de taxistandplaats, zijn niet te missen. Op de binnenplaats bevinden zich de nodige kuilen en hopen zand, een teken dat er nog gewerkt wordt aan de leidingen. Maar verder is het pand volledig af en ingericht. Na een gang met de lift naar de tweede verdieping treffen we Cedric, een vrolijke Amerikaan met Nederlandse roots. Hij leidt ons vandaag rond.
Gesneuvelde bank
SSH, de huisvestingsorganisatie die Frascati beheert, heeft het kantoorgebouw in een paar maanden omgetoverd in een leefbare plek voor internationale studenten. Trots laat Cedric de grote woonkamer zien, waar zijn huisgenoten druk bezig zijn met kokkerellen. De bank is al gesneuveld, maar dat mag de pret bij de studenten niet drukken. ‘Het is hier altijd heel gezellig. Dit is de grootste woonkamer, dus iedereen komt hierheen. En kijk, we grenzen aan het balkon van het KPN-kantoor hiernaast’, zegt hij terwijl hij naar buiten wijst. ‘Ze werken daar 24 uur per dag, dus als we een feestje hebben, raken we ’s nachts via het raam vaak met ze aan de praat.’
De student geneeskunde neemt ons mee naar zijn kamer van twintig vierkante meter. Hij legt er maandelijks 450 euro voor neer. Een groot aantal vlaggen siert de muren, de grond is bezaaid met witte sokken. ‘Ik heb ’s ochtends wel veel last van de bouwvakkers op de binnenplaats, ze beginnen al om vijf uur. Dat werk hadden ze best mogen afronden voordat we hier kwamen wonen’, baalt Cedric. Jolien Stokroos van SSH denkt dat Cedric het aanvangstijdstip van de bouwvakkers een beetje overdrijft. ‘Al kan ik me wel voorstellen dat acht uur voor een student soms voelt als vijf uur.’
Na een vluchtige blik in de toiletten en douches komen we bij de lift. Terwijl we daar wachten, deelt Cedric zijn grote zorgen met betrekking tot de brandveiligheid. ‘Er is wel een trap, maar daar kunnen we met onze entreepasjes niet bij. Wij hebben alleen een lift.’ Als we dit later aankaarten bij SSH, ontkent Stokroos dat de trap afgesloten is voor bewoners. ‘De trappen zijn gewoon toegankelijk. Een gebouw moet brandveilig zijn, anders zou het worden afgekeurd als woonruimte. Maar misschien moeten we toch nog wat aandacht schenken aan het informeren van de studenten over noodroutes’, aldus Stokroos.
Spitstijden ontwijken
Over de binnenplaats wandelen we naar de laatste locatie, het fietsenhok. Nu nog zonder rekken, al worden deze volgens Stokroos aan het eind van de week geleverd. Aangrenzend is een washok met vier wasmachines en vier drogers. ‘Op 210 studenten zijn dat er niet heel veel, maar ik probeer de spitstijden ’s avonds te ontwijken’, zegt Cedric lachend. Dan wijst hij naar de brievenbussen: ‘De postbodes moeten eerst wachten op iemand die de deur opent, voordat zij de post kunnen bezorgen.’ SSH laat enkele dagen later weten dat het probleem inmiddels is verholpen.
Cedric laat ons uit en keert terug naar de tweede verdieping. In tegenstelling tot een aantal van zijn huisgenoten is hij als buitenlandse student voor meerdere jaren naar Groningen gekomen. Uiteindelijk wil de arts in spe verhuizen naar een eigen ruimte in de binnenstad. ‘Voorlopig is dit goed. Het was de gemakkelijkste optie bij het zoeken naar een kamer vanuit het buitenland, alleen wel wat prijzig. Maar ook erg gezellig, er worden veel activiteiten georganiseerd. Waar ik uiteindelijk heen wil? Ergens rond het UMCG zou het mooist zijn!’