Verse
boeken
Door Welmoed van Dijken
Ellen van Velzen:
Jonge Vlieger
Flaptekst
Zolang de inwoners zich kunnen herinneren, is het dorp waar Jani woont omringd door honderden vliegers, die dag en nacht in de lucht worden gehouden door twee mysterieuze vliegeraars: Oude Vlieger en Nieuwe Vlieger. Zij beschermen het dorp van oudsher tegen duistere krachten uit het woud, maar in het dorp worden ze niet meer helemaal serieus genomen. Want wie gelooft nou nog echt in het grote kwaad dat het dorp bedreigt?
Als Jani wordt verkozen tot Jonge Vlieger, en door de twee vliegeraars wordt ingewijd in de geheimen van de vliegers, begrijpen zijn leeftijdsgenoten nog maar weinig van hem. Hij wordt het mikpunt van spot, tot de dreiging uit het woud opdoemt… Lemniscaat, maart 2013, 14,95
Ellen van Velzen heeft een dubbele interesse. Enerzijds werkt ze als promovenda bij evolutionaire biologie, anderzijds hield ze altijd al van verhalen. Eerder dit jaar verscheen haar eerste jeugdboek: Jonge Vlieger. ‘Ik was helemaal niet van plan om iets anders te doen dan schrijven, maar helaas verdien je er vaak weinig geld mee. Ik vond biologie ook interessant en heb de twee voorkeuren gecombineerd. Natuurlijk ging het schrijven hierdoor wel iets langzamer dan verwacht.’
Jonge Vlieger is haar eerste publicatie, maar ze schreef al veel langer: ‘Ik heb eerder een heel lang werk geschreven, een soort Lord of the Rings. Dat was echt niet goed. Jonge Vlieger leek wel ergens op, dus heb ik het opgestuurd. Toen ik met vakantie was, werd ik benaderd door Lemniscaat.’
Het boek is erg goed ontvangen. Zo goed, dat Van Velzen werd genomineerd voor een aantal prijzen en een beurs van €10.000 kreeg van het Letterenfonds. En dat geeft haar de kans om een tweede boek te schrijven.
Een tipje van de sluier: ‘Mijn tweede boek gaat over een jongen wiens vader overleden is en zijn moeder zit in de schulden. Hij gaat in de fabriek van de rijkste man van het land werken en ontdekt dat het daar allemaal niet pluis is.’
Het schrijven gaat Ellen over het algemeen makkelijk af. ‘Ik heb eigenlijk meer ideeën dan ik ooit op kan schrijven.’
Rosa Timmer:
Bikiniseizoen en Andere Sores van de Moderne Vrouw
Flaptekst
Op humoristische wijze komen verschillende onderwerpen aan de orde. Als je als jong stel een bed koopt, wil je dat ook nog wel op wat anders testen dan slaapgemak. Van een rijinstructeur verwacht je toch wel wat tactische omgang met iemand die net begint. Verder beschrijft Timmer de enerverende familiedag van haar schoonfamilie, de stress die je krijgt van vroegboekkorting of van het kopen van een bikini. En waarom kijken mannen zo naar borsten, maar zeggen ze er nooit wat over?
Samenwonen, een rijbewijs halen en intussen moet er ook nog afgestudeerd worden: met de haar bekende, soms venijnige pen beschrijft Rosa Timmer haar nieuwe levensfase. Ze neemt geen blad voor de mond, hetgeen haar maakt tot de columnist over wie bij de krant de meeste opmerkingen binnenkomen. Maar ze spaart zichzelf ook niet.
Bikiniseizoen en andere sores van de moderne vrouw is een bijzonder grappig boek voor de hedendaagse vrouw, hoe jong ze zich ook voelt. Uitgeverij Passage, november 2013, 12,50
Rosa Timmer schreef jarenlang een wekelijkse column voor de Universiteitskrant, wat resulteerde in de bundel Allemansvriend. Vorige week verscheen daar Bikiniseizoen en Andere Sores van de Moderne Vrouw, een bundeling van haar columns in het Dagblad van het Noorden.
Timmer: ‘Ik heb sinds Allemansvriend wel wat bijgeleerd. Volwassen zal ik nooit worden, maar de onderwerpen zijn nu wel anders. Samenwonen was voorheen echt niet aan de orde. Deze columns markeren meer een overstap naar de grotemensenwereld en zijn soms ontroerender en heftiger. Dit wordt goed ontvangen, maar natuurlijk niet door iedereen. Een beetje goede columnist heeft immers ook haters.’
Rosa schreef inmiddels honderden columns, maar toch lukt het nog om met iets origineels op de proppen te komen. ‘Ik leg echt niet iedere week een gouden ei, maar het wordt een way of life. Je maakt altijd wel iets mee, zelfs een saai leven kan interessant zijn. Als ik echt geen inspiratie heb schrijf ik over iets wat in het nieuws is, maar dat hoeft gelukkig niet vaak.’
Momenteel werkt Timmer aan haar afstudeerscriptie voor journalistiek. Verder werkt ze naast haar columns ook als redacteur bij het Dagblad. ‘Het is allemaal niet makkelijk te combineren, maar ik ben al lang blij dat ik niet werkloos thuis zit.’
In de toekomst hoopt ze columns te blijven schrijven. ‘Mijn voorkeur ligt naast de journalistiek bij columns. Als ik iets van langer dan vijf pagina’s schrijf vind ik het al niet leuk meer en dan weet ik ook niet of het goed is.’
Ronald Ohlsen
Het Geheugen van Herman Blauw
Flaptekst
Het mooiste meisje van de klas verdwijnt spoorloos tijdens een schoolreisje naar Ameland. Twee klasgenoten worden daar 25 jaar na dato mee geconfronteerd als een misdaadjournalist de vermissing als cold case oprakelt.
Wat is er destijds precies voorgevallen? Een van de klasgenoten is de inmiddels gefortuneerde publicist Herman Blauw. Bij hem staat op een dag misdaadverslaggever Karel L. van Gelderen voor de deur met een cameraman aan zijn zijde. De televisieman blijkt niet te twijfelen aan de betrokkenheid van Herman bij de verdwijning van Dorien. Herman stuurt de misdaadverslaggever weg en zoekt steun bij zijn beste vriendin Antoinette. Om te achterhalen wat er in de jaren tachtig met Dorien is gebeurd, besluiten Herman en Antoinette op onderzoek uit te gaan. Dit brengt hen uiteindelijk in Istanbul. Uitgeverij Passage, november 2013, 12,50
De derde roman van Ronald Ohlsen is een thriller, waarbij hij zich liet inspireren door de dingen die hem op dit moment bezighouden. ‘Het leven, de literatuur en Istanboel. Het leven, omdat Het geheugen van Herman Blauw een aanklacht is tegen de misdaadjournalistiek, die op steeds agressievere wijze entertainment probeert te maken van de ellende van vaak wanhopige mensen. De literatuur, omdat Herman Blauw een verwoed Dostojevskilezer is, wat zijn kijk op het leven bepaalt. En dan Istanboel, hier ben ik de laatste jaren vaak en het is een prachtige en vooral fascinerende stad.’
Ohlsen is als schrijver en dichter behoorlijk productief, maar werkt daarnaast ook als docent Nederlands aan de RUG. Een druk bestaan dus. ‘Ik sta elke ochtend om zes uur op. Dan ga ik eerst een uurtje zitten schrijven, wat gemiddeld een halve pagina per dag oplevert. Ik ben ooit fulltime schrijver geweest, maar dat was wel een erg eenzaam bestaan. Bovendien vind ik lesgeven aan de RUG veel te leuk.’
Het Geheugen van Herman Blauw is goed ontvangen. De Leeuwarder Courant sprak van een ‘tragische en aangrijpende liefdesgeschiedenis met een ingenieuze ontknoping’ en het Dagblad van het Noorden noemt het ‘bijzonder mooi en met veel oog voor detail’. Is dit een goede drijfveer voor een volgend idee? ‘Niet alleen een idee, ik ben alweer een heel eind gevorderd met iets nieuws. Maar daar zeg ik nog niets over, dat spreek voor zich.’
Diverse auteurs
Lagen in Stad
Flaptekst
Dankzij archeologisch onderzoek wordt geschiedenis geschreven. Dat doen ook de archeologen in Groningen, nu al meer dan 25 jaar. Maar er is meer dan alleen de feitelijke geschiedenis. De opgegraven voorwerpen geven ook aanleiding tot verhalen. Daarvoor zijn er verhalenvertellers. In dit boek bundelen ze hun krachten. De archeologen verhalen over de vondsten, verschillende schrijvers vertellen fictieve verhalen over die teruggevonden objecten.
Opvallende spullen zijn er de afgelopen jaren opgegraven. Van een pronkbijl tot een Duitse helm. Van een verbrande jongensbroek tot een geleerdenmuts. Van een muntfibula tot een pot met geld. Zaken die vragen oproepen en de fantasie op hol doen slaan.
Alles wordt zowel feitelijk beschreven als in fictie geplaatst in dit kleurrijke en riant geïllustreerde boek. De auteurs zijn deels afkomstig uit de literaire hoek en deels uit de wereld van de fantasy. Juist deze combinatie van werelden, invalshoeken en stijlen spreekt een breed publiek aan. Uitgeverij Passage, november 2013, 18,90
Ruth Koops van ’t Jagt doet als PhD onderzoek naar begrijpelijke taal in gezondheidsdocumenten. Daarnaast is ze dichteres – ze was zeven jaar geleden huisdichter van de RUG – en schrijft tegenwoordig ook proza. Zo goed, dat ze vorig jaar de verhalenwedstrijd van de UK won. Dit jaar schreef ze een verhaal voor het archeologisch verhalenboek Lagen in Stad, dat op zoek gaat naar het verhaal achter bijzondere – Groningse – bodemvondsten. ‘Ik werd benaderd door de makers van het boek. Ik weet niet hoe ze bij mij terecht zwamen, waarschijnlijk vanwege de verhalenwedstrijd, maar ik was meteen enthousiast.’
Koops van ’t Jagt kreeg een lijst met archeologische onderwerpen, waaruit ze een top drie moest samenstellen om een verhaal over te maken. ‘Ik was erg geïnteresseerd in de vondst van 129 schoenen bij een boerderij. Ze zijn gevonden in een gracht. Verschillende maten, zowel mannen- als vrouwenschoenen, heel bijzonder. Gelukkig mocht ik daarmee aan de slag.’
Aan haar de taak om te verzinnen waarom die schoenen er lagen en hoe ze daar beland waren. Maar ze moest wel rekening houden met datgene wat er al bekend is. Een team archeologen controleerde de historische context van ieder verhaal. ‘Ik heb uitgezocht wie de bewoner van de boerderij was, ene Klaas Jans Klaassen. Ik dacht dat hij misschien een schoenenverzamelaar zou zijn, een man die eigenlijk liever wilde rondreizen maar dit vanwege zijn boerenbestaan niet kon. Door de schoenen te lezen kon hij de reis van deze schoenen ontdekken.’
Ronald Ohlsen, Rosa Timmer en Ruth Koops van ‘t Jagt treden maandag 23 december op tijdens de Eindejaarsshow van Uitgeverij Passage.
De UK verloot Lagen in Stad, Bikiniseizoen en Het Geheugen van Herman Blauw.