Studenten

De lockdown beïnvloedt onze dromen

Volop onstuimige nachten

Ruben droomde dat iemand het met hem uitmaakte, Lucy werd gezoend zonder dat ze het wilde en Laura eet chocolade als ze slaapt. Sinds de lockdown dromen we meer en heftiger.
17 maart om 11:17 uur.
Laatst gewijzigd op 17 maart 2021
om 11:38 uur.
maart 17 at 11:17 AM.
Last modified on maart 17, 2021
at 11:38 AM.
Avatar foto

Door Emily Zaal

17 maart om 11:17 uur.
Laatst gewijzigd op 17 maart 2021
om 11:38 uur.
Avatar foto

By Emily Zaal

maart 17 at 11:17 AM.
Last modified on maart 17, 2021
at 11:38 AM.
Avatar foto

Emily Zaal

Student-redacteur Volledig bio Student editor Full bio

Lucy van de Coevering droomde dat iemand haar wilde kussen, maar dat wilde de geschiedenisstudent absoluut niet. ‘De hele wereld dacht dat ik het wel had gedaan en dat vond ik zó erg’, vertelt ze. ‘Vervolgens probeerde ik het aan mijn vriendje te vertellen, maar kon ik hem niet bereiken.’

Ze herinnert zich nog goed hoe ze zich tijdens die droom voelde: hulpeloos. Samen met haar vriend besloot ze op te zoeken wat zo’n droom nou wil zeggen. ‘We ontdekten dat het betekent dat we een tekort aan genegenheid hebben’, zegt ze. ‘Wat super logisch was, want dit was tijdens de lockdown en ik zat al weken in isolatie.’ 

Lucy heeft het gevoel dat ze sinds de lockdown veel meer droomt dan vroeger. ‘Ik denk dat de lockdown wel impact op mij heeft, omdat ik de hele tijd thuis ben en veel meer nadenk. Ik heb het gevoel dat mijn dromen daardoor levendiger zijn.’

Meer slaap

Ruben

‘Ik had een demo van een horrorspel gespeeld en een paar dagen later droomde ik dat ik via ondergrondse gangen naar mijn middelbare school moest, omdat we niet over straat konden vanwege corona. Opeens was ik in de stad en dus niet bij school uitgekomen. En die stad was niet Groningen, maar Berlijn, waar ik ooit een weekendje naartoe ben gegaan. Uiteindelijk kwamen we uit bij een industrieterrein. Wat grappig is, is dat het in mijn hoofd helemaal logisch was, maar als je wakker wordt, zijn die dromen toch altijd heel random.’

En daar kon ze maar zo gelijk in hebben. Recent onderzoek laat namelijk zien dat de pandemie inderdaad veel invloed heeft op onze dromen en ons slaapgedrag in het algemeen. ‘Mensen slapen gemiddeld vijftig minuten meer op normale werkdagen en twintig minuten meer in het weekend’, vertelt neurobioloog en slaaponderzoeker Peter Meerlo. Ze dromen daardoor niet noodzakelijkerwijs meer, zegt Meerlo, maar ze kunnen zich hun dromen wel beter herinneren. ‘Dat komt deels doordat je langer in de REM-fase zit als je langer slaapt.’ 

De REM-fase herken je aan de snelle oogbewegingen van de slaper. Dat is ook het moment waarop je brein volop in actie is, in tegenstelling tot de diepe slaap waarin je ademhaling en hartritme tot het laagste niveau dalen. De hersenen verwerken dan allerlei informatie in dromen, terwijl de spieren tegelijkertijd volledig ontspannen zijn. 

‘Als je gaat slapen schakelt maar een deel van je brein zichzelf uit, maar dat betekent niet dat het niet bezig is’, beaamt Douwe Draaisma, hoogleraar geschiedenis van de psychologie én auteur van het boek De Dromenwever. ‘Er moeten nog wel allemaal dingen doorgaan, bijvoorbeeld je ademhaling, hartslag en allerlei lichamelijke processen.’ Doordat ons brein tijdens het slapen gewoon aan het werk is, probeert het een verhaal te maken van al die informatie die erin rondzweeft.

Deze ‘dagresten’, die vaak opduiken in een droom, zijn dus stukjes en brokjes uit wat je die dag of week hebt meegemaakt, die je brein vervolgens aan elkaar knoopt. En dat doet je brein gewoonlijk tijdens die REM-slaap. ‘Als mensen wakker worden gemaakt tijdens diepe slaap rapporteren ze zelden een droom,’ zegt Draaisma, ‘maar als je ze uit de REM-slaap wekt krijg je in drie van de vier gevallen lange of korte dromen te horen.’

Rare dromen

Student mediastudies Estelle van der Lienden droomt best vaak, alleen kan ze zich die dromen niet altijd goed herinneren. ‘Tenzij ik ’s ochtends wakker word en daarna weer in slaap val’, zegt ze. ‘Dan heb ik echt mijn raarste dromen.’

Ruben Spolmink, die artificial intelligence studeert, herkent dit. ‘Vaak word ik wakker met een verhaal in mijn hoofd, alleen herinner ik het me de volgende dag niet meer’, zegt hij.

En Laura van Meijeren, student communication and information sciences, begint vaak te slaapwandelen. ‘Dat merk ik dan pas ’s ochtends, als ik zie dat ik mijn hondjes eten heb gegeven, of doordat de deur niet meer op slot zit.’  Soms eet ze ook broodjes of chocolade in haar slaap. ‘Ik zie dan de volgende dag een mes met restjes chocopasta of pindakaas en kruimels liggen. Als je sport in je slaap zou dat wel leuker zijn, maar nee, ik éét.’

Ze vindt het confronterend. ‘Het voelt alsof ik geen controle heb’, zegt ze. ‘Overdag ben ik best wel met mijn gezondheid bezig, en dan zit ik ’s nachts een hele reep chocolade op te eten.’ 

Stress en zorgen

Maar niet alleen de frequentie, ook de inhoud van de dromen wordt beïnvloed door de pandemie, zegt Meerlo. ‘Er zijn veel mensen die in deze tijden last hebben van stress, zorgen en problemen waar ze eerder niet mee te maken hadden.’ Hij denkt dat dromen door die stress nu een grotere emotionele lading hebben. ‘En als die sterker is, kunnen we ons de droom ook vaker herinneren.’ 

Estelle

‘Ik heb af en toe wel nachtmerries. Een paar keer werd ik wakker met tranen in mijn ogen. Vaak zijn die dromen niet meer zo erg als ik eenmaal wakker ben en erover nadenk, maar in dat moment voel ik de emoties heel erg. Eén nachtmerrie was dat ik verstoten was in een Japanse school. Een andere dat ik mentale hulp nodig had, alleen niemand wilde me helpen. Het lijken dromen te zijn waarbij iemand mij iets aandoet wat ik uiteindelijk zelf moet oplossen.’ 

Ruben droomde laatst dat iemand het met hem uitmaakte, terwijl hij niet eens een relatie had. ‘Maar ik voelde de emoties wel, toen ik wakker werd’, zegt hij. ‘Dromen is eigenlijk best iets persoonlijks.’

Dat ervaart Lucy ook zo. ‘Ik word vaak huilend wakker omdat in een droom familieleden zijn overleden’, vertelt ze. ‘In de afgelopen maand is denk ik iedereen van mijn familie wel een keer overleden in mijn droom.’ 

Zulke dromen kunnen zo echt voelen dat mensen flink wat tijd nodig hebben om ze te verwerken. ‘Ik heb vaak de neiging om te lang over dingen na te denken en met dromen is dat precies zo’, vertelt Estelle. ‘Ik vind het leuk om me mijn dromen te herinneren, maar het is wel behoorlijk vervelend als het geen leuke dromen waren.’

Diepere betekenis

Lucy besloot na zo’n emotionele droom de betekenis ervan na te gaan, en ook Laura denkt dat het chaotische verhaaltje dat je brein ’s nachts creëert een diepere bedoeling heeft. ‘Het klinkt heel zweverig’, zegt Laura, ‘maar ik zoek ook vaak mijn dromen op’. Als zij over dieren droomt, zoals kikkers of muizen, dan probeert ze meteen uit te vinden of die een symbolische betekenis hebben. 

Maar Draaisma en Meerlo geloven daar niet zo in. ‘Er wordt wel eens gezegd dat je tijdens een droom selecteert welke herinneringen je wil houden,’ vertelt Draaisma, ‘maar dromen zijn zo chaotisch dat het heel onwaarschijnlijk is dat je ’s nachts aan het sorteren slaat.’ 

Toch zijn er wel degelijk vaste motieven in te ontdekken: gebeurtenissen die steeds weer opduiken, bij totaal verschillende mensen. Denk aan de droom waarin je ineens ontdekt dat je in je blootje een presentatie staat te geven. De droom waarin je opnieuw examen moet doen, of de droom waarin je kunt vliegen. Of waarin je tanden uitvallen. 

Wat voor dromen vaak voorkomen hangt mede af van de samenleving waarin je bent opgegroeid. ‘Er zitten interessante culturele verschillen in’, vertelt Draaisma. ‘Wij hebben in onze samenleving de naaktdroom, wat met schaamte te maken heeft. In een samenleving waar ze weinig kleren hebben, hebben ze die droom niet.’ 

Onderzoek

Maar uiteindelijk weet niemand er nog het fijne van. EEG-onderzoek heeft ons meer geleerd over slaapfases en wanneer we dromen. Maar onderzoek naar wat we dromen is veel lastiger. ‘Het is heel moeilijk om iemand te instrueren om te gaan dromen’, zegt Draaisma. ‘En iemand laten slapen in een MRI-apparaat gaat moeilijk, omdat zo’n ding enorm veel herrie maakt.’

Meerlo vindt slapen en dromen ‘een van de meest boeiende aspecten van ons gedrag, juist omdat we er nog zo weinig van begrijpen’. En het maakt ook nog eens een heel groot deel van ons bestaan uit, want we brengen een derde van ons leven door met slapen. ‘Het is heel mooi om die ontwikkeling van onze kennis over slaap te zien en steeds nieuwe informatie daarover tegen te komen.’

Engels