Tussen dader en slachtoffer
Hulp bieden is best lastig voor de RUG
‘Wat heb je nodig?’ vroeg de studieadviseur aan Merel in december 2020. ‘Wat kan ik doen om je te helpen?’
Die vraag klonk een stuk eenvoudiger dan hij was. Want Merel had zich kort daarvoor gemeld omdat ze door een studiegenoot was verkracht in hun gezamenlijke studentenflat. Ze was nog nauwelijks begonnen te verwerken wat er was gebeurd.
‘Wat ik nodig had, was dat hij wég was’, zegt ze. ‘Hij woonde in hetzelfde huis, we hadden colleges in hetzelfde gebouw en ik kwam hem telkens tegen. Ik wilde dat hij verbannen zou worden. Maar dat kon natuurlijk niet.’
Wat wel kon, was dat Merel zou verhuizen. Nog niet zo gemakkelijk, want ze zat vast aan een jaarcontract. ‘Maar mijn studieadviseur heeft me geholpen om dat te ontbinden.’
Een andere oplossing was dat ze niet meer dezelfde vakken zou volgen als de dader. En dat betekende dat als ze toch samen met hem ingeschreven bleek, haar studieadviseur haar hielp om te wisselen. ‘Maar het is ook vaak voorgekomen dat ik pas bij het aanmaken van de groepsapp merkte dat hij ook ingeschreven stond, of in de eerste les.’
Het werkte, zegt ze. Soort van. Maar tegelijk zijn er flink wat vakken die ze moest missen en dat voelt onrechtvaardig. ‘Ik snap het heel goed’, zegt ze. ‘Ook de universiteit zit in een lastige positie. Ze kunnen niet zomaar tegen hem zeggen: jij mag dit vak niet doen. Maar de consequentie was dat ík dat vak niet kon doen. Je krijgt zo telkens weer een nieuwe tegenslag.’
Spagaat
De kwestie is illustratief voor de spagaat waarin de universiteit zich bevindt als ze te maken krijgt met grensoverschrijdend gedrag. Want ja, de RUG hanteert een zerotolerancebeleid. En nee, seksueel geweld is absoluut niet toegestaan. In april ging een campagne van start waarin studenten en medewerkers worden aangespoord om grensoverschrijdend gedrag te bespreken en de daders aan te spreken op hun gedrag. Slachtoffers worden aangespoord zich te melden bij een mentor of docent, studieadviseur of vertrouwenspersoon.
De RUG kan niet zomaar tegen hem zeggen: jij mag dit vak niet doen
Tegelijk is het duidelijk dat dit voor ingewikkelde situaties zorgt binnen de universiteit. Want hoe moet je omgaan met een studente die melding maakt van seksueel geweld, terwijl de dader ontkent? Protocollen zijn er niet. Je gaat er als hulpverlener vanuit dat het slachtoffer de waarheid spreekt, maar tegelijkertijd heeft ook die ander collegegeld betaald. En er is doorgaans geen veroordeling door de rechter.
‘En vergeet niet: er is een enorm grijs gebied’, zegt vertrouwenspersoon Marjolein Renker. ‘De meeste meldingen die ik krijg zijn niet zo zwaar. Die gaan óók over ongewenst verbaal gedrag op sociale media. Dan moeten we gaan uitzoeken hoe zo iemand zo snel mogelijk in de gaten krijgt dat de ander daar niet van gediend is.’
Protocol
Een protocol klinkt misschien heel fijn en duidelijk, maar of het veel toe zou voegen is maar zeer de vraag. De casussen die binnenkomen bij studieadviseurs en de vertrouwenspersoon verschillen daarvoor te veel. En dat geldt ook voor wat de slachtoffers nodig hebben. ‘Wat voor de ene adequaat en toereikend is, is dat voor de ander absoluut niet’, zegt Renker. ‘Dus het is steeds weer uitzoeken: wat is er gebeurd? Wat wil je? Wat zou je helpen? Wat kan ik daar in betekenen? Wat zou je zelf kunnen doen? Wat kan de organisatie doen?’
Renker verwijst slachtoffers naar de politie, de huisarts of naar de studentenpsychologen. Studenten kunnen zich ook op eigen gelegenheid melden bij de studentenpsycholoog, bij wie ze na ongeveer vijf weken terecht kunnen.
De laagdrempeligheid is een plus, denkt studentenpsycholoog Eva Slot. Hoewel ze met de maximale vijf sessies die ze kunnen bieden geen grote trauma’s kunnen behandelen, kunnen ze met lichtere problemen wel aan de slag. ‘En soms weet een student ook niet zo goed wat ze nu echt nodig heeft aan hulp’, zegt ze. ‘Dat kunnen we dan samen uitzoeken.’
Studieadviseurs
Maar vooraan de frontlinie staan toch de studieadviseurs, zegt Renker. ‘Vroeger zeiden ze snel: ga maar naar de vertrouwenspersoon. Maar ik kan niet heel veel doen, behalve luisteren, verwijzen en adviseren. De opleiding kan maatregelen nemen.’
Door extra trainingen en zo nodig overleg met de vertrouwenspersoon zijn die bovendien veel alerter dan vroeger en kunnen ze ook adequater optreden.
Merel meldde zich in december 2020 vrijwel meteen bij de studieadviseur. Deze hielp haar vervolgens om de dader zo veel mogelijk te ontwijken. Toen ze later last kreeg van het feit dat hij haar hinderlijk leek te volgen, werd haar aangeraden een soort dagboek bij te houden, waarmee ze eventueel naar de politie kon stappen. Het was niet meer nodig, zegt ze nu, want het jaar was bijna voorbij. ‘Maar het feit dat ik gehoord werd, betekende al heel veel voor me.’
BSA verlaagd
In het geval van Dolores waren er andere mogelijkheden. Zij stapte in 2022 naar de vertrouwenspersoon toen ze ontdekte dat ze niet het enige slachtoffer was van de studiegenoot die haar had verkracht. De vertrouwenspersoon hielp Dolores een huisarts te vinden, zodat ze kon worden doorverwezen.
Het feit dat ik gehoord werd, betekende al heel veel voor me
De studieadviseur nam het vervolgens over. Die nam contact op met de studentenpsychologen, zodat ze een begin kon maken met het verwerkingsproces. ‘Maar ik belandde alsnog drie weken op de wachtlijst’, zegt ze.
Ook vertelde de studieadviseur haar dat, mochten haar cijfers gaan lijden onder de situatie, eventueel haar BSA kon worden verlaagd. ‘Ik zei tegen haar dat het voor nu niet nodig was’, zegt Dolores. ‘En aan het einde van het jaar had ik mijn achterstand weer ingehaald. Ik heb veel hertentamens gehaald.’
Tot slot werd er een gesprek ingepland met de dader. ‘Toen hebben ze tegen hem gezegd dat hij nooit meer tegen me mocht praten, en dat hij niet naar dezelfde werkgroepen mocht gaan als ik.’
Traumatiserend
In het geval van Maud spelen de studieadviseurs vooral een ondersteunende rol. Zij werd in 2019 verkracht in club Kokomo na een avondje stappen. Ze slaagde erin een onsamenhangend alarmbericht naar een vriend te sturen die buiten stond. ‘Hij kwam binnen, greep mijn pols en sleepte me naar buiten.’
Het politieonderzoek was traumatiserend, zegt ze. Nog traumatiserender was de rekening van 480 euro voor het ‘gynaecologisch onderzoek’ die vervolgens bij haar in de bus viel.
En hoewel haar zorgverzekering had gezegd dat ze zich daar geen zorgen over hoefde te maken, kreeg ze enkele maanden later alsnog een rekening van een incassobureau op haar dak. Mét een uitnodiging om naar de rechtbank te komen en een rapport van twaalf pagina’s in het Nederlands, een taal die ze niet spreekt. ‘Ik kwam daardoor in een diep dal terecht, want waar moest ik in hemelsnaam 600 euro vandaan halen. Hoe kon dit gebeuren?’ vraagt ze zich af.
Ze heeft het aan een paar rechtenstudenten en haar studieadviseur te danken dat de zaak werd opgelost. De studenten hielpen haar met het vertalen van de documenten. De studieadviseur mailde met de rechtbank om uitstel te regelen en uiteindelijk werd de zaak ingetrokken. ‘Maar het maakt me zo kwaad: de politie, het team seksueel geweld, ze hadden geen enkele empathie. Ze waren me aan het gaslighten met deze onzin, en alleen de studenten kon het iets schelen.’
Nog altijd doen haar studieadviseurs er alles aan om haar te helpen, want drie jaar na dato worstelt ze nog altijd. Ze zijn áltijd empathisch, zegt ze. Ook bemiddelen ze bij haar docenten, zodat die niet te streng zijn bij de aanwezigheidsplicht of deadlines. ‘Ik ben weggebleven bij colleges omdat de docent een man was. Ik weet dat die waarschijnlijk niets misdaan had, maar ik kan gewoon niet bij ze in de buurt zijn.’
Toegang ontzegd
Er zijn nóg meer mogelijkheden, zegt vertrouwenspersoon Renker. De dader kan gevraagd worden colleges online te volgen. Als een slachtoffer niet meer naar college durft, kun je ook afspreken dat er een contactpersoon binnen het gebouw wordt benoemd. ‘Zodat je je veilig voelt en weet wat je moet doen als de dingen niet gaan zoals ze zouden moeten.’
Ik ben weggebleven bij colleges omdat de docent een man was
En ja, het komt ook voor dat daders de toegang tot de gebouwen wordt ontzegd, of zelfs van de opleiding worden verwijderd. ‘Ik denk dat ik het de laatste vijf jaar twee of drie keer heb meegemaakt.’
Toch gaat het niet altijd vlekkeloos, vertelt Maríia, die aangerand werd door een studiegenoot. Hij was een vriend – tot het college waar hij Maríia bij de dij greep, dicht bij de heup. ‘Ik had daar een wond doordat ik eerder van mijn fiets was gevallen, en die ging weer helemaal open.’
De gebeurtenis trok een beerput aan emoties open, vertelt Maríia, die als tiener verkracht is. ‘Ik zat telkens weer met hem in de les. Ik kon niet slapen, ik kreeg geen hap naar binnen, ik was constant op mijn hoede. En dat had hij gedaan.’
In gesprek
Maríia had een kant-en-klare oplossing voor dit studieprobleem: eerste keus bij gezamenlijke colleges. Maar de studieadviseur adviseerde in plaats daarvan een gesprek met de dader. ‘Ze stelde veel vragen, zoals: heb je geprobeerd met hem te praten? Waarom spreek je hem niet aan over wat er gebeurd is tijdens college? Of praat met hem op een openbare plek, waar getuigen zijn.’
Het sloeg de plank volledig mis, zegt Maríia. ‘Ik was bang. Elke keer dat ik in de les zat, trilde ik van de zenuwen en was ik misselijk. En dan zou ik met hem moeten praten? Ze gaven hem niet eens een tik op de vingers om wat er was gebeurd.’
Maríia vindt het vreselijk dat de universiteit niets deed om haar aanvaller uit de buurt te houden en dat hij nul gevolgen ondervond van wat er is gebeurd.
En hoewel Merel begripvol is voor de moeilijke situatie waarin de opleiding zich in haar geval bevond, vindt ze het nog altijd moeilijk dat zíj degene was die plaats moest maken en dat de dader kon blijven. Onrechtvaardig, vindt ze.
Onmacht
Maar het illustreert hoe moeilijk de situatie is. ‘Echt, iedere situatie is anders’, zegt een studieadviseur die ieder jaar toch één of twee ernstige gevallen tegenkomt, maar anoniem wil blijven.
Het is hartverscheurend als jij niets kunt betekenen voor een slachtoffer
Een stopgesprek werkt alleen als de dader bereid is op te komen dagen en er een gesprek over de situatie mogelijk is. En wat als een dader niet erkent dat hij fouten heeft gemaakt? ‘Te vaak denken jongemannen nog in stereotypen – de verkrachter als de enge man in de bosjes. Dus kunnen zij geen verkrachter zijn’, vertelt ze. ‘Maar daders zijn ook degenen die in een bepaalde situatie een verkeerde beslissing hebben genomen.’
Dan kun je als opleiding geen concrete stappen ondernemen. ‘Niet zonder tussenkomst van de rechter. En dat resulteert in een enorm gevoel van onmacht. Het is hartverscheurend als je moet toezien hoe een slachtoffer zich in bochten wringt om hem maar niet te hoeven zien en jij kunt daarin niets betekenen’, zegt ze.
Weinig meldingen
‘Het is lastig’, beaamt haar collega Iris de Boer van de Faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen. Toch is het essentieel dat studenten zich wél melden als ze seksueel geweld hebben meegemaakt.
Want het aantal studenten dat zich bij de universiteit meldt is niet zo heel hoog. De vertrouwenspersoon kreeg in 2021 dertien meldingen van studenten over seksuele intimidatie tussen studenten onderling. Ook de studentenpsychologen zien het ‘niet zo heel vaak’.
Als dat is omdat een slachtoffer elders hulp heeft gevonden, of omdat ze geen klachten hebben, dan is dat oké, benadrukken hulpverleners. Maar het moet niet zo zijn dat ze er niet op vertrouwen dat ze geholpen worden, of dat ze de weg niet kunnen vinden.
Geen zin
Elena, die werd verkracht door een verenigingsgenoot, hield haar verhaal voor zich. Ze geloofde niet dat er werkelijk iets zou gebeuren met haar melding. ‘Wat heeft het voor zin om naar de universiteit te stappen als er niemand luistert, als er niemand helpt, als niemand werkelijk iets gaat doen? Wat heeft het dan voor nut om erover te beginnen? Je moet dan die ervaring weer herbeleven, is dat het waard?’
Je moet die ervaring weer herbeleven, is dat het waard?
Dat is jammer, zegt Renker. Het zal áltijd serieus worden opgepakt. ‘Als iemand mij mailt met: dit is mij overkomen en ik weet even niet wat ik moet doen, dan hebben ze binnen een paar dagen een gesprek.’
‘We kunnen niet altijd doen wat we het liefst zouden willen’, zegt De Boer. ‘Maar als we het niet weten, kunnen we helemaal niks doen.’
Daarom, zegt ze, is de nieuwe campagne over sociale veiligheid ook zo goed. ‘Ik denk dat studenten snel geneigd zijn het niet te te delen. Soms omdat ze denken dat het nog niet serieus genoeg is, tot het ineens zover is gegaan dat het té heftig is om te delen.’
Geen gevolgen
De slachtoffers blijven achter met gemengde gevoelens. Want de daders lopen nog altijd rond en zij zitten met de gevolgen. ‘Voor hem waren er geen gevolgen. Dat vind ik heel erg verkeerd’, zegt Dolores.
‘Ik heb overwogen om te stoppen, maar als ik mijn tentamens niet haal, wordt mijn visum ingetrokken. Dus dat is geen optie’, zegt Maríia.
Maud is gewoon heel erg boos. ‘Ik zou niets liever willen dan mijn spullen pakken en vertrekken uit deze stad, maar academisch gezien zit ik vast. Is het echt het einde van de wereld als je wat coulance toont? Of als je de eisen voor cijfers wat verlaagt?’, zegt ze.
Merel aarzelt. ‘Het is gewoon echt heel erg bizar, dat iedereen weet dat dit gebeurt is. Maar nog altijd ben ik degene die zich niet meer veilig voelt.’
De namen van de studenten in dit artikel zijn pseudoniemen om hun privacy te beschermen. Hun echte namen zijn bekend bij de redactie.
Ben je slachtoffer geworden van seksueel geweld of seksueel grensoverschrijdend gedrag?
- Praat erover! Je kunt het vertellen aan een vriend of vriendin, of iemand anders bij wie je je veilig voelt. Je kunt ook 24 uur per dag praten of chatten met iemand van het Centrum voor Seksueel Geweld. Ze stellen je eerst alleen algemene vragen. Vervolgens kun je aangeven welke hulp jij nodig hebt: psychologisch, medisch of politie.
- Meld je bij je mentor, studieadviseur, vertrouwenspersoon of ombudsfunctionaris. Ze zullen altijd de tijd voor je nemen. Ze kunnen je de weg wijzen naar specialistische zorg én proberen je te helpen om je studie zo goed mogelijk voort te zetten.
- Stap naar de studentenpsychologen. Zij kunnen je vijf gratis gesprekken bieden, zonder tussenkomst van een huisarts.
- Als je jezelf wil beschermen, zijn de armbanden van Invi een goed middel. Ze vallen niet op, maar als de capsule die erin zit breekt, komt er een stinkende vloeistof vrij, die je aanvaller verjaagt.
- Heb je kosten gemaakt, door bijvoorbeeld therapie, dan kun je bij het Schadefonds Geweldsmisdrijven mogelijk een tegemoetkoming aanvragen.
- Slachtofferhulp kan je emotioneel en juridisch steunen. Ze helpen ook met een aanvraag bij het Schadefonds Geweldsmisdrijven.
- Slachtofferwijzer helpt je kiezen waar je terecht kunt.